6
interruptie merkt de heer Boertjes op dat de meerderheid van de raadsleden
niet op de hoogte is van de toegevoegde ingekomen stukken.
De voorzitter merkt op dat de toegevoegde lijst van ingekomen stukken voorin
de map is aangebracht.
De heer Boertjes merkt op dat betreffende lijst vandaag pas in de map lag. Hij
is vandaag niet in de fractiekamer geweest om die map in te zien. Hij heeft de
map reeds eerder ingezien.
De voorzitter merkt op dat de aanvullende lijst dinsdag in de map is aange
bracht. Hij heeft er geen moeite mee dat de betreffende stukken in januari
1993 nogmaals aan de raad worden voorgelegd.
Hij vraagt aansluitend of er behoefte is om de vergadering te schorsen, opdat
nu kennis kan worden genomen van de betreffende stukken.
De heer Boertjes vraagt waar het andere ingekomen stuk over gaat.
De voorzitter geeft aan dat het een schrijven van de Vrijwilligers Organisatie
Nederland te Hardinxveld - Giessendam betreft, inzake te ontplooien activitei
ten ten behoeve van mensen met een minimum inkomen.
Gezien de behoefte om kennis te nemen van de aanvullende stukken, schorst de
voorzitter vervolgens de vergadering.
De voorzitter heropent de vergadering en vraagt of de stukken aanleiding geven
tot het maken van opmerkingen.
Namens de V.V.D.-fractie geeft de heer Boertjes aan dat het voorstel de in
stemming van zijn fractie heeft. De hier gevolgde procedure vindt hij echter
niet correct. Het ware beter geweest de raadsleden middels een briefje op de
hoogte te stellen van de wijziging, aldus de heer Boertjes.
De voorzitter merkt op dat de raadsleden in het vervolg separaat op de hoogte
zullen worden gesteld van wijzigingen zoals deze.
De heer De Witte neemt aan dat ingekomen stuk nummer 24 in de volgende verga
dering ter behandeling bij de ingekomen stukken zal worden aangeboden.
De voorzitter merkt op dat het geen probleem is om dat stuk voor de volgende
vergadering nogmaals op de lijst van ingekomen stukken te plaatsen.
Namens de C.D.A.-fractie onderschrijft mevrouw In 't Veld de woorden van de
heer Boertjes.
Verder wil zij inhoudelijk ingaan op ingekomen stuk nummer 24.
De voorzitter wijst in dit geval op de geldende procedure met betrekking tot
het reageren op de ingekomen stukken.
De heer Groeneveld geeft aan dat er hier sprake is van een misverstand. Het is
niet zo dat er niet over het betreffende ingekomen stuk mag worden gesproken.
De voorzitter geeft aan dat er twee categorieën ingekomen stukken zijn. Een
categorie bevat ingekomen stukken, waarvan wordt voorgesteld om die stukken
voor kennisgeving aan te nemen. Als iemand vindt dat het niet correct is om
een bepaald ingekomen stuk voor kennisgeving aan te nemen, kan aan de gemeen-