27
Uit de enquête is ook gebleken dat er, daar waar je spreekt over afstanden
en de soort voorziening, nogal wat drempels zijn, aldus de heer Kamp.
Hij denkt dat het erg belangrijk is dat niet al het voor de komende jaren
voor de kinderopvang beschikbare geld in gebouwen en in dure investeringen
wordt gestoken, maar dat dat bedrag wordt aangewend voor een stuk flexibi
liteit, zodat ook bij wijziging van behoeften op een en ander kan worden
ingespeeld. In het bestuurdersoverleg zal dat ook mijn benadering zijn,
aldus de heer Kamp.
De gemeente Willemstad heeft destijds het standpunt ingenomen dat er een
behoefte-onderzoek moest komen. Hij denkt dat de uitkomst van het behoef
te-onderzoek duidelijk heeft aangetoond dat het behoefte-onderzoek erg
belangrijk is voor de gehele procedure. Hij is blij dat de gemeente haar
voornoemd standpunt over een behoefte-onderzoek tot het laatst toe heeft
vastgehouden en dat uit het onderzoek blijkt dat in de gemeente, waar de
behoefte aan een behoefte-onderzoek het laagst was, veel minder behoefte
aan bepaalde voorzieningen is dan in de gemeente Willemstad.
Aangaande cultuur haalt hij aan dat hijgelet op de ter zake reeds
gevoerde discussies in de raad in deze, merkt dat het peil, waarover wordt
gesproken in de door mevrouw De Wit aangehaalde definitie, alswel de
belangstelling stijgende is. In de in voorbereiding zijnde notitie, welke
een inventariserend karakter zal hebben met betrekking tot te ondernemen
activiteiten, wil het college samenhang brengen in hetgeen er allemaal op
cultureel gebied wordt ondernomen, aldus de heer Kamp. Verder zegt hij:
"Het is ook belangrijk dat datgene wat je doet, wordt gedragen door een
beperkte groep mensen, die dat moeten uitvoeren." Hij denkt ook dat het
niet zo mag zijn dat er door de gemeente allerlei zaken worden bedacht,
welke nergens bij aansluiten en waarmee het ambtelijk apparaat overigens
wordt belast, terwijl die zaken uiteindelijk niets opleveren. Verder vindt
hij wel dat men in "cultuur" de ruimte moet hebben om te kunnen experimen
teren. Daarmee kan men de zaak levendig houden, aldus de heer Kamp.
Hij denkt verder dat moet worden bekeken op welke wijze mensen in de
Willemstadse gemeenschap medeverantwoordelijkheid kunnen dragen en vorm
kunnen geven aan de uitwerking van cultuurbeleid, waarbij vanuit de
gemeente de randvoorwaarden worden gesteld.
Aangaande fondsen merkt hij op dat er eigenlijk al heel veel op het gebied
van cultuurfondsen aanwezig is. Het is maar net hoe breed men een en ander
trekt, aldus de heer Kamp. Hij verwijst in dit geval naar de gelden, welke
worden uitgetrokken voor het opknappen en restaureren van bunkers en
monumenten en verder wijst hij, met betrekking tot sociaal-culturele
activiteiten, op het knelpuntenpotje "sociaal-cultureel werk".
De heer Kamp merkt vervolgens op dat hetgeen door de fracties is aangedra
gen, zal worden meegenomen in de overwegingen, welke aan de nota ten
grondslag zullen liggen.
De cultuurnota zal een plaatsje krijgen op de door het college op te
stellen prioriteitenlijst.
Het evaluatieverslag met betrekking tot Walled Towns Friendship Circle kan
rond februari 1993 tegemoet worden gezien, aldus de heer Kamp.
Over de opmerking aangaande samenwerking met Brenna in relatie met een
mogelijk te verkrijgen subsidie merkt hij op dat vanuit de gemeenteraad
van Brenna aan de gemeente Willemstad een intentieverklaring is voorge
legd. In de commissie welzijn is het betreffende stuk nog niet inhoudelijk
besproken, doch er is wel een procedure aangegeven met betrekking tot de
besluitvorming in deze. In de raadsvergadering van december 1992 kan een