-12- Hij vraagt welke waarde men aan de uitkomst van de enquête moet gaan hechten als het parkeerterrein al de weekeinden erg donker is geweest Verder merkt hij op dat in krap 3 weken, midden in de vakantieperiode, alles voor elkaar moet komen. Met alle respect voor de inzet die men bereid is te leveren, is hij van mening dat dit geen zorgvuldige voorbereiding is van een proef, welke van uitzonderlijk belang is om als basis te dienen voor de beslissing die de raad over enige maanden zal moeten nemen. Het heeft er volgens de heer Hoekwater alle schijn van dat aan haast een hogere prioriteit wordt toegekend dan aan een zorgvuldige voorbereiding. Hij heeft met een en ander bijzonder veel moeite. Daarom wil hij het college met klem verzoeken om de proef te verdagen naar een zodanig later tijdstip, dat een gedegen voorbereiding kan plaatsvinden, zodat vervolgens een goede proef kan worden gehouden. "Met het voorstel om gelden ter beschikking te stellen voor de uitvoering van een en ander kan ik accoord gaan met daarbij de aantekening dat mogelijk door de commissie meerdere gelden gevoteerd zouden willen worden, die we dan niet meer kunnen krijgen, hetgeen ik ten zeerste betreur", aldus de heer Hoekwater. Hij gaat ook accoord met hetgeen over het bewakingsbedrijf is gesteld en de daarvoor te voteren gelden. Met het denkbeeld om iedere maandag als begeleidingscommissie bij elkaar te komen zou hij niet bij voorbaat accoord willen gaan. Namens P.v.d.A.-fractie merkt de heer De Witte op dat hij het eens is met de voortgang van het plan. Hoewel lijkt dat de voorbereidingstijd kort is, vindt hij nog steeds dat het beleid voortgang moet vinden en dat deze eventuele storing geen aanleiding mag zijn om het proces te vertragen. Hij is het niet eens met de opmerking van de heer Hoekwater dat haast en zorgvuldigheid niet samen gaan. Hij is van mening dat een en ander best kan. Hij heeft van de kant van het college zeker geen signalen ontvangen dat er ambtelijke problemen zijn, daar anders het voorliggende voorstel waarschijnlijk niet ter tafel had gelegen. Hoewel je inhoudelijk op een aantal stukken kritiek kan hebben over tijdstippen, duur en plaats, denk ik dat je een proces niet moet onderbreken en ook niet te lang moet uitstellen, aldus de heer De Witte. Hij is van mening dat men dus door moet blijven gaan. Men moet ook niet doen alsof dit al definitieve plannen zijn en dat de nu voorhanden zijnde uitkomsten meteen al maatgevend moeten zijn voor verdere stappen. Vandaar dat een en ander ook de naam "proef" verdient. Al met al is hij het eens met het voorstel en zal hij het voorstel dan ook steunen. Namens de CDA-fractie merkt de heer Moerland op blij te zijn dat de P.v.d.A.-fractie het reeds met hem eens is voordat hij gesproken heeft. Zijn fractie heeft haar ongenoegen over de gang van zaken met betrekking tot de voortgang van het onderzoek naar de parkeer- en verkeerssituatie in de vesting in de laatst gehouden vergadering van de commissie algemene bestuurlijke zaken al uitgebreid uitgesproken. Met name de luchthartige beantwoording in voornoemde commissie van de heer Kamp bevalt zijn fractie slecht. Het feit dat de V.V.D.-fractie tegen stemt, kan hij begrijpen. Het argument dat daarbij wordt gebruikt, vindt hij echter niet juist. Reeds een jaar geleden was bekend dat er tussen fase 2 en fase 3 van het onderzoek geen tijd aanwezig zou zijn voor een evaluatie. Reeds toen heeft de raad, inclusief de V.V.D.-fractie, ervoor gekozen om te volstaan met de analyse over fase 2.

Raadsnotulen

Willemstad: 1927-1995 | 1992 | | pagina 132