V(A -14- Sn de wijze waarop het hem is gelukt zoveel van ons op te noemen, zeker waar het betreft de aanwezigheid bij de vergaderingen. Nogmaals daarvoor onze hartelijke dank en zeker ook voor de cadeaucheque die wij van u als raad mochten ontvangen. Meneer de voorzitter u zult begrijpen dat we toch een klein beetje stil worden als we namens het gemeentebestuur en mede namens de raadsleden de zilveren legpenning van onze stad mogen ontvangen. Daar wordt je een beetje stil van want zoiets verwacht je eigenlijk helemaal niet. En waar we dat aan verdiend hebben dat is u misschien duidelijk maar ons misschien nog wel een beetje onduidelijk, althans mij wel. De heer de Visser heeft ook gesproken over de keren dat wij dëze vergadering bijwoonden en hij heeft gezegd:"'t waren mensen die niet zoveel het woord voerden alleen juist over die dingen waar zij zich zo na bij betrokken voelden. Ik denk dat dat juist"is. Hij heeft daarna gezegd: "zij hebben niet willen praten om het praten". En dat is iets, meneer de voorzitter, waarvoor ik juist zo gelukkig ben dat ik 16 jaar lang en ook de heer van den Enden 16 jaren lang,, lid mocht zijn van eêh raad die niet wilde praten om te praten, maar alleen maar wilde praten over datgene waarvan de leden overtuigd waren dat het goed was voor de stad Willemstad en zijn inwoners. Wij hebben dit gedaan, en nu praat ik even voor mezelf, u zegt hij is er een klein beetje ingesukkeld en eigenlijk moet ik u gelijk geven. In 1970 toen de kandidaatstelling op punt stond, wij nog van de C.H.U.en ze mij zetten op een plaats die eigenlijk niet verkiesbaar was en ik bij mezelf dacht dat kan je gerust aannemen want je komt er toch niet in. Want ik zat er niet op té 'wachten. Maar wat bleek 6 weken na de eerste raads vergadering dat ze me toch nodig hadden omdat wethouder Dekkers meende te moeten bedanken voor deze raad. En zo ben ik er dan eigenlijk toch een beetje in gesukkeld. Ik heb er nooit spijt van gehad. Ik heb in die jaren heel veel geleerd en ik heb die jaren prettig samen mogen werken met heel veel mensen en daar wil ik nu de mensen die nu zitting hebben in de raad en hier aanwezig zijn heel hartelijk voor bedanken. Voor het vertrouwen en de samenwerking die wij met u als raad en als gemeentebestuur mochten hebben. En ik denk dat ook in zo'n woord van dank dé' gehele Willemstadse gémeenschap er eigenlijk bij betrok ken moet worden daar zij ons in de gelegenheid heeft gesteld deel uit te maken van deze raad en dat zij ons de gelegenheid gegeven hebben te probe ren datgene te doen waarvan wij meenden dat goed was voor hen. En misschien zullen ze wel eens gedacht hebben, en daar blijf ik dan voor de rest maar buiten, ik wou dat ze wat anders hadden verzonnen. Maar ik denk nog steeds dat datgene wat de raad in die 16 jaren heeft gedaan, goed is geweest voor deze gemeente. In 1970 was de eerste vergadering die ik mee mocht maken ëen begrotingsvergadering.in die vergadering was het voor de eerste keer dat de gemeente Willemstad 't miljoen was gepasseerd in haar begroting. En als we dan kijken wat het nu is en de bedragen,die nu overal mee gemoeid zijn,aileen voor openbare werken al meer dan 1 miljoen bedragen dan zult u begrijpen dat het je weieens een klein beetje gaat duizelen wanneer al die grote getallen je om de, oren geslagen worden. Gelukkig hebben we dan ook nog een secretaris en gemeentepersoneel waar we dan altijd terecht konden als het nodig was om vragen te stellen en die het ons dan op een heel gewone,en persoonlijke manier wel een klein beetje uit konden leggen. Ook deze mensen wil'ik heel,'hartelijk bedanken voor datgene wat zij voor ons géweest zijn. Mier wil ik het graag, bij laten. Nogmaals veel dank." Tot slot neemt de heer van den Enden hét woord. "Er is'al zoveel gezegd, zowel door de voorzitter als door de heer de Visser en de heer Versteeg, dat ik het helemaal niet lang hoeft te maken. En eerlijk gezegd ben ik daar blij om, want ik heb nog nooit zover uitgezocht wat door u vanavond allemaal gezegd is. Dat ontheft mij van de taak om een uitgebreid relaas te geven. -Maar- -15- Maar er is ook eventjes gememoreerd aan mijn uitstapje. Dat was waar. Dat was ook heel gewaagd van mij. Want ik behoor tot de Katholieke Kerkgemeen schap en het aantal kiezers dat geldige stemmen uit kon brengen die kon ik op twee hander tellen, dus ik kwam toch nooit in de raad. Daarom was het voor mij een echt waagstuk om met een eigen lijst te komen. Maar dankzij de mensen van Willemstad, de protestantse mensen dus, want onze kiezers konden niks inbrengen, is het me gelukt om terug te komen en dat niet alleen maar ook te blijven. En hier in deze openbare vergadering wil ik daarvoor die mensen die dit mogelijk hebben gemaakt hartelijk danken. Want alleen door hen is het mogelijk geweest hier 16 jaar te zitten en daar ben ik heel erg blij mee en heel erg dankbaar voor. Dank u wel!"- Sluiting. Niets meer aan de orde zijnde sluit de voorzitter de vergadering. Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Willemstad, gehouden op 3 jj^j p j Dei secretaris, De voorzit

Raadsnotulen

Willemstad: 1927-1995 | 1986 | | pagina 28