-5-
Zij kunnen dan de wegen alsnog egaliseren.
Wij willen u verzoeken dit zo spoedig mogelijk met de ruilverkave
ling op te nemen."
De heer Munters zegt dat bij deze vraag twee aspecten een rol
spelen.
In eerste instantie was het te kort dag om na te gaan of dit
geval onder de herstelwerkzaamheden zou vallen die de dienst
Landinrichting in het vooruitzicht heeft gesteld. Er is hier
sprake van een wegsloot die is verlegd en waarvan de oplevering
jaren geleden al heeft plaatsgevonden.
Een tweede aspect is dat wanneer door ruilverkavelingswerkzaamhe
den de weg wordt opgehaald de situatie ontstaat dat op bestaande
graszoden 10 cm. zand gebracht wordt en dat zal waarschijnlijk
niet de bedoeling zijn van de vragensteller.
Een risico daarvan is dat het weer jaren gaat duren alvorens
weer wordt verkregen wat er nu is. De graszoden zullen nl. worden
aangetast
Overigens wil dit niet zeggen dat het college deze problemen
zonder meer naast zich neerlegt. Een en ander zal kritisch worden
bekeken
Gebleken is wel dat het slechts een klein gedeelte betreft van
de Zuidlangeweg nl. tussen de Steenpad en de Westmiddelweg.
De heer Maris vraagt vervolgens dat wanneer het college de ruil
verkavelingscommissie de werkzaamheden niet wil laten uitvoeren
of zij dan toch een subsidie-aanvrage wil irtdienen t.b.v. het zelf
uitvoeren van de werkzaamheden.
De heer Munters vraagt zich af of de gemeente er wel zo gelukkig
mee zou zijn wanneer daar zoals reeds gezegd zo'n 10 cm. zand
wordt opgebracht. Het zal niet de bedoeling zijn subsidie aan
te vragen zonder daadwerkelijk werkzaamheden uit te voeren.
Vervolgens stelt mevrouw In 't Veld de tweede vraag, luidende:
"Op de laatste vergadering van A.B.Z. moest iedereen, ook de
toen aanwezige raadsleden, niet behorend tot de cie. A.B.Z.
de tribune verlaten bij het agendapunt: gebouw Irene.
Vanaf dat agendapunt vergaderde de commissie verder achter geslo
ten deuren. Begrijpelijk vonden wij omdat het hier o.a. privé
zaken betrof.
Wat schetst onze verwondering dat kort daarna in het Brabants
Nieuwsblad een aantal zaken werden beschreven die bij ons als
niet-leden van de commissie onbekend waren.
Als CDA-fractie willen wij graag van u vernemen hoe dat mogelijk
was
De voorzitter antwoordt dat het ook het college niet helemaal
duidelijk is hoe een en ander mogelijk is geweest.
De berichtgeving in de krant is voor het college aanleiding
geweest om het bestuur van de stichting middels een brief ophelde
ring te vragen.
Op dit schrijven is nog geen antwoord ontvangen.
De zaak is dus lopende en heeft alle aandacht van het college.
Mevrouw In 't Veld vraagt of de raad nader wordt geïnformeerd
zodra hierover meer bekend is.
De voorzitter zegt toe hierop in de vergadering van de cie.
A.B.Z. van 2 maart terug te komen, als er dan tenminste iets
meer bekend is.
De heer van der Sluijs vraagt of de voorzitter er vanuit gaat
dat er geen informatie naar buiten is gebracht door de commissie
leden zelfHij zou graag zien dat tot op de bodem wordt uitge
zocht hoe een en ander mogelijk is geweest.
-De-