-4-
4Vaststelling van de gemeenschappelijke regeling "Welstandszorq Noord-
Brabant"
Ie termijn.
Namens de CDA-fractie merkt de heer Driesprong op dat zijn fractie in
haar algemene beschouwingen in le termijn de welstandscommissie ter
discussie stelt m.b.t. de begroting 1993.
Hij vindt het niet logisch, indien men nu over dit agendastuk gaat
discussiëren en een besluit gaat nemen en dat men bij de algemene
beschouwingen het inhoudelijke van de welstandscommissie nog een keer
ter discussie gaat stellen. Hij is van mening dat de zaak dan
achterstevoren wordt aangepakt.
Hij vraagt of het wellicht mogelijk is om het voorstel terug te nemen en
in november 1992 alsnog aan de raad voor te leggen, omdat dan de
algemene beschouwingen achter de rug zijn.
Namens de P.v.d.A.-fractie merkt de heer De Witte op dat er kennelijk
enige haast geboden is, daar het voorstel niet in een commissie is
behandeld. Graag verneemt hij enige toelichting hierop.
Verder vraagt hij wat het belang van de samenvoeging is, danwel kan
zijn.
Tevens vraagt hij of met die samenvoeging nog kosten gemoeid zijn.
Tot slot vraagt hij of de samenvoeging enige bijdrage zal leveren tot
meer begrip over door de instantie te nemen beslissingen bij de burger.
Antwoord le termijn.
De heer Munters merkt op dat Welstandszorg heeft gevraagd om vóór 1
november 1992 het standpunt van de gemeente kenbaar te maken. Dat
verzoek is bij alle aangesloten gemeenten gedeponeerd.
De heer Munters zou zich kunnen indenken dat men het stuk in de
begrotingsvergadering aan de orde stelt, omdat het voorstel al gereed is
en men er al uitvoerig kennis van heeft kunnen nemen.
De heer Munters vindt de opmerking dat het stuk niet in de commissie is
behandeld een terechte opmerking. Hij haalt verder aan dat niet precies
duidelijk was in welke commissie het voorstel moest worden behandeld.
De samenvoeging heeft een kostenbesparende werking.
De bijdrage per inwoner per gemeente zal zonder meer 8 a 10 cent worden
verlaagd.
Er waren meerdere redenen om met het samenvoegingsvoorstel te komen.
Allereerst speelde het feit dat er momenteel een parttime directeur
is. Er is een vacature welke moet worden opgevuld.
Als de samenvoeging pas op termijn zal plaatsvinden krijgt men het
probleem van de wachtgeldverplichtingen, omdat er dan een directeur
"over" is.
Als er nu een samenvoeging plaatsvindt speelt dat probleem niet.
Verder werkt de samenvoeging zonder meer besparend op het gebied van de
administratie.
De capaciteit van het aanwezige automatiseringssysteem is voldoende om
de beide administraties gemakkelijk aan te kunnen.
Daarnaast is het zo dat men in heel Nederland op het gebied van de
welstandszorg provinciale regelingen kent. Alleen in de provincie
Noord-Brabant heeft men de luxe dat er 2 regelingen zijn.
In zijn totaliteit kan in de provincie Noord-Brabant ook gemakkelijk met
1 regeling worden volstaan.
Over het begrip bij de burger merkt de heer Munters op dat men er op
moet rekenen dat personen die nu de aanvragen behandelen, dat ook in de
toekomst blijven doen.