-8- 4. Aanvraag ex artikel 74 W.B.O. ten behoeve van de aanschaf van een nieuwe methode geschiedenis voor basisschool "De Ruigenhil". Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt overeenkomstig het voorstel van burgemeester en wethouders besloten geen krediet beschikbaar te stellen voor de aanschaf van een nieuwe methode geschiedenis ten behoeve van basisschool "De Ruigenhil" omdat er sprake is van vernieuwing van een onderdeel van het onderwijsleerpakket en derhalve uit de Rijksvergoeding voor onder houd, vervanging en vernieuwing van onderwijspakketten en voor onderhoud van meubilair bekostigd, dient te worden. 5. Voorbereidingsbesluit ex artikel 21 Wet R.O. voor bepaalde gedeelten van het buitengebied van de gemeente. Namens de fractie van de V.V.D. zegt de heer Boertjes dat helaas het beroep van de raad tegen de aanplant van bos in het buitengebied ongegrond is ver klaard door de Kroon. Zijn fractie is van mening dat in een agrarisch gebied de agrariërs hun werk moeten kunnen verrichten. Daartoe dient ruilverkaveling een doelmatig en effi ciënte bedrijfsvoering mogelijk te maken. Een bos past niet in dat plaatje. Dat gaat ten koste van goede landbouwgrond. In het nu gedane voorstel wordt alleen maar geschoven en wordt gevraagd of de gemeente zich daar in kan vinden. Gezien de voorgeschiedenis ten aanzien van de artikel 13 Ruilverkavelings- wet-kavels is de heer Boertjes van mening dat het weinig zin heeft tegen dit voorstel te stemmen. Het college stelt wel in het voorstel dat op grond van artikel 30 Wet Ruimtelijke Ordening de raad binnen één jaar na de dag van verzending van het besluit van de Kroon een nieuw plan moet vaststellen. Daarbij moet natuurlijk met de beslissing van de Kroon rekening worden gehouden. Tevens staat in het voorstel dat deze termijn niet fataal is en dat de raad bevoegd is nadien een nieuw plan vast te stellen. Hij begrijpt dat het nu gaat om de vaststelling van een voorbereidingsbesluit ex artikel 21 en dat later inhoudelijk op de zaak wordt teruggekomen. Vervolgens zegt de heer Groeneveld namens het CDA dat de Kroon het door de raad van de gemeente ingestelde beroep voor wat betreft de bestemming van de zoge naamde artikel 13-kavels ongegrond heeft verklaard. Nu als gevolg van die uitspraak in het plan "Buitengebied" alsnog de bestemming "Bos" aan een aantal kavels moet worden gegeven, ziet het college geen belem mering om daarbij dan tegelijk gehoor te geven aan een aantal verzoeken van de Landinrichtingscommissie voor de Ruilverkaveling Willemstad. Inwilliging van het eerste verzoek, een gedeelte van het te bebossen gebied verleggen naar de noordzijde van de Zuidlangeweg, heeft als gunstig gevolg dat met betrekking tot de ruilverkaveling de toedeling van 3 agrariërs verbeterd kan worden. Het tweede verzoek omvat wijziging van de grens in het bestemmingsplan in die zin dat na inplant een rechte kavel-grens ontstaat. Het CDA heeft begrepen dat de betrokken agrariërs zich in principe met deze wijzigingen kunnen verenigen en evenals de Landinrichtingsdienst is ook het CDA van mening dat een rechte grens de voorkeur verdient. Derhalve gaat het CDA accoord met het voorstel en de daarin omschreven gang van zaken. Tot slot merkt de heer MKamp namens de P.v.d.A.-fractie op dat het hier min of meer gaat om een technische zaak. In het besluit van de Kroon zijn hem twee punten opgevallen waar hij wat aan dacht aan wil schenken. Ten eerste de bestemming "Verkeersdoeleinden" direct buiten de vesting grenzende aan het Hollandsch Diep. Ten tweede wordt door de Kroon waarde gehecht aan de natuurwaarde van het ge bied bij de inmonding van het sluizencomplex. Als men dan de discussies volgt over de Hemelvaart VII en het beleid van Rijks waterstaat ziet ten aanzien van de bevuiling van het Hollandsch Diep dan staat de visie van de Kroon daar haaks op. -Op-

Raadsnotulen

Willemstad: 1927-1995 | 1987 | | pagina 58