GEMEENTE WILLEMSTAD
I
JKsEfis^FSb^
Notulen van de openbare vergadering van de raad der gemeente Willemstad, gehouden op
dinsdag 14 januari 1986 te 19.30 uur ten stadhuize.
Aanwezig: de voorzitter:
de secretaris:
de leden
burgemeester C.J. de Ronde
de heer S. Nieuwkoop
mevrouw M.J. Kroon-Klink, de heren M.J. Boertjes,
K. Dane, W.P. v.d. Enden, P. Hoekwater, A.A. Kamp,
J.K. Munters, J. van der Sluijs, H. Tuinman, C. Ver
steeg en P.W. de Visser.
Opening.
De voorzitter opent de vergadering en heet de aanwezigen welkom op deze eerste
bijeenkomst van de raad in het nieuwe jaar.
Vervolgens feliciteert hij het raadslid de heer Dane met zijn verjaardag.
Wellicht'dat We daar later op deze avond nog iets van merken, aldus de voor
zitter. Terstond wordt er koffie met gebak binnengebracht hetgeen de voor
zitter er toe beweegt om de vergadering voor enige minuten te schorsen, zodat
op passende wijze van de traktatie kan worden genoten.
Nieuwjaarstoespraak door de voorzitter.
Na een schorsing van 5 minuten heropent de voorzitter de vergadering.
Hij zegt vervolgens dat blijkens persberichten nieuwjaarstoespraken uit de
tijd zijn. Niettemin vindt de voorzitter het best aardig om één keer per jaar
als zodanig aan de raad wat ontboezemingen te doen aangezien daarvoor in de
loop van het jaar verder nauwelijks gelegenheid toe is.
Daarna houdt de voorzitter de volgende toespraak:
"Voormalig minister Duisenberg van Financiën heeft in 1975 eens gezegd, in
een artikel in de Staatscourant onder de titel "Een brug naar nieuwe wel
vaart"
"Wel is er uitzicht op een gematigde groei in een maatschappelijk klimaat dat
door geen enkele groep als weerbarstig mag worden ervaren. De 1 procent-norm
van dit kabinet, die onvermijdelijk is, als we een brug willen slaan naar
nieuwe welvaart, betekent dat ieder een deel van zijn verlangens op zij zal
moeten zetten.
De regering hoopt dat en wil er toe bijdragen dat 1976 zo'n jaar wordt.
In het tot stand brengen van een "nieuwe-welvaart" - en in de vaktaal van
economen omvat welvaart ook immateriële zaken - zullen overheid, werknemers
en werkgevers moeten participeren. Ieder vanuit zijn eigen verantwoordelijk
heid, maar in de erkenning dat wij allen de maatschappelijke verantwoorde
lijkheid delen Einde citaat.
Dit was tien jaar geleden. Inmiddels begint, zij het nog zeer aarzelend,
enig licht te gloren in het schier onoplosbare probleem van de werkloosheid.
In 1985 lijkt er een keerpunt te zijn gekomen, zij het aarzelend en nog lang
niet in die mate die ons allen lief zou zijn.
Het aantal mensen dat medio november nog stond ingeschreven bij de arbeids
bureau 's bedroeg 477.000 mannen en 264.000 vrouwen.
Als we daarbij bedenken dat de potentiële beroepsbevolking tot het jaar
2000 nog met zo'n 800.000 zal toenemen, is het eenieder duidelijk dat we er
nog lang niet zijn.
-Nog-
