-14-
Aangaande "de opstallen ter plaatse van de Tussenweg" hecht hij er aan
dat er, alvorens de slopershamers zouden kunnen vallen, eerst met de
betrokkenen wordt overlegd over de vraag hoe tot een aanvaardbare
oplossing voor alle drie de partijen kan worden gekomen.
Antwoord le termijn.
De heer Munters antwoordt dat de gemeente de wegen alleen wil
accepteren onder de voorwaarden, zoals die in het raadsvoorstel zijn
verwoord.
Een en ander betekent dat de Malthaweg, de Hellegatsweg en een klein
stukje van de Lantaarndijk een degelijke opknapbeurt moeten krijgen.
Die opknapbeurt is tot in detail met de vertegenwoordigers van
rijkswaterstaat doorgesproken.
De gemeente heeft op een en ander ook een positief antwoord gekregen,
aldus de heer Munters.
Verder haalt hij aan dat de gemeente geen bermsloten zal accepteren.
In het voorstel is aangegeven dat een en ander niet meer past in het
provinciale beleid. In het provinciale beleid is duidelijk terug te
vinden dat de wegen bij de gemeenten thuishoren en de watergangen bij de
waterschappen
De gemeente wil beslist niet langs de achterdeur weer watergangen
binnengesmokkeld krijgen.
Verder merkt hij nog op dat, indien rijskwaterstaat niet met het
voorstel accoord gaat, het college met deze kwestie bij de raad
terugkomt
De heer Munters merkt verder op dat er voor gekozen is om de grens op de
Parallelweg op de rand van de verharding te leggen om reden dat de
bermen aldaar gevoelig zijn bij het onderhoud, daar het een vrij druk
bereden weg betreft.
Verder is de gemeente beducht dat het af te bermen materiaal binnen niet
al te lange tijd het predikaat "chemisch afval" met zich mee zal
krijgen, aldus de heer Munters.
Op de grote wegen speelt een en ander al heel sterk.
Voor het bermmateriaal heeft men eigenlijk amper nog een afzetgebied.
De heer Munters vindt dat dit probleem geen zaak voor de gemeente is,
doch voor de hogere overheid.
Verder merkt de heer Munters op dat het college ook van mening is dat de
maatregelen bij het Sluispad-Noord een vorm van kapitaalsvernietiging
zijn.
De getroffen maatregelen komen de verkeersveiligheid van vooral fietsers
niet ten goede. Ook wijst hij er nog op dat de door de heer Hoekwater
gemaakte opmerking over het verwijderen van de markering, in het
voorstel is terug te vinden.
De heer Munters gaat er dus ook vanuit dat de obstakels zullen worden
verwijderd.
Tot slot deelt hij mede dat aangaande de opstallen ter plaatse van de
Tussenweg overleg zal worden gevoerd met de betrokkenen.
2e termijn
Het is de heer Moerland nog niet helemaal duidelijk waarom het college
nu met het voorstel komt.
Hij haalt verder aan dat het college heeft aangegeven dat men een
positieve toezegging heeft gekregen. Hij neemt aan dat die toezegging
niet schriftelijk is gedaan, daar hij een en ander niet bij de
raadstukken heeft aangetroffen.
Tot slot zegt hij: "Als we er nu met zijn allen van overtuigd zijn dat
de versmalling een kapitaalsvernietiging en volledig ten onrechte is
geweest, waarom vraagt het college dan om in deze zaak te berusten?"
