-42- Overigens, voert de V.V.D,-fractie m.b.t. De Blokhut een merkwaardig zig zag beleid. De heer Tuinman brengt in herinnering dat de fractievoorzitter van de V.V.D. in de raadsvergadering van 8 september 1987 meedeelde dat de V.V.D.-fractie altijd een voorstander is geweest van de bouw van een nieuwe Blokhut en dat men ook accoord kon gaan met de hoogte van het bedrag dat hiervoor moest worden gevoteerd. Men was echter van mening dat vooraf de hoogte van de dekkingsmiddelen die hiermede gemoeid waren, moesten vaststaan. Uiteindelijk stemde de V.V.D.-fractie op procedurele gronden tegen het voorstel voor de bouw van een nieuwe Blokhut. In de vergadering ter vaststelling van de ontwerp-begroting 1988 2 maanden later merkte de fractievoorzitter' van de V.V.D. ten aanzien van De Blokhut op dat voor wat betreft de subsidie in het exploitatietekort de V.V.D. van mening was dat het bestuur voldoende armslag moest hebben om een zelfstandig beleid te kunnen voeren. Daarom stelde de V.V.D. voor het subsidiebedrag vast te stellen op 26.000,per jaar voor de eerstkomende vijf jaar. Pikant detail was dat in de begroting 1988 25.275,— was geraamd! De heer Tuinman stelt vast dat er eerst niets kon, daarna alles en nu is men verbijsterd. Het college is verheugd over de instemmende reacties van de P.v.d.A. en CDA. Ik denk dat ik hiermee alle vragen heb beantwoord die door de V.V.D. zijn gesteld, want de V.V.D. stelt niet zoveel vragen over mijn portefeuille, aldus de heer Tuinman. In het algemeen gedeelte van het commentaar door de P.v.d.A.-fractie worden veel woorden gewijd aan ontwikkelingssamenwerking. Volgens deze fractie getuigt de mededeling dat er geen taak voor de gemeente wordt gezien van een sterk op zichzelf gericht zijn. De CDA-fractie, die ook enkele woorden aan dit onderwerp wijdt vindt dat. voor onze gemeente op dit beleidsterrein vooralsnog geen taak is weggelegd. De heer Tuinman zegt de gemaakte opmerkingen trachten te beantwoorden met twee monden, één namens de meerderheid en de ander namens de minderheid van het college. De meerderheid van het college ziet primair geen taak voor de gemeente. Over dit onderwerp valt echter te dicussiëren. Als het gaat over zaken als het beschikbaar stellen van ruimte of het geven van voorlichting, dan is men "thuis" op het stadhuis. Er is de bereidheid om morele ondersteuning te geven. "Ontwikkelingssamenwerking" in dit kader wordt beslist niet weggegooid. Het geven van voorlichting via het gemeentelijk voorlichtingsblad zou niet op bezwaren stuiten. Moeite is er, wanneer in financiële zin een bijdrage gevraagd wordt voor een concreet project. Dat zou demotiverend werken. Er zou de houding kunnen ontstaan: "Wij hoeven niets te doen, de overheid doet het wel". De minderheid van het college constateert dat gemeenten in Nederland ontwikke lingssamenwerking steeds meer tot een terrein rekenen waar aandacht aan besteed moet worden. Vandaag de dag stimuleren zowel het Ministerie van Ontwikkelings samenwerking als de Nationale Commissie Voorlichting en Bewustwording Ontwik kelingssamenwerking het op gemeentelijk niveau,aan de orde stellen van ontwik kelingssamenwerking. Ruim 10 jaar geleden vond de Nederlandse overheid het maar niets als een gemeente "in de ontwikkelingshulp" ging. Dus ook landelijk gezien is er wat schuiving. Gezien het grote belang van verbreding van het maatschappelijk draagvlak voor ontwikkelingssamenwerking wordt het door de minderheid van het college in ieder geval op prijs gesteld dat het CDA niet uitsluit op termijn tot andere gedachten te komen. Wie weet, krijgen we dan in Willemstad een redelijk hoen, dat niet belooft maar wel wil doen, dat niet slechts kakelt op de stok, maar zelfs een ei legt in het hok. -Onder- -43- )nder hoofdfunctie 4 - Onderwijs spreken zowel de P.v.d.A.-fractie als de CDA- fractie over het schoolzwemmenDe P.v.d.A.-fractie beklemtoont, het' in overleg iet elkaar komen van de scholen m.b.t. het gecombineerd vervoer. De CDA-fractie rraagt het college er bij de schoolbesturen op aan te blijven dringen dat het >eschikbare budget zo economisch mogelijk gebruikt wordt. iet college merkt op dat het uitgangspunt altijd is geweest dat het schoolzwemmen gecontinueerd moest worden, zeker in deze zittingsperiode. Ier voorkoming van onzekerheden en vanuit het oogpunt dat men bestuurlijk behoor- .ijk met elkaar dient om te gaan, heeft men gekozen voor een veiligstelling roor de komende jaren. Tot vorig jaar was het college van mening dat het school zwemmen voortgezet kon worden met een bedrag van 10.000,(voor 1989). In .988 was 12.500,beschikbaar en in 1987 15.000,Deze beleidslijn wordt liet doorgetrokken. Het college is tot de conclusie gekomen dat 12.500,voor- .opig een bodembedrag is. Er is dus geen sprake van bezuinigingen c.q. afbouw ran het schoolzwemmen. Het schoolzwemmen is niet in gevaar. Het college werpt ie suggestie dat het bezig zou zijn met een koude sanering verre van zich! Signalen van het college om zo efficiënt mogelijk met het beschikbare budget >m te gaan, zijn door de scholen niet opgepakt. In de beschouwingen van de CDA- fractie wordt gesproken over een schrijven van C.N.S. De Singel. Formeel is iet college daar niets van bekend. iet college heeft laatstelijk op 25 maart jl. de scholen gevraagd om in onderling iverleg vóór 1 juni 1988 een gemeenschappelijke visie kenbaar te maken over ;en evenredige verdeling van het bedrag dat beschikbaar was voor het schoolzwemmen, iet spijt het college te moeten constateren dat kennelijk de^ nodige creativiteit m flexibiliteit ontbreekt bij scholen om tot een voor allen aanvaardbare oplossing ;e komen. '.v.d.A. en CDA spreken beide over basiseducatieDe P.v.d.A. juicht initiatieven ;ot het geven van voorlichting over de mogelijkheden tot basiseducatie toe. iet CDA vraagt of het niet raadzaam zou zijn mensen te attenderen op de voorzie- ïingen van de basiseducatie. lit de aangepaste tekst van het CDA heeft u kunnen begrijpen dat basiseducatie reel ruimer gezien moet worden dan in eerste instantie slechts "tweede kans- mderwijs" voor vrouwen. )e doelstelling van de basiseducatie is deelnemers door middel van het aanbod .n een geïntegreerd onderwijs- en vormingsplan algemene doelen te laten bereiken, in tot de basiseducatie worden alle ingezetenen van Nederland toegelaten, die liet meer, leerplichtig zijn. )e P.v.d.A.-fractie vraagt of het aantal mensen dat muziekonderwijs volgt zodanig .s toegenomen dat de uitgaven met 1.500,verhoogd moesten worden. )ie vraag moet bevestigend worden beantwoord en het college is daar blij mee. in 1988 is tot op heden (25 oktober jl.) voor 21 personen die onder de regeling rallen (personen t/m 18 jaar) een subsidie toegezegd. '.v.d.A. en CDA kaarten allebei Fort De Hel aan. De P.v.d.A. bepleit een andere lestemming, gecombineerd met een vriendelijke manier van beweiding, ledegedeeld kan worden dat beëindiging van de huidige pachtovereenkomst niet illeen wordt voorgestaan, maar dat er feitelijk al voorzien is in een beëindiging ier 1 januari 1989. In het houden van een aantal schapen wordt ook voorzien. Iet CDA bepleit een snelle besluitvorming inzake de toekomst. Ook het college .s daar voorstander van, maar wij koppelen dat niet aan de jaarlijkse lasten roor rekening van de gemeente. Het verschil met de niet-pachtvrije situatie >edraagt formeel zegge en schrijven 65 hele guldens. ^oor wat betreft de opvang van asielzoekers in onze gemeente kan medegedeeld /orden dat daar veel, erg veel tijd en energie in is gestoken. Dat wordt door iet college zeer op prijs gesteld. Ook de benadering vanuit de Willemstadse levolking verdient alle lof. Iet de P.v.d.A.-fractie hoopt het college volgend jaar te mogen constateren lat wederom met veel elan is gewerkt. -Onder-

Raadsnotulen

Willemstad: 1927-1995 | 1988 | | pagina 107