-14- Omwille van de tijdsdruk wordt er van ons verwacht om maar weer "ja" te zeggen en eigenlijk hebben wij daar weinig zin in. We spraken in het verleden al vaker met u over de zorgvuldigheid en hier heeft u weer een schoolvoorbeeld van hoe wij vinden dat het vooral niet moet. Dat was het standpunt van de fractie. Persoonlijk nog het volgende. Als lid van dead hoe—adviescommissie aan het college van burgemeester en wethouders als bedoeld in artikel 62 lid 1 van de gemeentewet, ben ik danig teleurgesteld in het college en met name wethouder Kamp. U gaf deze commissie een aantal taken: eindpunten van de proef formuleren, het begeleiden van het voornoemde onderzoek, het opstellen van een afrondend rapport en eventueel advies. Toen deze commissie werd samengesteld, begreep ik dat het de intentie van het college was om deze commissie een begeleidende rol te geven in de ruimste zin des woords. Tot nu toe hebben we echter alleen maar achter de feiten aangelopen. Het gevoel dat de commissie enige toegevoegde waarde heeft aan het geheel, ontbreekt helaas. Gezien de manier waarop wethouder Kamp met de materie is omgegaan en gezien zijn beantwoording in de a.b.z.-vergadering, waar hij geen verantwoording wenst te nemen voor het beleid met betrekking tot de commissie, sterker nog, de commissie verantwoordelijk stelt voor het tot nu toe gevoerde beleid, ben ik bij mezelf te raden gegaan of het zinvol is om als commissielid aan te blijven. Ik ben tot de conclusie gekomen dat wat er gebeurd is niet juist is en dat er zeker geen stevige basis meer bestaat voor het vertrouwen in de toekomst voor waar het de ad hoe—commissie betreft. Op aandringen van mijn fractie blijf ik echter toch aan als commissielid, met name omdat de wegblijvers nooit gelijk hebben. Ik doe dit, maar er zal iets moeten veranderen. Op zon manier heeft het voor mij geen zin. Ik hoop dat de wethouder op dit gebied beterschap wil beloven." Antwoord le termijn. De heer Kamp merkt op dat, indien de ad hoc-commissie zou besluit om aan het college van burgemeester en wethouders te adviseren om geen proefafsluiting te houden, het college het oordeel van de gemeenteraad kan vragen. Een en ander zou betekenen dat er een extra raadsvergadering moet worden gehouden, doch de heer Kamp verwacht niet dat een en ander zo zal lopen. De inwoners van Willemstad worden in "de Ster" van aanstaande zaterdag geïnformeerd over de proefafsluiting. De vaste ligplaatshouders van de haven krijgen een brief over de proefafsluiting toegezonden en zij kunnen zich melden om een pasje te verkrijgen. Ontheffing kan worden verleend aan houders van een invalidenparkeerkaart en hulpverleningsinstanties. Het college heeft het belangrijk gevonden, zeker met het oog op de zaterdagavond, om ook taxi's de gelegenheid te geven om personen op te halen. Verder is er nog de categorie van incidentele gevallen, zoals onder andere familieomstandigheden, welke voor ontheffing in aanmerking komen. Bij de slagboom moet men in dit soort gevallen naar bevind van zaken kunnen handelen, aldus de heer Kamp. Er is ingepland dat de mensen op dat punt geïnstrueerd zullen worden. Aangaande de juridische onderbouwing citeert de heer Kamp "dat vloeit voort uit het besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer". Het besluit moet worden bekendgemaakt. Op 14 april 1992 heeft de

Raadsnotulen

Willemstad: 1927-1995 | 1992 | | pagina 134