-2-
Namens de CDA-fractie merkt mevrouw In 't Veld op dat zij denkt dat de
vraag, welke is aangehaald bij de notulen van de vergadering van 12 mei
1992 op pagina 1 van de notulen, niet juist is geformuleerd.
Het verbaasde haar toen dat er in "de Ster" nog steeds melding werd
gemaakt over de dagopvang voor ouderen, terwijl er opgemerkt was dat er
geen behoefte aan die dagopvang was, wat zij overigens betwijfelde.
De voorzitter merkt op dat de publicatie in "de Ster" hem ook is
opgevallen. De mededeling in "de Ster" moet vervallen, daar er geen
mogelijkheid voor dagopvang meer is.
De redactie van "de Ster" zal over een en ander worden ingelicht.
Mevrouw In 't Veld had nog hoop toen zij de publicatie in "de Ster"
zag, doch zij begrijpt nu dat er thans geen mogelijkheid voor dagopvang
meer is.
Bij de te maken afspraken met het home-team en de verzorgingshuizen zal
de dagopvang zeker ter sprake worden gebracht, aldus de voorzitter.
De dagopvang is vorig jaar vrij abrupt beëindigd door gebrek aan
middelen en eigenlijk ook een beetje door onvoldoende belangstelling,
welke nodig is om het project te kunnen dragen.
Voor de mensen die wel behoefte hebben aan de dagopvang is het een
geweldig gemis dat er geen opvang meer is. Zolang er geen dagopvang is
zal er in "de Ster" geen mededeling meer over wprden gedaan, aldus de
voorzitter.
Zonder verdere beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming worden
vervolgens de notulen van de vergadering van 9 juni 1992 vastgesteld.
Notulen van de vergadering van 14 juli 1992.
Naar aanleiding van de notulen wijst de heer Hoekwater namens de
V.V.D.-fractie op de passage "dat ons streekgewest een kans heeft laten
liggen" op pagina 5 en op het bevestigende antwoord daarop op pagina 7.
In de notulen van de gewestraadsvergadering van 29 juni 1992 wordt op
pagina 16 onder andere opgemerkt dac in de R.D.A.-adviescommissie zaken
aan de orde zijn geweest met betrekking tot de organisatie van het
afvalverwijderingssysteem, aldus de heer Hoekwater.
De heer Hoekwater vraagt vervolgens op welke wijze de raad wordt
geïnformeerd over hetgeen in de R.D.A.-adviescommissie wordt behandeld.
Verder vraagt hij of er in het streekgewest wel degelijk initiatieven
worden ontwikkeld om te komen tot een streekgewestelijke ophaaldienst.
Zo ja, is dan de op 14 juli 1992 gemaakte opmerking wellicht ten
onrechte gemaakt en wordt de raad eigenlijk alleen onvoldoende
geïnformeerd?
De heer Munters antwoordt dat hij de meeste informatie ook voor een
groot gedeelte uit de notulen van de gewestraadsvergadering moet halen.
Vervolgens schetst hij de gang van zaken aangaande de gewestelijke
ophaaldienst.
Er heeft door een onderzoeksbureau een breedschalig onderzoek
plaatsgevonden.
Alle gemeenten in het streekgewest zijn door onder andere de gewestelijk
portefeuillehouder, mevrouw Kerkhof, bezocht en zijn gevraagd naar hun
ideeën over het gezamenlijk ophalen van huisvuil en het toekomstig
gescheiden ophalen van dat huisvuil en gft-afval.
Er is een rapport over dat onderzoek verschenen.
Het rapport is besproken.