-5-
Het is van haar zijde misschien nog een stukje onervarenheid, maar zij
weet verder niet wat de betekenis van dit stuk is. Zij zou hierover
graag wat meer duidelijkheid krijgen.
Verder rest haar nog de vraag waarom deze gelden niet rechtstreeks aan
het ouderenbeleid ten goede komen.
Met betrekking tot ingekomen stuk nummer 14 merkt de heer De Witte
namens de P.v.d.A.-fractie op, dat de motie zijn sympathie heeft.
Namens de CDA-fractie merkt mevrouw In 't Veld met betrekking tot
ingekomen stuk nummer 8 op, dat zij zich aansluit bij de opmerkingen van
mevrouw De Wit aangaande deze kwestie.
Zij geeft te kennen in het streekgewest op deze kwestie terug te zullen
blijven komen, totdat het onderzoek naar voren geschoven zal worden.
Namens de CDA-fractie merkt mevrouw In 't Veld met betrekking tot
ingekomen stuk nummer 12 op met vreugde kennis genomen te hebben van
het feit dat de realisering van een crossterrein nabij het
Hellegatsplein geen doorgang zal vinden.
Van het begin af aan heeft men in Willemstad bezwaar tegen de
realisering gehad.
Het is een enorme opsteker vooral naar de bezwaarmakers dat het helpt
indien je ergens protest tegen aantekent.
De reden waarom ook bezwaar vanuit de gemeenteraad van Willemstad is
opgestart was, dat er via een simpele artikel 19 WRO procedure
ontzettend grote veranderingen zouden plaatsvinden aldus mevrouw
In 't Veld.
Met betrekking tot ingekomen stuk nummer 14 merkt mevrouw In Veld,
namens de CDA-fractie op, dat zij deze goede suggestie ondersteunt.
Het verbaast haar een beetje dat het niet mogelijk was om een
gedifferentieerd tarief toe te passen.
Zij is van mening dat het het eerlijkste zou zijn, indien degenen die
het minste vuil aanleveren ook het minste hoeven te betalen.
Aangaande ingekomen stuk nummer 11 citeert mevrouw In 't Veld, namens
de CDA-fractie, de navolgende passage uit de bij het schrijven behorende
brochure: "Echte vrijheid van meningsuiting houdt rekening met de
zwakken en anderen in de maatschappij. Die horen er in vrijheid bij".
Een en ander stemt eenieder misschien tot nadenken, aldus mevrouw
In 't Veld
Namens de V.V.D.-fractie onderschrijft de heer Hoekwater de
opvattingen van mevrouw De Wit en mevrouw In 't Veld, aangaande
ingekomen stuk nummer 8.
Hij denkt dat, ondanks de optimistische publicaties hedenmorgen in een
ter plaatse verschijnend dagblad, er troch nog een extra addertje onder
het gras schuilt.
Hij wil aan de vertegenwoordigster van de gemeente Willemstad in het
streekgewest meegeven dat in de brief, welke namens het streekgewest is
uitgegaan naar de colleges van burgemeester en wethouders van de bij het
streekgewest aangesloten gemeenten, de zinsnede voorkomt dat het
streekgewest stelt dat het een brief naar het Ministerie van
Binnenlandse Zaken heeft gestuurd om het standpunt om met Rotterdam
samen te werken zoals dat nu door de Ziekenfondsraad is verwoord, nog
eens aan een beoordeling te onderwerpen.
Hij vraagt of het streekgewest een slechte verliezer is en of men via
deze methodiek probeert om nog een keer tijd te rekken om een beslissing
van voornoemd ministerie af te wachten, alvorens men verder gaat.
Indien dat het geval zou zijn, zou hij dat bijzonder betreuren.