17
daal geen maatregelen treft, na een maand tot sluiting van de installatie zal
worden overgegaan. Hij kan vanuit zijn positie niet beoordelen of dat groot
spraak is.
Aangaande de consequenties merkt hij op dat een mogelijke sluiting voor de
verwerking van het Willemstadse huisvuil geen enkele consequentie heeft. Het
streekgewest heeft rond begin 1992 de beslissing genomen dat het huisvuil van
de voormalige V.V.R.-gemeenten zonder verdere beraadslagingen en besluiten op
vuilstortplaats "Kragge II" gedeponeerd kan worden, indien Heeren Vuilverbran
ding Roosendaal stilgelegd zou worden.
Op dit moment wordt nog 50% van het huisvuil van de voormalige V.V.R.-gemeen
ten verbrand. Met Heeren Vuilverbranding Roosendaal is een overeenkomst geslo
ten dat tot 1998 50% van het huisvuil bij de installatie moet worden aangebo
den.
Verder zegt hij: "Aan de ene kant levert het stilleggen nog een voordeeltje
voor de gemeente op want wij kunnen het huisvuil aanbieden voor de stortprijs,
welke geldt voor de stortplaats "Kragge II". Bij de vuilverbranding moeten we
namelijk b.t.w. betalen en bij de stortplaats hoeft dat niet.
Aan de andere kant weten we ook dat er gesprekken gaande zijn om de vuilver
branding aan te passen, zodat huishoudelijke afvalstoffen vanuit de provincie
Zuid-Holland kunnen worden verbrand. Wanneer die sessie verwezenlijkt is, zal
er mogelijk een bepaalde tegemoetkoming voor de voormalige V.V.R.-gemeenten in
het verschiet komen vanwege het geleden kapitaalverlies bij de overdracht van
de vuilverbrandingsinstallatie van de voormalige V.V.R.-gemeenten aan Heeren."
Niets meer aan de orde zijnde sluit de voorzitter vervolgens onder dankzegging
voor een ieders inbreng, de vergadering.
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de raad der gemeente Willem
stad gehouden op 9 februari 1993.
13Sluiting.