-8- Deze reactie kan mede dienen als uitgangspunt voor het aanstaande overleg. De voorzitter antwoordt de heer Boertjes dat het een bewuste keuze van de raad is om het bedrag van 9.000,ten laste van de post onvoorziene uitgaven beschikb: te stellen. Voor het volgende jaar moet de betreffende uitgave echter structureel onderdeel u: maken van de begroting zodat op deze wijze het schoolzwemmen voor meerdere jaren veilig kan worden gesteld. Het is niet gewenst om het schoolzwemmen elk 'jaar opnieuw ter discussie te stellei De voorzitter antwoordt voorts dat het profijtbeginsel ook in de vergadering vani commissie algemene bestuurlijke zaken door het college aan de orde is gesteld. Daarop heeft men toen echter geen enkele respons ontvangen. Vandaar dat de voorzi ter het enigszins betreurt dat eerst nu het profijtbeginsel wordt genoemd. Het behoort overigens tot de bevoegdheid van de gemeente om een financiële bijdrn van de ouders voor het schoolzwemmen te vragen. De rijksoverheid stelt hiervoor geen middelen beschikbaar. De voorzitter vindt dat door het beschikbaar stellen van een bedrag ten laste van de post onvoorzien geen juiste afweging kan plaatsvinden. Dat is alleen mogelijk indien het bedrag structureel in de begroting wordt opgenoi Wellicht dat zodoende een keuze moet worden gemaakt tussen het schoolzwemmen ene evenredig bedrag ten laste van de harde danwel zachte sector. Het ligt in de lijn der verwachting dat de zachte sector hiervan de dupe wordt. Een dergelijke keuze dient eerst voor 1988 te worden gemaakt. De voorzitter is van mening dat in principe overeenstemming moet worden bereikt a het bedrag in de begroting voor de toekomst veilig te stellen. Voorts wijst hij er op dat een incidenteel rekeningoverschot nimmer een financier bron kan vormen voor een structurele uitgave als de onderhavige. In de tijd geziei is het gewoon toeval dat beide onderwerpen zich zo kort achtereen aandienen. Tenslotte wijst de voorzitter er nogmaals op dat hij direct na afloop van de vakai tieperiode overleg gaat plegen met de directeuren van de basisscholen. Onlangs heeft reeds overleg plaatsgehad tussen de schoolbesturen doch hierbij is vanzelfsprekend de gemeente niet betrokken geweest, waarmee de voorzitter zijn be antwoording in eerste termijn afrondt. De heer Maris deelt mede dat zijn fractie instemt met het op handen zijnde overle tussen de portefeuillehouder onderwijszaken en de directeuren van de basisscholen Hierbij dient evenwel voorop te staan dat de scholen zelf bepalen op welke wijze vorm wordt gegeven aan hun schoolzwernplan. De heer M. Kamp verzoekt de heer Maris zijn eerste opmerking toe te lichten omdat daarin heeft verklaard een andere regeling voor te staan. De heer Maris vindt dat de heer M. Kamp voorbarig is nu door hem wordt gesproken tegen het college. Spreker komt op voor de scholen en heeft uitgesproken dat hij instemt met het aan staande overleg tussen de portefeuillehouder onderwijszaken en de betreffende di recteuren. De vrijheid van de schoolbesturen om zelf vorm te geven aan hun schoo zwemplan staat hierbij voor hem voorop. De heer M. Kamp is van mening dat het gerechtvaardigd is als een discussie wor voerd in de raadsvergadering. De voorzitter deelt mede dat de heer M. Kamp gebruik heeft kunnen maken van de lijkheid om te interrumperen. De heer Boertjes deelt mede in te kunnen stemmen met het voorstel, zoals dat 0 de voorzitter naar voren is gebracht. Voorts is hij van mening dat het schoolzwemmen gedurende de huidige zittingspef gehandhaafd moet worden en niet elk jaar opnieuw ter discussie mag staan. De heer Tuinman vindt de gelijkberechtiging tussen de verschillende scholen een goede zaak. De toezegging dat na afloop van de vakantieperiode in overleg wordt getreden me de schooldirecteuren over eventuele wijzigingen op vrijwillige basis in de bug verdeling, wordt gewaardeerd. Dit was overigens ook de essentie van het laatste onderdeel van zijn betoog i" eerste termijn. De heer Tuinman hoopt evenwel dat door het beschikbaar stellen van het gevraag krediet, het paard niet achter de wagen wordt gespannen. -Gelet' -9- Gelet op de door hem gemaakte berekening vermoedt hij dat wanneer 300,méér wordt gevoteerd, het overleg met de directeuren gemakkelijker kan worden opgestart. Met betrekking tot het overleg dat heeft plaatsgevonden tussen de schoolbesturen en waarbij de gemeente niet betrokken is geweest, merkt de heer Tuinman op dat ook het college hiertoe het initiatief had kunnen nemen. De gemeente dient zich dan wel voldoende rekenschap te geven van enerzijds haar po sitie als subsidiënt van het totale onderwijs in Willemstad en anderzijds van haar functie als schoolbestuur van een bepaalde vorm van onderwijs. Het is niet verkeerd indien het gemeentebestuur op deze wijze haar verantwoordelijk heid als schoolbestuur beleeft. Samenvattend stelt de heer Tuinman voor het krediet van 9.000,reeds nu te verhogen met 300,omdat naar zijn mening uit het aanstaande overleg zal blijken, dat eerstgenoemd bedrag niet toereikend is. De omerking van de heer Maris vindt hij tegenstrijdig omdat in eerste instantie wordt afgevraagd waarom de openbare basisschool niet in Fijnaart gaat zwemmen en vervolgens in tweede termijn worden de scholen door hem in gelegenheid gesteld om dat zelf te bepalen. Dat verhoudt zich niet tot elkaar, besluit de heer Tuinman zijn betoog. De voorzitter antwoordt dat het hem beter voorkwam de directeuren van de basisscholen uit te nodigen dan de schoolbesturen. Dit houdt verband met het dualisme waarover hij heeft gesproken. Voorts deelt hij mede dat het inherent aan het beschikbaar stellen van een budget is, dat de ontvangers dit naar eigen wens kunnen invullen. De hoogte van het bedrag is hierop afgestemd. Zodoende dragen de schoolbesturen de verantwoording voor een optimale besteding van de middelen. Hun vrijheid in deze blijft onverlet, verzekert de voorzitter. Desalniettemin kan er een discrepantie ontstaan tussen principiële en praktische ge lijkberechtiging doch dit zal tijdens het overleg aan de orde worden gesteld. De voorzitter zal van zijn kant bevorderen dat een consencus wordt bereikt ten aan zien van de verdeling van het beschikbare budget. In dit verband wijst hij er op te zullen fungeren als Intermediair tussen de direc teuren van de basisscholen. Tenslotte is de voorzitter verheugd te kunnen vaststellen dat het schoolzwemmen niet elk jaar tot inzet van discussie hoeft te worden gemaakt. De heer M. Kamp zegt dat, indien overleg niet tot het gewenste resultaat leidt, nader overleg met het schoolbestuur van de openbare basisschool mogelijk moet zijn. De voorzitter gaat vooralsnog van de positieve gedachte uit dat overleg wel tot het gewenste resultaat zal leiden. Moch dit onverhoopt niet het geval zijn, dan is nader overleg hierover met de raad mogelijk. Zonder verdere beraadslaging en hoofdelijke stemming wordt dan overeenkomstig het voorstel van burgemeester en wethouders besloten om een bedrag van 9.000,ten laste van de post onvoorziene uitgaven aan de drie basisscholen beschikbaar te stel len en de begroting 1987 hiermede in overeenstemming te brengen. 9. Rondvraag De heer Van der Sluijs vraagt het college nadere informatie te verschaffen omtrent de inbraak in de loods van de afdeling openbare werken. De heer Munters antwoordt dat de schade ongeveer 25.000,bedraagt, maar dat de eveneens ontvreemde bedrijfswagen inmiddels is teruggevonden. 10Sluiting. Niets meer aan de orde zijnde sluit de voorzitter de vergadering. Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de raad der gmeente Willemstad gehouden op 25 augustus 1987. de voorzitter de secretaris

Raadsnotulen

Willemstad: 1927-1995 | 1987 | | pagina 83