2 binnen, als van buiten af. Ook wij worden de laatste jaren in toenemende mate bestookt met veranderingen, veranderingen waar het gaat om taakoverdracht van hogere overheden naar de gemeenten, aanzienlijke wijzigingen in bestuurlijke verbanden - denkt u maar aan de nieuwe politieregio's - terwijl het bovendien lijkt of ons hele be stuurlijke beötel dringend op de schop moet. Het afgelopen jaar heb ik een aantal artikelen en commentaren over de reorganisatie van ons binnenlands bestuur bewaard om mede met behulp daarvan een visie te ontwikkelen hoe het nu met de gemeenten, de stadsregio's, de streekgewesten, de provincies, de brand weerregio's en zomeer, verder zou moeten. De artikelen en commentaren op BON 1, BON 2, de kaderwet in verandering, vinex, de vervoersregio's, de Interimwet Bestuur Stedelijke gebieden, hebben, althans mij, enigszins moedeloos gemaakt. Komt er eigenlijk nog wel iets van al die reorganisatieplannen? Dat vroeg Brinkman zich af bij het uitspreken van zijn burgerzaallezing onder de titel "Herstel van verantwoordelijkheid". Komt er nog wat van een dergelijke herziening van ons bestuurlijk bestel of zal in honderd jaar nog niet afgerond zijn wat in 1912 al door A.A.H. Struyc- ken in een verhandeling met de titel "De gemeente en haar gebied" kernachtig is neergezet: "Gemeenschap van belangen roept steeds duidelijker om gemeenschappelijke voor zieningen, opdat tot stand worde gebracht wat een gemeente alleen niet ver mag" Het is sindsdien modderen gebleven met iedere vorm van bestuur die uitsteeg boven het model van de "open huishoudingen", zoals Thorbecke dat vorm heeft gegeven. Het is verleidelijk om de geschiedenis te volgen op het stuk van gewestvorming ofschoon al in de jaren twintig de aandacht wordt verlegd naar het vraagstuk van de gemeentelijke herindeling. In het blad "Gemeentebelangen" verdedigt Huizinga al in 1912 het standpunt, dat de toenmalige 1112 gemeenten zéér wel kunnen worden teruggebracht tot 500, een operatie die nog steeds niet is afge rond. Helaas is te lang gedacht - en in sommige provincies duurt dat nog voort - dat gemeentelijke herindeling een vorm van bestuurlijke vernieuwing is. Ik wil niet zeggen dat samenvoeging niet nuttig is, maar het voegt niet automatisch iets toe aan de inhoudelijke resultaten van ons bestuur, aldus Brinkman. Ik wil deze burgerzaallezing zéér aanbevelen. Dames en heren, ik zal het hierbij laten waar het om bestuurlijke reorganisa tie in ons land gaat. Mijn toespraak aan het begin van het jaar 1992 zou an ders te zeer worden herhaald. 1993 is ook het jaar waarin bijzondere aandacht wordt gevraagd voor de ouderen in onze samenleving. Het verheugt mij dat wij, na een aanvankelijk wat moeiza me start, er in geslaagd zijn een aanzienlijke meerwaarde toe te kunnen voegen aan ons steunpunt. Niet alleen op papier middels de samenwerkingsovereenkomst met huize "de Westhoek" in Zevenbergen, maar dat er ook daadwerkelijk sprake is van meer mogelijkheden in zorgaanbod voor onze ouderen in het steunpunt. Een aanbod dat zal moeten worden ingevuld zoals de ouderen dat zelf willen. Anno 1993 worden ouderen anders ouder! De nieuwe generatie ouderen zal onge twijfeld een andere worden. De emancipatie, participatie en educatie-invloed zal duidelijk haar sporen nalaten. De ouderen van nu en in de toekomst zijn mondiger geworden en hun levensstijl en vrijetijdsbesteding is anders dan die van onze grootouders. Wij zullen er naar moeten blijven streven, zoals wij dat in 1986 reeds hebben ingezet, om onze ouderen zolang mogelijk zelfstandig en als volwaardige burgers in de samenleving te kunnen laten functioneren, waar bij zorg op maat aanwezig dient te zijn. Uw raad heeft daarvoor, samen met de provincie, belangrijke stappen gezet. In 1993, maar ook daarna, zullen wij

Raadsnotulen

Willemstad: 1927-1995 | 1993 | | pagina 2