- 9 - De heer Tuinman haalt aan dat in het als "voorlopig" gekenmerkte stuk melding wordt gemaakt van de portefeuilleverdeling binnen het college. Hij neemt aan dat een en ander vanaf heden voor kennisgeving mag worden aangenomen. Als dat zo is, mag er dan ook van uitgegaan worden dat, als in komende vergaderingen vragen naar aanleiding van de ingekomen stukken betreffende Z.W.N, en B.B.A. worden gesteld, deze door de portefeuillehouder zullen worden beantwoord? De voorzitter antwoordt dat daarvan zeker uitgegaan kan worden. De heer Groeneveld merkt op dat zijn fractie er bij de instelling van de commissie toerisme en recreatie op heeft aangedrongen om van elke raadsfractie een vertegenwoordiger in de commissie te benoemen. Dat voorstel van zijn fractie kon in de commissie a.b.z. destijds geen meerderheid vinden en zodoende is dat voorstel niet overgenomen. Het CDA-standpunt van toen geldt nu nog steeds. De heer Groeneveld verzoekt de voorzitter daarom een en ander in de komende besluitvorming mee te nemen. De heer Tuinman sluit zich namens de PvdA.-fractie aan bij het CDA-standpunt De voorzitter zegt toe een en ander in overweging te geven aan het college. Hij stelt de V.V.D.-fractie voor om na te denken over wie, zo daar behoefte aan is, die fractie zou willen vertegenwoordigen in de commissie toerisme en recreatie. De heer Boertjes gaat accoord met het door de voorzitter voorgestelde. De heer Hoekwater vraagt de voorzitter zich te beraden over "welke onderwerpen in welke commissie behandeld worden". Dit alles met het doel dat de onderwerpen waarover de commissie adviseert, in overeenstemming gebracht kunnen worden met de portefeuille van de commissievoorzitter. De voorzitter merkt op dat een en ander gezien de portefeuilleverdeling niet eenvoudig zal zijn. Specifieke openbare werken aangelegenheden zullen in de commissie openbare werken worden behandeld. Alle aangelegenheden die niet op een specifieke commissie betrekking hebben zullen worden behandeld in de commissie algemeen bestuurlijke zaken. De heer Hoekwater stelt het op prijs als het onderwerp "verkeer en vervoer" in de commissie cultuur, onderwijs, welzijn en volksgezondheid behandeld zal worden. Hij vindt daarnaast dat de taakomschrijving met betrekking tot de commissie openbare werken aangepast moet worden, daar in die commissie, zijns inziens, de onderwerpen "milieu" en "ruimtelijke ordening" zouden kunnen worden behandeld. De voorzitter merkt op dat het college zich over de door de heer Hoekwater aangehaalde problematiek zal beraden.

Raadsnotulen

Willemstad: 1927-1995 | 1990 | | pagina 85