-46- Zij acht de grafieken niet zodanig dat zij door de wethouder kunnen worden be handeld als zijnde niet van waarde. De getallen die de V.V.D. heeft verzameld uit voorgaande begrotingsstukken acht zij naar haar maatstaven voldoende relevant om in grafieken tot uiting te brengen. Als je een post opneemt waarvoor je eerst in 1988 het lijntje omhoog ziet gaan dan begrijpt men hopelijk dat daarmee dan in 1987 op de stand 0 is ge start. Opzich is dit misschien niet zo relevant. Veel belangrijker vindt de V.V.D. het feit dat zij heeft kunnen aantonen dat de kostenstijging van open bare werken zeer fors is geweest. Dé fractie betreurt het dat het college niet heeft kunnen komen tot een uit spraak of een aanwijzing naar de kant van de V.V.D. dat het college inderdaad meedenkt waar het gaat om een halt toe te roepen aan de kostenstijging zoals die is weergegeven in de grafiek. Een laatste opmerking van de heer Hoekwater over de financiën heeft betrekking op de vervangingsinvesteringen. De kapitaallasten van de vervanginvesteringen voor het jaar 1989 geven een be drag te zien van 139.720, In de meerjarenbegroting komt daardoor een negatief saldo te voorschijn. De V.V.D. stelt voor dat bedrag over de diverse posten te verminderen met een bedrag van 40.000,-Dat betekent dan dat, zoals reeds door de P.v.d.A. gezegd, uitstel van herstratingswerkzaamheden, uitstel van het vervangen van het havenkantoor, uitstel van de vervanging van de aanhangwagen en de zout- strooier, geboden is om te komen tot een vermindering van vervangingsinveste ringen in 1989. voorzitter dankt de heer Hoekwater en wendt zich dan tot de P.v.d.A.. De heer Kamp merkt op dat de helderheid van de uitleg van het college de hel derheid van Duitsland 2 verre te boven gaat, zodat de P.v.d.A. zich kan schik ken in hetgeen door het college gezegd is. De fractie is blij met het feit dat een aantal suggesties dat is gedaan door het college wordt overgenomen. Toch wil de P.v.d.A. nog graag wat duidelijkheid krijgen m.b.t. de V.V.V.-func tie, omdat het uitgangspunt was het formuleren van een gemeentelijk beleid in samenspraak/samenwerking met anderen. Uit de beantwoording heeft de heer Kamp gemerkt dat in feite de suggestie van de P.v.d.A. dor het college geamendeerd is. Dat het college overweegt een en ander onder te brengen in de V.V.V, func tie wat voor functie dat als rechtspersoon dan ook moge wezen. Ten aanzien van de finaciële situatie zijn er binnen het college kennelijk twee stromen aanwezig, nl. één die kennelijk wat somber gekleurd is en een andere die wat optimistischer doch wel sober is. Op pagina 15 van de aanbiedingsnota, is er sprake van een somber beeld. De heer Kamp begrijpt nu dat er sprake is van een sober beeld. De opvattingen van de P.v.d.A, zijn van dien aard dat, indien de 45.000,rente als dek kingsmiddel"- zou worden weggelaten, de bij de in relatie daarmeeprocentuele las tenstijging voor de inwoners een sobere benadering moet worden betracht met daarbij een sombere gedacht in het achterhoofd waar het om de toekomst gaat. De P.v.d.A. is van mening dat een heldere, verantwoorde financiële positie van de gemeente prioriteit moet hebben. Dit houdt in dat niet eerst de inves teringslijst moet worden opgesteld en dan naar de dekkingsmiddelen moet wor den gezocht, maar dat een en ander juist andersom dient te gebeuren. Van daar ook dat de heer Kamp namens zijn fractie nogmaals stelt dat vóór medio 1988 het college een notitie dient te overleggen waarin binnen het financieel plaatje voor de komende jaren een categorie indeling van investeringen wordt gepresenteerd. Aan de hand van die notitie kunnen dan wel overwogen keuzes worden gemaakt tussen de in de huidige investeringslijst opgesomde investe ringen. Er dient naar de mening van de heer Kamp tevens wel degelijk een onderzoek naar privatiseringsmogelijkheden te worden uitgevoerd. Daarbij is het dan ook zinvol om de kwaliteit van de huidige dienstverlening af te wegen tegen de kosten daarvan, wat het oplevert en wat je er eigenlijk voor over hebt. -De- -47- De P.v.d.A. is er voorstander van om de kwaliteit die de gemeente in huis heeft ook volledig te benutten, zij het dat dit niet tot structurele uitbrei dingen mag leiden. Wil bedoeld onderzoek qua werkdruk en mankracht wat problematisch zijn dan kan altijd nog een beroep op de commissie ABZ worden gedaan. De P.v.d.A. is benieuwd naar de nadere informatie omtrent het uitbaggeren van de vestinggrachten. Mede gelet op het feit dat subsidietoezeggingen nu eenmaal niet zo snel afko men, betwijfelt de P.v.d.A. of het werk nog in 1988 uitgevoerd zal kunnen worden. In ieder geval heeft de fractie waardering voor het enthousiasme waar mee de heer Munters deze hele zaak oppakt. Voor wat betreft het baggeren van de havens zal men zich moeten afvragen voor welke diepgang geopteerd moet worden, wanneer de kosten en baten van een en ander daarbij nadrukkelijk in ogenschouw worden genomen. De P.v.d.A. wenst zich over deze materie eerst dan definitief uit te spreken, wanneer de kwaliteit van het slib bekend is. Dit kwaliteit is immers bepalend voor de manier waarop, i.e. de kosten daarvan, het slib verwijderd en afge voerd kan worden. De huidige ramingen terzake wil de P.v.d.A. evenwel in het kader van de begrotingen in takt laten. De heer Kamp is verheugd dat ook het CDA t.a.v. de rioolheffing thans geheel accoord gaat met meerbedoelde verdeelsleutel 12 15. Met betrekking tot de waterschapsconcentratie bevreemdt het de heer Kamp dat het college zonder meer spreekt over het blijven verrichten van waterschaps- taken binnen de vesting. Immers, als de gemeente de polderwegen toegewezen krijgt, dan blijft het waterschap toch ook geen gedeelte van het beheer en onderhoud van die wegen voor zijn rekening nemen. Over een en ander wenst de P.v.d.A. dan ook thans nog geen uitspraak te doen; zij wacht een nadere rapportage terzake af. De P.v.d.A. gaat weliswaar op zich accoord met de door het college gedane voorstel inzake gasaansluitingen in zgn. onrendabele gebieden, doch zij dringt er tevens op aan om bij Intergas zelf fondsvorming voor een en ander te be pleiten. Fondsvorming door Intergas uit overwinsten betekent immers een groter draagvlak en een groter, ruimer fonds. De P.v.d.A. is nog steeds niet overtuigd van de noodzaak om tot aanschaf van een veegmachine over te gaan. Een dergelijke machine is weliswaar mooi "speel goed", doch werkt niet kostenbesparend. Voorts ziet de heer Kamp terzake ook praktische problemen. Hoe wil men nl. met een veegmachine een straat goed opschonen als links en rechts auto's staan geparkeerd. De P.v.d.A,-fractie is wel overtuigd van de noodzaak tot herstrating van de Voorstraat. De heer Kamp stelt vervolgens dat wethouder Tuinman terecht heeft gesteld dat ingeval van geringe kortingen op een subsidie van de betrokken gesubsidieerde in alle redelijkheid verwacht mag worden dat deze die korting binnen zijn budget opvangt. Bij de korting op het subsidie voor het gecoördineerd ouderenwerk ligt de zaak echter geheel anders. Hier is nl. sprake van een met de Stichting gesloten samenwerkingsovereenkomst, welke over eventuele subsidiekortingen zeer duide lijke bepalingen bevat. De gemeente kan het nu eenvoudigweg niet meer maken om wars van de overeenkomst, tegen normen van fatsoen in, toch een korting voor het ouderenwerk in 1988 door te voeren. Wel laat de P.v.d.A. het college de ruimte om in overleg en met instemming van de Regionale Stichting de korting van 6% m.i.v. 1 januari 1989 in te voe ren. De P.v.d.A. opteert bij een eventuele sluiting van de gymaal geenszins tevens voor een stopzetting van de activiteiten die daar thans plaatsvinden. -De-

Raadsnotulen

Willemstad: 1927-1995 | 1987 | | pagina 152