8
"Herhaaldelijk hebben we zowel tijdens raads- als commissievergaderingen
al vragen gesteld of opmerkingen gemaakt over de kwaliteit van het geluid
en de geluidsinstallatie in deze zaal bij vergaderingen en andere bijeen
komsten. Er zou naar gekeken worden, er is naar gekeken, etc. etc. waren
de antwoorden. Wij kunnen helaas niet anders, dan constateren, dat de
geluidskwaliteit nog steeds erg slecht en onregelmatig is. Kunt u toezeg
gen dat er nu eens goed naar gekeken wordt en dat de noodzakelijke
reparaties plaatsvinden?" De voorzitter antwoordt dat het probleem zit in
de flexibele opstelling; de installatie wordt regelmatig verplaatst,
waardoor de installatie telkens weer opnieuw geïnstalleerd moet worden.
Hij zegt toe, met de technici van de gemeente, de installatie in een
optimale situatie proberen te houden. Voorafgaand aan de raadsvergadering
en zal de installatie uitgebreid getest worden. Het aanschaffen van een
nieuwe installatie kost ongeveer f.15.000, a f.20.000,-. Het college vindt
dat op dit moment zonde van het geld. Namens de fractie van D'66 stelt
mevrouw Lanninq de volgende vraag: "Tijdens het zomerreces zijn er
regelmatig artikelen in de pers verschenen waarin onze wethouders een en
ander ventileerden betreffende de aanpak en problemen in en om Willemstad.
In de rondvraag van de Bestuurders commissie stelden wij de vraag naar
aanleiding van een dezer artikelen of dit de mening van het college
betrof. Waarop de voorzitter stelde dat het hier de mening van de politie
ke persoon betrof en niet de mening van het college. Onze vraag in deze
betreft: Is het wel mogelijk dat een wethouder (ook als wethouder vermeld
zijnde) een eigen politieke mening verkondigt, welke afwijkt, of niet
besproken is, in het college van B&W? Als een ambtenaar aan een journalist
mededelingen doet betreffende Willemstadse zaken, dient hij evenmin zijn
privé mening te verkondigen. Is een wethouder, welke is aangesteld voor de
Willemstadse besturing, niet mede gebonden de mening van het college te
verwoorden in plaats van privé meningen? Deze kunnen toch wel via zijn
fractie geventileerd worden en brengen dan de burger niet in verwarring in
de veronderstelling dat het hier vaststaande zaken betreft?" De voorzitter
antwoordt hierop dat hierover in het college uitgebreid is gesproken en
dat daarover nu afspraken zijn gemaakt. Ieder collegelid kan woordvoerder
zijn van die dingen die zijn/haar eigen portefeuille betreffen en voor-(
lichting in algemene zin is des burgemeesters. Over de vraag of het kan
dat een wethouder zijn/haar privé mening verkondigt, antwoordt de voorzit
ter dat er vrijheid van meningsuiting is op grond waarvan dat mag. Het
moet alleen wel zo zijn dat, als het standpunt afwijkt van het college
standpunt, het duidelijk kenbaar gemaakt wordt. De raad heeft een contro
lerende bevoegdheid, dus als het zo zou zijn dat uitspraken van een
politiek ambtsdrager, de raad niet welgevallig zijn, kan de raad die
persoon ter verantwoording roepen. De heer Kamp vraagt of er nu een
probleem is. Temeer omdat mevrouw Lanning in de commissie bestuur vragen
stelde over de bezuinigingen binnen de welzijnssector. Er is in die
vergadering gezegd dat de uitspraken van de wethouder niet namens het
college waren, vervolgens wordt gezegd dat er nogal wat harde maatregelen
genomen moeten worden en dat is nog niet weersproken namens het college.
"Moet ik nu constateren dat er onenigheid is binnen het college? Aangezien
de uitspraken van de wethouder niet worden weersproken moeten wij er
wellicht van uitgaan dat het toch een collegestandpunt is en dat betekent
dat de Willemstadse bevolking en verenigingen toch harde en zware zaken te
wachten staan. Dat is toch een belangrijke mededeling die via dit kanaal
aan de Willemstadse bevolking wordt medegedeeld", aldus de heer Kamp. De
voorzitter zegt hierop dat in het college gesproken is over para-commer
ciële activiteiten in horecabedrijven. De voorzitter heeft aan de horeca-