-11-
De oorzaak is gelegen in het feit dat men zich al vanaf eind 1991 heeft
beraden over de vraag: "wat moeten we nou met die NMP+ gelden?"
Men heeft een programma van wensen en eisen in deze op tafel gekregen.
Verder heeft men met een bepaalde regelmaat met het Ministerie van VROM
contact onderhouden.
Het ministerie is kenbaar gemaakt dat de gemeente Willemstad nogal wat
activiteiten in eigen beheer kan uitvoeren; eigenlijk zoveel, dat wij
ongeveer kunnen voldoen aan datgene wat het NMP+ van ons vraagt, aldus
de heer Munters.
Het ministerie van VROM bleek er echter toch prijs op te stellen dat de
gemeente Willemstad volledig in het NMP-spoor trad.
De heer Munters denkt dat er in het streekgewest bijna geen enkele
gemeente is geweest, welke de aanvraag voor 1 januari 1992 heeft
ingediend.
Op dit moment, zo meent hij, zijn er nog 4 gemeenten, die een
afwachtende houding hebben aangenomen. Verder is er één gemeente welke
beslist niet meedoet.
Ook zijn er nog drie gemeenten, die nog in de overlegsfeer verkeren.
Het college van burgemeester en wethouders van Willemstad heeft echter,
weliswaar bijna half 1992, besloten om in het NMP-spoor te treden.
De toekomst is dat op korte termijn prioriteiten moeten worden gesteld.
Zo haalt hij als voorbeeld aan de mogelijke herziening van het
bestemmingsplan "Buitengebied". Hij kan zich best indenken dat men een
en ander in 1993 bij voorrang aan de orde gaat stellen, omdat er in zo'n
plan zaken geregeld kunnen worden, welke wel degelijk van belang zijn
bij het accepteren van bedrijven, welke bepaalde gevolgen kunnen hebben
voor het milieu en alles wat ermee samenhangt.
Op dit moment vraagt het college groen licht om op het uitgezette spoor
verder te gaan.
Hij begrijpt dat eenieder in de raad daarmee accoord gaat, hetgeen hij
als prettig ervaart.
Aangaande de opmerking over de bonus merkt de heer Munters vervolgens op
dat men is teruggekomen op het gestelde dat alle gemeenten èn het gewest
moeten meedoen om voor de bonus in aanmerking te komen.
De zinsnede hierover in de vergoedingsregeling is niet meer opgenomen.
De bonus zal voor de wel deelnemende gemeenten gehandhaafd blijven,
aldus de heer Munters.
De voorzitter antwoordt aansluitend dat er geen strafkorting wordt
gegeven als het rampenbestrijdingsplan niet op tijd gereed is.
Verder merkt hij op dat de commissie algemene bestuurlijke zaken in de
vergadering van 21 mei aanstaande een voorstel over het rampenplan
tegemoet kan zien.
2e termijn.
De heer De Witte is blij met de mededeling over de bonus. Verder haalt
hij aan dat de heer Hoekwater suggereerde dat er gelden doorgesluisd
moeten worden. Hij heeft echter begrepen dat de gelden binnen de
gemeente blijven.
Verder vraagt de heer De Witte of hij uit de passage "Voor zover de
opgenomen takengrote openbare werken worden gebracht" op pagina 2
van het voorstel, mag concluderen dat de uitkering nog niet in 1992,
maar pas later komt.
Antwoord 2e termijn.
De heer Munters merkt op dat er geen gelden worden doorgesluisd. De
constatering van de heer De Witte in deze is juist.
Verder merkt hij op dat de door de heer De Witte aangehaalde passage
niet betekent dat de gemeente in 1992 nog niets krijgt.