-6- Tot slot zegt zij: "Het enige wat ik er over zou willen opmerken is: zet het op een plaats waar het echt goed opvalt en waar er zoveel mogelijk mensen van kunnen genieten" De voorzitter merkt op dat de plaats waar een en ander goed opvalt, juist het punt van discussie kan zijn. Daarom heeft hij een en ander liever van te voren afgesproken. In die zin is de opmerking van de heer Groeneveld dus best terecht, aldus de voorzitter. Namens de V.V.D.-fractie merkt de heer Hoekwater op erg gelukkig te zijn met het initiatief om het feest in het kader van het beleg met een onthulling van een beeldengroep te besluiten. In Willemstad is men niet zo rijk gezegend met herdenkingsmonumenten, zodat deze beeldengroep zeker een bijzondere plaats in de gemeente zal innemen In verhouding tot het te leveren produkt, zoals men dat hoopt te krijgen, is er sprake van een zeer matige kostprijs van het monument. Als daar boven op nog een subsidie van de provincie tegemoet kan worden gezien heeft hij de indruk dat men er in Willemstad een hele mooie beeldengroep bij krijgt. Hij hoopt dat de heer Van Steenbergen bij de locatiekeuze ook ruim inspraak zal krijgen. Antwoord le termijn. De heer Kamp merkt op dat men waarschijnlijk voor 1 december 1992 bericht zal krijgen over het subsidieverzoek. Aangaande de locatiekeuze heeft het college wel gehandeld in de geest van hetgeen de heer Groeneveld in de commissie a.b.z. heeft gezegd. Dat er nu nog geen voorstel dienaangaande is, is gelegen in het feit dat het college koerst op het vinden van een locatie die de volledige instemming van de raad kan wegdragen, aldus de heer Kamp. Bezien zal moeten worden hoe het advies van de heer Van Steenbergen daarin past. Het streven van het college is erop gericht om binnen een paar weken een en ander rond te hebben, aldus de heer Kamp. 2e termijn. De heer Groeneveld merkt, verwijzend naar de opmerking van Hoekwater over de omvang van het aantal herdenkingsmonumenten, Willemstad een behoorlijk aantal herdenkingsmonumenten heeft. Als in dit geval wordt gesproken over kunstwerken, dan is Groeneveld het met de heer Hoekwater eens. Antwoord 2e termijn. De voorzitter merkt op dat er met betrekking tot dit voorstel en de beeldengroep is afgesproken dat het woord "kunst" niet zou worden gebruikt. Vandaar dat wordt gesproken over herdenkingsmonumenten. Zonder verdere beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt daarna overeenkomstig het voorstel van burgemeester en wethouders besloten een krediet van f 42.295,00 te voteren voor het vervaardigen van een herdenkingsmonument betreffende het beleg en de verdediging van Willemstad in 1793 en de begroting 1992 hiermee in overeenstemming te brengen. de heer op dat de heer

Raadsnotulen

Willemstad: 1927-1995 | 1992 | | pagina 175