-16- Daarbij komt dat bewoners zonder enige vorm van waarschuwing worden geconfronteei met festiviteiten in de openlucht. In dit verband ontbreekt eveneens het noodzakelijke overleg met de politie. De CDA-fractie wenst aan een dergelijke onzorgvuldige procedure niet mee te werki De heer Boertjes is eveneens van mening dat het geheel te vrijblijvend is gerege Hij sluit zich daarom graag aan bij de woorden van de vorige spreker om zodoende blemen voor de inwoners te voorkomen. De heer Kamp is van mening dat de voorzitter zijn woorden over ondernemend Willa stad verkeerd heeft geïnterpreteerd. Op een zeker moment moet een beleidsmatige keuze worden gemaakt met betrekking b toeristische doelgroep die in Willemstad wordt gewenst. De wijze waarop deze mensen over hun bestedingspatroon beschikken heeft direct gi volgen voor de plaatselijke ondernemers. In een notitie waarbij wordt gesproken over de recreatieve functie van Willemstad behoren daarom ook de economische aspecten te worden gewogen. Dit betekent volgens de heer M. Kamp dat de problematiek niet dusdanig mag wordei naderd dat slechts een éénzijdig gedeelte van ondernemend Willemstad daarvan pro! De6sluitingstijden van een winkel hebben daarmede niets van doen. Het gaat om bt matige keuzes in de toekomst. Tenslotte deelt de heer M. Kamp mede dat, nu niet is gereageerd op het uitdrukke verzoek van de P.v.d.A.-fractie een hoorzitting te beleggen, een motie aan de ra zal worden voorgelegd. De inhoud van de motie luidt om op dit moment nog niet tot vaststelling van den tie over te gaan. Het college wordt verzocht in de maand juni een hoorzitting te en afhankelijk van het resultaat daarvan, in juli aan de raad nadere voorstellen doen- j De voorzitter schorst vervolgens de vergadering om afschriften van de ingediende motie te produceren. Na afloop van de schorsing heropent de voorzitter de vergadering. Hij verzoekt de raad de notitie per hoofdstuk onder de loupe te nemen en gaat er vervolgens van uit dat men geen problemen heeft met het bepaalde omtrent de s ui tijden, brandveiligheidsvoorzieningen, speelautomaten en muziekvergunningen voor ver deze zijn gebaseerd op een wijziging van de A.P.V. Omtrent de organisatie van evenementen in de openlucht meent de voorzitter da omtrent enigszins verwarring kan ontstaan. Hij heeft begrepen dat de raad zich niet kan verenigen met het op voorhand ven ken van raamvergunningen voor de organisatie van maximaal 3 evenementen met muziek in de openlucht. Het college verklaart zich daarom bereid dit onderdeel uit de notitie terug e hetgeen betekent dat horeca-ondernemers geen vergunning meer krijgen voor het e hore brengen van levende muziek op hun terrassen. De heer M. Kamp is van mening dat de voorzitter een aantal vragen tegelijkertij beantwoordt en als gevolg hiervan de materie wederom volledig behandeld wordt, tan® eerste en tweede termijn reeds zijn afgerond. De voorzitter antwoordt dat men zelf heeft verzocht om van de derde termijn ge te maken. Naar aanleiding hiervan verzoekt de heer M. Kamp mede te delen, of het colleg voorstellen gaat doen. Indien dat het geval is, wil men deze op een behoorlij beoordelen en bediscussiëren zoals te doen gebruikelijk. De voorzitter repliceert dat volstrekt geen sprake is van een nieuw voorstel- Hij heeft de gevraagde derde termijn toegestaan en tracht hierop antwoord te g De heer M. Kamp interrumpeert door te stellen dat de P.v.dA-fractie geen I heeft met het organiseren van evenementen a la braderie, waarop de horeca-on onder voorwaarden kunnen inspelen. Dat is een heel ander verhaal dan dat helemaal niets meer zou kunnen plaats^ De voorzitter zegt dat hij zijn beantwoording nog niet had afgerond waarop e M. Kamp mededeelt dat de voorzitter conclusies trekt. De voorzitter brengt echter een onderscheid aan tussen de verscheidene zelfs^ onderdelen van de notitie en stelt hierna het gebruik van de Parade ten behoe van terrasruimte aan de orde, gedurende maximaal vier evenementen per jaar. JU® -17- Twee van dergelijke evenementen zijn reeds achter de rug, namelijk 2e Pinksterdag en de braderie. De heer Tuinman interrumpeert en zegt dat hij ernstige bezwaren heeft tegen het leiden van de vergadering. De PvdA-fractie heeft vóór de schorsing een motie ingediend en het is gebruikelijk dat een motie ter discussie wordt voorgedragen hetgeen is na gelaten. De voorzitter antwoordt dat de ingediende motie eerst aan de orde komt zodra hij de in de derde termijn gestelde vragen heeft beantwoord en continueert vervolgens zijn betoog omtrent het gebruik van de Parade. Het derde evenement vindt a.s. zaterdag plaats en een vierde evenement is gepland op 29 augustus a.s. (straattoneel). Naar zijn mening heeft de raad met deze zaken geen grote problemen. Hierna wordt de door de P.v.d.A.-fractie ingediende motie aan de orde gesteld en deze luidt als volgt: "De raad der gemeente Willemstad; in vergadering bijeen op dinsdag 16 juni 1987; gehoord de beraadslaging over de door het college gepresenteerde notitie horeca- beleid; geeft als zijn mening te kennen niet tot vaststelling te wilen overgaan en verzoekt het college van burgemeester en wethouders allereerst zo spoedig mogelijk in de maand juni een hoorzitting te houden en daarna de raad in de juli-vergadering een nader voorstel te doen, en gaat over tot de orde van de dag." De heer Kamp heeft desgevraagd geen behoefte om de motie nader toe te lichten. De heer Boertjes kan zich wel vinden in het eerste doch niet in het tweede gedeelte van de motie. Gelet echter op in de notitie verweven vaagheden wordt door de V.V.D.-fractie geen steun verleend aan de motie van de P.v.d.A.-fractie. De heer Dane spreekt zich namens zijn fractie eveneens uit tegen de ingediende motie. Ter verduidelijking licht hij toe geen moeite te hebben met de organisatie van 3 a 4 evenementen per jaar zoals is verwoord in zijn inleiding; 2e Pinksterdag, braderie, tobbedansen en de straattoneel-activiteiten op 29 augustus a.s. Daarover behoeft geen misverstand te bestaan, doch hiermede is tevens de grens bereikt. Aan het houden van een hoorzitting heeft men evenmin behoefte. De uitslag daarvan staat reeds tevoren vast. De voorzitter antwoordt dat niet wordt voorgesteld om daarmee verder te gaan. De heer M. Kamp constateert dat momenteel vier verschillende standpunten zijn inge nomen en vindt dat er een keuze moet worden gemaakt. De voorzitter is voornemens de motie in stemming te brengen. De heer Kamp vindt dat het standpunt van de V.V.D.-fractie veel verder reikt dan met deze materie wordt beoogd. Naar de mening van de heer M. Kamp kan de notitie wat de V.V.D.-fractie betreft, hele maal van tafel. Zover gaat de P.v.d.A.-fractie niet doch men wil graag vernemen hoe de V.V.D.-fractie daarover denkt. De voorzitter stelt de heer Boertjes desgevraagd in de gelegenheid zich hierover uit te spreken in de vorm van een stemverklaring, als de motie in stemming wordt gebracht. Daartoe wordt inmiddels overgegaan. De leden Tuinman, A. Kamp, M. Kamp en mevr. M. Kroon-Klink spreken zich uit voor de motie. De overige leden Munters, Van der Sluijs, Dane, Maris, Groeneveld, Boertjes en Hoek water stemmen tegen de motie. De voorzitter stelt vast dat de door de P.vdA-fractie ingediende motie is ver worpen met 4 stemmen voor en 7 stemmen tegen. -Vervolgens-

Raadsnotulen

Willemstad: 1927-1995 | 1987 | | pagina 74