-9-
9. Uitgangspunten gemeentelijk welzijnsbeleid 1990-1994.
Ie Termijn.
Namens de fractie van het CDA zegt mevrouw In 't Veld het volgende:
"Op blz. 7 van de oriënteringsnota behorende bij dit agendapunt staat:
"Nu de gouden koorden vanuit Den Haag zijn doorgesneden". Daarmee wordt
bedoeld dat subsidies direct werden aangewezen, zullen we verder moeten
en zelf bepalen waar en hoe de diverse welzijnsvoorzieningen kunnen
blijven functioneren.
We moeten beslissen in hoeverre we uit de algemene middelen geld beschik
baar willen stellen voor welzijnsvoorzieningen en aktiviteiten.
Als CDA stellen wij voorop dat wij er alles aan willen doen en ons beleid
er zodanig opgericht zal zijn dat de bestaande welzijnsvoorzieningen
en aktiviteiten gehandhaafd kunnen blijven. Daar zijn we niet alleen
verantwoordelijk voor, maar wij willen een zodanig klimaat blijven scheppen
dat het mogelijk is voor verenigingen enz. om te blijven functioneren.
Hoewel wij ons in grote lijnen kunnen vinden hebben wij nog een aantal
vragen.
In de voorstellen wijst het college erop dat de reeds voor subsidie
in aanmerking komende verenigingen en instellingen niet verder uitgebreid
zouden moeten worden. Als wij het goed begrijpen dan zal elke vereniging
die erbij komt "de spoeling dun maken".
U zult mij antwoorden: Het staat iedereen vrij iets op te richten maar
dan wel op eigen kosten. Daar hebben wij toch wel moeite mee. Is het
college niet bang dat daardoor nieuwe en goede initiatieven op voorhand
onuitvoerbaar worden?
Zou dit ook niet het goede moment zijn om bestaande voorwaarden, ongelijk
heden en regels eens grondig door te kijken?
Onzes inziens staan er posten op zoals b.v. medische keuring die landelijk
zijn afgeschaft, terwijl er plaatselijk wel geld voor beschikbaar wordt
gesteld.
Wat de peuterspeelzaal betreftmaken wij u wederom attent op de ongelijke
toestanden. Bij o.a. de begrotingsbehandeling hebben wij gevraagd met
terugwerkende kracht de ongelijkheid ongedaan te maken. Niets vinden
wij daarvan terug. Wij kunnen ons voorstellen dat dit telkens een weer—
komend probleem kan zijn.
Wij zouden ons ook kunnen voorstellen dat door omstandigheden minder
geld beschikbaar is voor het welzijnswerk. Dit kan voor het werk dat
wordt verricht door de verenigingen grote moeilijkheden veroorzaken,
wij willen u dan ook voorstellen, om net als bij de samenwerkingsovereen
komst algemeen maatschappelijk werk, de subsidies per eventuele korting
met niet meer dan 5% te verminderen, zodat de betrokkenen tijdig er
rekening mee kunnen houden en zij niet voor onwerkbare situaties komen
te staan.
De gouden koorden zijn verbroken, maar met het belang van het welzijn
in onze gemeente voorop kan een nylon koord misschien ook wel sterk
zijn", aldus mevrouw In 't Veld.
Namens de fractie van de WD zegt de heer Hoekwater dat hij zich kan
vinden in de uitgangspunten gemeentelijk welzijnsbeleid 1990—1994, zoals
door het college wordt voorgesteld.
Indien de financiële situatie zodanig wordt dat subsidies teruggedraaid
moeten worden is het noodzakelijk met de verenigingen om de tafel te
gaan zitten om de "pijn" zo gelijk mogelijk te verdelen en eventuele
onbillikheden recht te zetten.
-Hij-