22
De heer Moerland geeft aan dat hij nu het standpunt van de voorzitter, na
diens uitleg van vanavond, wel begrijpt en hij is blij dat men weer op een
golflengte zit.
Wat de motoren betreft denkt hij dat het het verstandigst is om het nu voor
liggende voorstel te volgen.
In de ad-hoc commissie kan dan rustig worden bezien wat de mogelijkheden zijn
om andere oplossingen voor de motoren te zoeken, aldus de heer Moerland.
De voorzitter zegt in de richting van de heer Moerland: "Bedoelt u dan dat uw
fractie de intentie heeft om daar waar het mogelijk is de motoren wel toe te
laten? Een en ander betekent namelijk dat we in dit huis dan gaan onderzoeken
of daar mogelijkheden toe zijn.
Of zegt u dat we daar nog even mee wachten en een en ander eerst eens in de
commissie algemene bestuurlijke zaken zullen bespreken?"
Hij wil graag uitsluitsel over een en ander ontvangen om te voorkomen dat er
anders misschien onnodige werkzaamheden worden verricht.
De heer Moerland geeft aan dat hij bedoelt dat moet worden afgewacht hoe de
situatie zich na de afsluiting ontwikkelt.
Bij de evaluatie zal moeten worden betrokken hetgeen men met de motoren wil
gaan doen, aldus de heer Moerland.
De voorzitter begrijpt uit de woorden van de heer Moerland dat het college tot
het moment van de evaluatie wordt ontheven van de inspanningsverplichting om
nadere voorzieningen voor de motoren te onderzoeken.
De heer Moerland beaamt een en ander.
Vervolgens haalt hij aan dat de heer Kamp heeft medegedeeld dat er zeker een
taak voor de ad-hoc commissie zal blijven bestaan.
Hij denkt dat het goed is in overweging te nemen om de ad-hoc commissie om te
zetten in een commissie van advies en bijstand aan het college van burgemees
ter en wethouders, welke commissie een openbaar karakter heeft.
We gaan dan dus terug in de richting van een verkeerscommissie, aldus de heer
Moerland.
Mevrouw De Wit sluit zich daarbij aan.
De voorzitter geeft aan dat ook de ad-hoc commissie openbaar kan vergaderen.
De heer Moerland zou graag zien dat in de plaats van de ad-hoc commissie de
"ouderwetse" verkeerscommissie weer in het leven wordt geroepen, daar er voor
die commissie de komende jaren nog volop werk zal zijn.
Antwoord 3e termijn.
De heer Kamp denkt dat, om te komen tot een commissie van advies en bijstand
aan het college, met nadere voorstellen moet worden gekomen om een en ander te
formaliseren.
Hij constateert dat het de bedoeling is dat die commissie in alle openbaarheid
gaat vergaderen. Dat doet hem deugd.
De voorzitter merkt aangaande het door mevrouw Van Exel aangehaalde fiscalise-
ringsplan op dat zo'n plan niet op het moment van de evaluatie gereed kan
zijn.
Verder geeft hij aan dat de gemeente Heusden ook zo'n plan heeft gemaakt.