22. Wijziging van de Gemeenschappelijke Regeling Hypotheekfonds Noord-Brabantse
Gemeenten (H.N.Q.).
De voorzitter merkt op dat refererend naar een opmerking die .ooit is gemaakt
door raadslid H. Tuinman, het niet vanzelfsprekend zo is dat de. voorzitter van
de raad automatisch benoemd wordt als lid van het algemeen bestuur in de ge
meenschappelijke regelingen.
Indien er dus leden van de raad zijn die zich geroepen voelen om als lid van
het algemeen bestuur gekozen te worden dan mogen zij zich daarvoor gerust kan
didaat stellen. Deze opmerking wordt mede ingegeven vanwege het feit dat de
voorzitter zich van zijn taak in deze functie niet voor de volle 100% heeft
gekweten.
Vervolgens wordt overgegaan tot het in stemming brengen van het voorstel om
burgemeester C.J. de Ronde aan te wijzen als lid van het algemeen bestuur.
Na telling van de stemmen blijkt dat burgemeester C.J. de Ronde met 10 stemmen
vóór wordt benoemd tot lid van het algemeen bestuur van het H.N.G..
Daarna wordt overeenkomstig het voorstel van burgemeester en wethouders zonder
beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming besloten tot wijziging van de
Gemeenschappelijke Regeling Hypotheekfonds Noord-Brabantse Gemeenten (H.N.G.).
23. Aangaan gemeenschappelijke regeling met de gemeente Tilburg voor de dienst
C.B.T.
Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt overeenkomstig het
voorstel, van burgemeester en wethouders besloten tot het aangaan van een ge
meenschappelijke' regeling met de gemeente Tilburg voor de dienst C.B.T.
24. 4e en 5e wijziging Gemeenschappelijke regeling I.Z.A. Noord-Brabant.
Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt overeenkomstig het
voorstel van burgemeester en wethouders besloten tot vaststelling van de 4e en
5e wijziging van de Gemeenschappelijke regeling I.Z.A. Noord-Brabant.
25. Aanpassing gemeenschappelijke regeling Streekgewest Westelijk Noord-Brabant
aan de wet Gemeenschappelijke regelingen.
De heer Boertjes zegt dat de fractie van de V.V.D. zich in grote lijnen kan
vinden in het onderhavige voorstel.
Het college stelt echter voor de gewestraad op een andere wijze samengesteld
te willen zien. In de gewestraad is ook al een aantal malen duidelijk gespro
ken over een wijziging van het dagelijks bestuur maar dat is door een meerder
heid van de gewestraad afgewezen vanwege het feit dat het niet werkbaar zou
zijn om met een d.b. van 18 leden een gewestraad te besturen.
De heer Boertjes vindt het een begrijpelijke zaak dat een kleinere gemeente
meer inbreng in het Streekgewest mag hebben doch het groter aantal leden, ook
al zijn dat er maar 6 meer, zal naar zijn oordeel in de toekomst ook onwerk
baar blijken te zijn. Naar alle waarschijnlijkheid werkt deze uitbreiding ook
weer kostenverhogend in de richting van het streekgewest.
Het zou misschien interessanter kunnen zijn om het aantal leden vanuit grotere
gemeenten terug te brengen en voor de gemeenten van minder dan 5.000 inwoners
een afvaardiging van 2 leden te bewerkstelligen.
Hij staat echt niet te juichen bij het voornemen het aantal gewestraadleden
uit te breiden.
Graag hoort hij de mening van het college over zijn visie op het aantal leden
van de gewestraad.
De heer van der Sluijs zegt geen enkele moeite te hebben met de stelling dat
het Streekgewest een verlengd lokaal bestuur is; dat is zonder meer een vast
staand feit.
Het Streekgewest heeft tot doel te bevorderen dat inhoud wordt gegeven aan de
bestuurlijke samenwerking tussen de deelnemende gemeenten.
De gemeenten bepalen steeds de taak die aan het streekgewest wordt gegeven.
Het gewest krijgt van de gemeenten de opdracht een gemeenschappelijk belang te
coördineren. Primair zijn het de gemeenten die bepalen of en hoe er sprake
dient te zijn van samenwerking ter behartiging van de gemeenschappelijke be
langen.
Over het punt dat gemeenten met minder dan 5.000 inwoners in de gewestraad
vertegenwoordigd dienen te zijn merkt hij op dat die gedachte aansluit bij de
wens van het CDA.
-Met-
