14 het is volgens hem ook zo dat, wanneer de Minister van Verkeer en Waterstaat van oordeel is dat er geen noemenswaardige verschillen met de eerste nota zijn, er geen inspraakronde meer komt. Het is namelijk aan de minister om te bepalen of dat al dan niet gaat gebeuren, aldus de heer De Witte. Hoewel de Kamers der Staten-Generaal ook nog wel een beslissing kunnen nemen, neemt de minister in eeïrste instantie die beslissing. De vraag van de Stichting Keerpunt aan de Kamers is nu juist om die beslissing bij de Kamers neer te leggen en niet bij de minister alleen, aldus de heer De Witte. Verder geeft hij aan dat bij agendapunt 6 duidelijk is gebleken dat, zijns inziens, alle mogelijkheden en kosten bij het parlement nog niet duidelijk zijn. De geboorde tunnel is daar een voorbeeld van, aldus de heer De Witte. Zodoende stelt hij voor om de in het voorstel vermelde vragen onder de aan dacht van het parlement te brengen en alsnog adhesie te betuigen aan het ver zoek van de Stichting Keerpunt. Antwoord le termijn. De voorzitter haalt, in antwoord op de laatste opmerking van de heer De Witte, aan dat de heer Munters heeft toegezegd dat de gemeente Willemstad bij de Staten-Generaal als gemeente een reactie zal neerleggen. De heer Munters geeft aan dat de opmerking van de voorzitter juist is. De gemeente wil inderdaad een geluid laten horen, zowel bij de minister als bij de Tweede Kamer der Staten-Generaal, aldus de heer Munters. Hij vindt dat het de gemeente niet past om aan de hand van een actiegroep mee te lopen. Hij vindt dat het een gemeente een bepaalde uitstraling geeft, indien die gemeente zelf haar eigen bezwaren bij de daarvoor bestemde instanties deponeert. 2e termijn. De heer De Witte deelt de mening van de heer Munters, dat aan de hand van een actiegroep meegelopen wordt, niet. Verder zegt hij: "U heeft uw mening over deze punten al of niet. Ik vind het jammer dat, indien u van plan bent om een reactie aan de daarvoor bestemde instanties te sturen, die reactie nu al niet bij de stukken is gevoegd." Hij vindt het jammer dat er geen adhesie wordt betuigd. Antwoord 2e termijn. De voorzitter geeft aan dat het standpunt van het college bekend is en dat dienovereenkomstig zal worden gehandeld. Zonder verdere beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt vervolgens overeenkomstig het voorstel van burgemeester en wethouders besloten de inte grale hsl-nota af te wachten alvorens adhesie te betuigen aan bij de Staten- Generaal voorgelegde vragen en het schrijven van de Stichting Keerpunt voor kennisgeving aan te nemen. 11Benoeming van mevrouw A. in 't Veld-Blonk tot ambtenaar van de burgerlijke stand. le termijn. Namens de P.v.d.A.-fractie geeft mevrouw De Wit aan op zich geen moeite met

Raadsnotulen

Willemstad: 1927-1995 | 1993 | | pagina 14