-10-
A.lleen al voor de ontwikkelingen opkabel-rteleyisiegebied die zo snel gaan
en die de komende jaren op de-.gemeente af-zullen komen is de. voorzitter van
menirig; dat het van belang is een vinger aande,, pols te houden. Een commissie
in te stellen'Zou een goede zaak zijn.
Overigens acht de voorzitter dit niet zozeer een zaak voor hemzelf doch voor
de voltallige raad. r
De heer Tuinman dankt; dp:; voorzitter voor de bereidwilligheid van het college
ten aanzien van;:de instelling van een commissie.en vraagt vervolgens, wanneer
het college daartoe, redenen ziet, de zaak te bespreken met de gemeente
Fijnaart..;
De voorzitter antwoordt daar natuurlijk toe bereid te zijn.. Inmiddels, is daar
echter al over gesproken met Fijnaart.
Vervolgens stelt de heer Tuinman zijn laatste vraag, luidende:
"Op itèerdere plaatsen is de slootkant langs het Steenpad verzakt. Onder
andere ter hoogte van de achterzijde van de panden Callenburghlaan 56 en 64.
Wij vragen ons af of dit géén gevaar oplevert en verzoeken burgemeester
en wethouders te onderzoeken waai de 'verantwoordelijkheid ligt voor het onder
houd van die slootkant"
'Wethouder Munters antwoordt dat de verantwoorde!! jkheid'-voor het onderhoud
van die sloot ligt bij Waterschap "De Striene". Inmiddels zijn er contacten
geweest met het Waterschap en toegezegd is dat het talud zal worden verdedigd
zodat deze problemen tot het verleden behoren. Een en ander zal op zeer
korte termijn gebeuren.
Namens de fractie van de V.V.D. stelt de heer Boertjes de volgende Vraag:
"De ^-..V.D.-fractie...heeft al meerdere malen gewezen op de onhoudbare situatie
op .de hoek .-De Liereslraat-Steenpad, vanwege het storten„van baggerspecief.'
U nodigt hierdoor de burgers uit. om ook hun afval op deze plek te storten,
hetgeen: dan,ook-al is gebeurd.
Is het college bereid een andere locatie aan te wijden".
De heer Munters antwoordt dat de gemeente niet beschikt over een terrein
voor opslag van baggerspecie. Op de hoek De Lierestraat-Steenpad is het
sediment pit de vestingsloten gestort. De locatie De Lierestraat-Steenpad is
voor- dei opslag hiervan op dit moment het meest geschikt.
Toegezegd wordt echter dat op korte termijn het terreintje zal worden opge
schoond' enHgeëgaliseerd.
Hopelijk .kan inde loop van het jaar een locatie gevonden worden waar zonder
al te veel problemen dit soort afval wel opgeslagen kan worden.
De heer Boertjes, suggereert dat misschien het Waterschap nog een plaatsje
heeft voor dit afval.
Daar dit de laatste vergadering is' in'de zittingsperiode van de raad wil de
voorzitter nog graag een en ander kwijt.
De raad van'de gemeente 'Willemstad is de laatste vier jaren naar zijn mening,
zeer met zijn tijd meegegaan en heeft de maatschappelijke ontwikkelingen ook
in politieke 'zin een'vertaling en Invulling gegeven.
Burgemeester Andel zei in 1982 ter gelegenheid van het afscheid van de raad,
dat het besturen1 van een gemeente uit dé regentenhoek is gehaald..
Dat proces heeft zich naar de mening van de voorzitter volstrekt terecht-,
doorgezet in de afgelopen jaren."
De raad is in toenemende mate betrekken' bijopenheid en-öpenbaarhèid van
bestuUr. Ook wórdt de raad1 in een steedë eerder stadium betrokken bij de
besluitvorming en het mee uitzetten van het beleid. Het heeft veel van de
raadsleden gevraagd tebwij'l de ontwikkelingen1 gaande blijven. De raad is
erin geslaagd kleine allerdaagse zaken te scheiden van de grote lijnen, naar
het inzicht van de voorzitter ook de taak van:de raad.
Vier jaar geledén heeft óók de portefeuilleverdeling binnen het college zijn
intrede gedaan. Ook die ontwikkeling zal, naaf' de voorzitter hoopt en ver
wacht, de komende' jaren nóg meer gestalte krijgen zyhet binnen gezamenlijke
en collegiale verantwoordelijkheid van het dagelijks bestuur.
-Openbaarheid-
-11-
Openbaarheid van bestuur, informatica, deregulering en privatisering zijn de
trefwoorden van de afgelopen jaren en dat zal ook nog wel even zo blijven.
Vier jaar geleden zei de toenmalige voopzitter ook dat het gemeentebestuur
functioneert binnen de kritische terreinen van openbaarheid en inspraak. Daar
voor moetiedereen nog heel wat leren. Niét alleen de bestuurders ook de be
volking.
Het bewijs van die stelling is, naar het gevoel van de voorzitternog zeer
recent geleverd.
De fUnctië als raadslid is veranderd, de verantwoordelijkheid groter geworden
en de stroom van informatie eh gegevens van waaruit de raad zijn oordéël moet
geven of zijn visie moet bepalen, neemt- nog steeds toe. Dit betekent dat ook
de tijdsbesteding' die gemoeid is met het lid zijn van het gemeentebestuur
als maar toeneemt.
Ook daar zal de koménde jaren geen verandering in komen ondanks een voort
durend streven naar enigerlei mate van deregulering en zo mogelijk privati
sering.
Het zijn1 naar de stellige overtuiging van de voorzitter winstpunten van deze
tijd waar mee geleerd moet worden om te gaan.
De voorzitter zal zich niet begeven op het pad van wat.er-allemaal tot stand
is gebracht de afgelopen vier jaren. Wel moet hem van het. hart dat de wijze
waarop de raad met inspraak en samenspraak, is omgegaan, met name ook in de
procedure tot benoeming van een nieuwe gemeentesecretaris, maar ook bij de
benoeming van een nieuwe voorzitter van de raad, lof verdient.
Tot slot zegt de voorzitter nog dat in 1982 de pers zich aan het eind van die
periode zeer lovend heeft uitgelaten over het functioneren van de raad in de
zin van "de raad van Willemstad is een voorbeeld van locale democratie."
Ter gelegenheid van de verkiezingen dit jaar zijn er wederom in de pers dit
soort beschouwingen geweest.
De voorzitter hoopt dat ook in 1990 de pers op eenzelfde positieve wijze het
optreden van de raad zal weten te verslpan.
Hij denkt dat zolang binnen de Willemstadse raad de stropdassen van kleur,
kunnen verschieten, tussen een mild oranje zonnetje, het met elkaar best wel
zal lukken.
Wat ook moet gebeuren vanavond, en dat is toch wel een beetje triest misschien,
is afscheid hémen van twee raadsleden.
Aan de andere kant misschien ook niet zo triest omdat zij uit.eigen vrije wil
zich' hebben'teruggetrokken.
Namens de raad spreekt de heer de Visser beide heren dan als volgt toe:
"Vanavond nemén wij als raad afscheid van twee leden van de C.D.A.-fractie.
Leden met een lange staat van dienst. Weliswaar zitten de beide wethouders en
de heer van der Sluijs nog langer, maar je- hebt nou eenmaal altijd baas boven
baas
We nemén afscheid van twee raadsleden die veel collega's hebben zien komen,
maar bok zien gaan. We denken bijvoorbeeld aan wethouder, Dekkersm in wiens
plaats de heer Versteeg kwam. Samen met de heer van den Enden kwamen Van de
Reë, voor de tweede keer, en Boot in dé raad. Boot maakte de periode niet vol
vanwege-zijn verhuizing uit Willemstad. In het begin van 1973 overleed de heer
Van de Ree plotseling. Hun plaatsen werden ingenomen door de Visser en Voogt
welke laatste in 1974 weer vertrok. 'Datlaatste jaar mochten de heren Versteeg
en van den enden, de heer Manneke verwelkomen als nieuwe collega en in 1976
de heren van den Hil, Dane, Tuinman en' Voogt (voor de tweede keer).
In 1982 afscheid van de heren Voogt, van den Hil en Manneke en een verwel
koming van mevr. Kroon-Klink en de heren Boertjes en van Egmond welke laatste
In 1983 opgevolgd werd door de heer Hoekwater.
En dan nu in 1906 nemen zij zelf afscheid.
De heer van den Enden is raadslid geweest sinds 1 september 1970 en de heer
Versteeg sinds 17 november van hetzelfde jaar. In hun zittingsperiode hebben
195 respectievelijk 193, openbare, besloten, buitengewone, extra en plechtige
raadsvergaderingen plaatsgevonden
-Daarvan-