-3-
Met betrekking tot ingekomen stuk nr. 15 merkt de heer Slabbekoorn
op dat zijn fractie tevreden is met het reguliere overleg
met de huisartsen. De ter zake schriftelijke beantwoording
van het college aan de raad vindt de heer Slabbekoorn echter
nogal summier. Een mondelinge toelichting daarop aan de fractie
voorzitters in de vergadering van de commissie algemene bestuur
lijke zaken zou zeker hebben gepast, aldus de heer Slabbekoorn
De voorzitter antwoord dat de door de heer Slabbekoorn bedoelde
mondelinge toelichting wel heeft plaatsgevonden. Misschien
was die toelichting wat beperkt, doch dat houdt verband met
de aard van de zaak; men moet erbij dit soort zaken immers
voor oppassen om niet in casualistiek te geraken, aldus de
voorzitter.
Zonder verdere beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming
worden vervolgens conform het voorstel van het college de ingeko
men stukken voor kennisgeving aangenomen.
3. Vaststelling van de lijst van in 1989 te subsidiëren instellingen
en activiteiten op het welzijnsterrein (incl. jeugdsport).
De heer Hoekwater refereert aan de notulen van de jongste begro
tingsvergadering, waarin te lezen valt dat de CDA-fractie vraagt
naar een vastlegging van het welzijnsbeleid voor de toekomst
en een informatieronde voor de betrokken instellingen, de
P.v.d.A.-fractie naar de formulering van uitgangspunten voor
het welzijnsbeleid na 1989 en de V.V.D.-fractie naar maximali
sering van de welzijnsuitgaven en naar het welzijnsplan.
De betreffende portefeuillehouder heeft toen geantwoord dat
het op zich juist is om de welzijnsuitgaven in de algemene beschou
wingen te betrekken, doch dat zoiets ook wel eens moeilijk zou
kunnen zijn. Met dit laatste is de V.V.D.-fractie het zonder
meer eens. Zeker nu, met de verkiezingen in 1990 in het vooruit
zicht, is het voor de portefeuillehouder geen prettige zaak
om nog voor die tijd de hete politieke kastanjes uit het vuur
te halen, aldus de heer Hoekwater.
Niettemin vraagt de V.V.D.-fractie zich af op welke termijn
de raad een nota tegemoet kan zien over het welzijnsbeleid
in de komende jaren, met daarin eventueel veranderde beleidsuit
gangspunten
De heer Tuinman bedankt de V.V.D-fractie voor haar medeleven
aan zijn adres. Er zijn namens de fractie wel wat opmerkingen
geplaatst die enigszins vreemd zijn aan onderhavig agendapunt.
Voor wat betreft de door de heer Hoekwater bedoelde informatie
ronde voor het verenigingsleven, verwijst de heer Tuinman naar
de laatst verschenen uitgave van het gemeentelijk voorlichtings
blad. Uit een daarin opgenomen bekendmaking blijkt duidelijk
dat de betreffende info-ronde in volle gang is.
Met betrekking tot hetgeen de heer Hoekwater heeft opgemerkt
over het welzijnsplan e.d. zegt de heer Tuinman dat dit jaar
op ambtelijk niveau eerst alle activiteiten en voorzieningen
alsmede de behoefte op het welzijnsterrein zullen worden geïnven
tariseerd. Een inventarisatierapport is hiervan het resultaat.
Een beschrijvende versie ervan wordt aan iedere instelling
ter becommentariëring toegezonden, alsmede voor een ieder voor
een bepaalde periode ter inzage gelegd.
Vervolgens wordt het definitieve inventarisatie-rapport door
burgemeester en wethouders vastgesteld (medio mei 1989).
Op