21
De uitkomst van dat verhaal moet zijn dat de kosten en opbrengsten met elkaar
in evenwicht zijn, aldus de voorzitter.
Hij denkt echter dat een en ander in tijd niet haalbaar zal zijn.
De heer Kamp denkt dat het verstandig is om vooraanduidingsborden te plaatsen,
zowel voor de geleiding van het verkeer om de vesting heen als voor de gelei
ding van het verkeer naar de parkeervoorzieningen.
Hij denkt daarnaast dat het erg belangrijk is om met name naar de ontwikkelin
gen op de parkeerplaatsen te kijken.
Hij kan zich vinden in de opmerking van de heer Moerland over het moment van
evaluatie.
Indien dat nodig is, zal de raad in de maand februari 1993 moeten besluiten om
een krediet beschikbaar moeten stellen voor de aanschaf van materialen ten
behoeve van de fysieke afsluiting, aldus de heer Kamp.
De heer Kamp wil van de heer Moerland graag weten wat hij precies met de op
merking dat de raad wat betreft de motoren gewoon eens even af moet wachten
hoe een en ander zich verder ontwikkelt, bedoelt.
In aansluiting daarop zegt hij: "Je kan een en ander namelijk op twee manieren
interpreteren
Je kan zeggen dat je afwacht of het college met voorstellen komt. Of je kunt
zeggen dat je de ontwikkeling van het verkeersgedrag van de motorrijders af
wacht en zelf geen initiatieven neemt."
Tot slot geeft de heer Kamp aan dat hij het heel wenselijk vindt dat de ad-hoc
commissie blijft bestaan.
De ad-hoc commissie heeft zich een bepaalde deskundigheid verworven, aldus de
heer Kamp. De commissie zal een taak krijgen bij de evaluatie.
Hij denkt dat er vrij kort na de zomervakantie een bijeenkomst van de ad-hoc
commissie gepland zal moeten worden.
3e termijn.
Mevrouw De Wit geeft aan dat het vanzelfsprekend is dat het haar zeer
aanspreekt dat de burgers zo min mogelijk zouden moeten betalen voor de te
treffen maatregelen.
Zij denkt graag mee over de vanavond geopperde oplossingen en zij veronder
stelt dat die oplossingen nog wel in de ad-hoc commissie ter sprake zullen
komen
Mevrouw Van Exel geeft aan in principe accoord te gaan met het voorstel.
Wel merkt zij op dat er uiteindelijk nog beslist moet worden over het toelaten
van motoren. Zij wil dat graag in de commissie verder bespreken.
Verder zegt zij: "Als mocht blijken dat de afsluiting met behulp van borden
niet voldoet, is het dan mogelijk om reeds nu een vergelijkingsopzet te maken
tussen het plan tot mechanische afsluiting en het fiscaliseren van het parke
ren in de vesting?
Onze fractie refereert daarbij aan de rondvraag in de ad-hoc commissie van 6
mei jongstleden.
Hierin hebben wij een compleet fiscaliseringsplan van Texel ingebracht, een
gemeente die met een nog groter parkeer- en verkeersprobleem worstelt."
De heer Moerland merkt op dat de ad-hoc commissie, naar zijn mening, een ver
trouwelijk karakter heeft.
Mevrouw Van Exel excuseert zich voor deze misstap.
