21
zijn. De voorzitter heeft nog mij uitdrukkelijk gevraagd hoe hij een en ander
moest zien. Hij heeft zelfs nog aangeboden om de vergadering te schorsen,
zodat ik in mijn fractie overleg kon plegen. Ik heb toen gezegd dat ik geen
behoefte had aan nader overleg binnen mijn fractie."
De heer Driesprong geeft aan dat een en ander hem duidelijk is.
Vervolgens merkt hij op dat wordt voorgesteld om het volledige perceel in het
voorbereidingsbesluit te betrekken. Het valt hem op dat het gehele perceel uit
een pand en een tuin bestaat. Hij weet dat, bij het gedeelte dat momenteel bij
de horeca-ondernemer in gebruik is, de tuin in de zomer vaak als terras wordt
gebruikt. Betekent een en ander dat we straks ook in de tuin van het naastge
legen pand een terras mogen verwachten of beperkt deze horecabestemming zich
tot het pand en blijft de tuin de bestemming tuin houden, aldus de heer Drie
sprong.
Hij verneemt graag de mogelijkheden en onmogelijkheden met betrekking tot de
eventuele scheiding binnen het perceel.
Antwoord le termijn.
De heer Munters geeft aan dat de heer De Witte terecht heeft opgemerkt dat
hetgeen nu wordt gevraagd, niet geheel parallel loopt met de in de leefmilieu
verordening opgenomen artikelen in deze. Naar de huidige situatie is een en
ander echter niet strijdig. Dus wat dat betreft, doen we toch, denk ik, ons
eigen standpunt geen geweld aan, wanneer we het verzoek tot wijziging zouden
honoreren, aldus de heer Munters.
Hij herhaalt vervolgens dat alle drie de fractievoorzitters in de vergadering
van de commissie algemene bestuurlijke zaken van 10 december 1992 het college
de ruimte hebben gegeven om het raadsvoorstel te maken. Hij denkt dat het
college zijn taak niet goed zou hebben verstaan, indien niet met dit voorstel
naar de raad was gekomen.
De heer Munters zegt toe met de horeca-ondernemer in overleg te treden over de
parkeerproblematiek ter plaatse van de horecagelegenheid.
Op de vraag van de heer Driesprong over het terras moet de heer Munters op dit
moment het antwoord schuldig blijven. Met de horeca-ondernemer is over een en
ander niet gesproken. Wel is het zo dat, indien de ondernemer een terras wil
realiseren, dat terras op eigen terrein zal worden opgesteld, aldus de heer
Munters. Hierin verschilt een en ander dus met de andere terrassen in de ge
meente, welke op gemeentegrond zijn gerealiseerd.
Hij heeft de heer Driesprong niet horen zeggen dat het een probleem bij hem
zal oproepen, wanneer er naast de uitbreiding van het pand ook een uitbreiding
van het terras zal plaatsvinden. Hij zegt toe over een en ander met de horeca
ondernemer in overleg te zullen treden.
In aanvulling op de opmerkingen van de heer Munters over het realiseren van
een terras, merkt de voorzitter op dat voor de realisering van een terras in
de open lucht toestemming van het college van burgemeester en wethouders nodig
is.
Verder denkt hij dat in dit geval de situering anders is als in de oude situa
tie en dat een terras niet meer in het plan past. Hij denkt dat een en ander
daarom helemaal niet aan de orde is. Er zal echter met de horeca-ondernemer
over een en ander worden gesproken.
2e termijn.
De heer De Witte zegt: "Voorzitter, het spijt me dat de wethouder mij kenne-