4
Namens de C.D.A.-fractie sluit de heer Groeneveld zich aan bij hetgeen de heer
De Witte heeft opgemerkt met betrekking tot ingekomen stuk nummer 7.
Verder geeft hij in deze aan dat eerder is toegezegd dat er in het voorjaar
van 1993 weer een overleg zou plaatsvinden met de politie. Hij informeert of
die toezegging nog steeds nagekomen kan worden.
Of moet de voor donderdagavond aanstaande geplande bijeenkomst met de korpsbe
heerder in Bergen op Zoom als overleg fungeren, aldus de heer Groeneveld. Wij
zouden dat op zich toch wel een beetje betreuren, daar die bijeenkomst niet
direct geschikt is om over plaatselijke zaken te praten.
De voorzitter antwoordt met betrekking tot de vraag aangaande ingekomen stuk
nummer 1 dat het betreffende stuk aan de gemeente is toegezonden, zoals het in
de raadsmap is neergelegd. Ook hem is het opgevallen dat de kleinschalige
bedrijventerreinen in het rapport geen aandacht hebben gekregen.
Hij heeft geen enkel signaal ontvangen dat er nog een rapport komt waarin ook
de kleinschalige bedrijventerreinen aandacht krijgen.
Aangaande de vraag met betrekking tot ingekomen stuk nummer 2 geeft hij ver
volgens aan dat het Willemstadse schrijven is opgesteld naar aanleiding van in
de raad gemaakte opmerkingen en gestelde vragen met betrekking tot de HSL-
nota.
De in de raad gemaakte opmerkingen en gestelde vragen zijn doorgespeeld naar
rijkswaterstaat, aldus de voorzitter.
De precieze inhoud van het schrijven kan de voorzitter zich niet direct voor
de geest halen, doch het onderwerp van de brief had betrekking op de inspraak
procedure inzake de HSL-nota.
Met betrekking tot de opmerkingen aangaande ingekomen stuk nummer 7 merkt hij
op dat het de bedoeling is dat er toch weer een overleg met de politie komt.
Vanwege de reorganisatie bij de politie is het overleg enigszins opgeschoven.
Het ligt ook in de lijn der verwachtingen dat het ingekomen stuk in het over
leg aan de orde wordt gesteld, aldus de voorzitter.
Hij is het met de heer Groeneveld eens dat de bijeenkomst in Bergen op Zoom
niet bij uitstek geschikt is voor om over plaatselijke zaken te spreken.
De heer Groeneveld vraagt of het mogelijk is dat de fracties de stukken, welke
in het overleg met de politie aan de orde zullen komen, in hun bezit krijgen.
De voorzitter zegt toe dat de stukken aan de fracties ter beschikking zullen
worden gesteld.
Zonder verdere beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt vervolgens
besloten ingekomen stuk nummer 8 en ingekomen stuk nummer 11 ter verdere be
handeling in handen van het college van burgemeester en wethouders te stellen
en de overige ingekomen stukken voor kennisgeving aan te nemen.
4. Benoeming lid en plaatsvervangend lid in het Algemeen Bestuur van Welstands-
zorg Noord-Brabant.
Ie termijn.
Terwijl de notulist de stembriefjes uitdeelt, wijst de voorzitter de heer
Groeneveld en de heer De Witte aan als lid van de stemcommissie.
Nadat de raadsleden de stembriefjes hebben ingevuld, haalt de notulist de