p
-3-
En dit laatste is juist de reden waarom ingeval van beroep bij de Ambtenarenrechter
geen bewijzen tegen de heer Brommet en mevrouw Van den Broeck aangevoerd kunnen
worden.
De voorzitter zegt dat de heer Tuinman gelijk heeft. Over de problemen die er tot nu
toe zijn geweest, staat bijna niets op papier. Door het college zijn met de heer
Brommet en mevrouw van den Broeck tientallen gesprekken gevoerd over de slechte
onderlinge verhoudingen, communicatiestoornissen enz. Van die gesprekken zijn geen
verslagen terwijl afspraken e.d. ook noo.it schriftelijk zijn bevestigd.
De heer Tuinman wijst er voor alle duidelijkheid op dat deze hele discussie die nu
wordt gevoerd te wijten is aan het feit dat over de heer Impens zeer positieve ad
viezen zijn uitgebracht.
De voorzitter zegt dat de raad hoe graag hij dit ook zou willen, gezien de wet, niet
de vrijheid heeft om de heer Impens vanavond te benoemen tot directeur van de open
bare basisschool.
De heer Tuinman vraagt hoe de voorzitter zal reageren als straks, wanneer tot stem
ming wordt overgegaan, 7 stemmen op de heer Impens worden uitgebracht en 2 stemmen cp
één van de twee kandidaten die worden voorgedragen.
De voorzitter zegt dat op de heer Impens uitgebrachte stemmen als blanco-stemmen
zullen worden aangemerkt; zij die alzo op iemand anders stemmen dan op de voordracht
vermeld worden dus geacht niet aan de stemming te hebben deelgenomen.
Naar gelang de op hen uitgebrachte stemmen zal derhalve dan toch, ondanks de meerder
heid van stemmen op de heer Impensmevrouw Van den Broeck of de heer Brommet worden
benoemd tot directeur van de openbare basisschool.
De voorzitter wijst er vervolgens op dat de kwestie Oostzaan niet een geheel verge
lijkbare situatie is. In Oostzaan is één hoofdleidster gepasseerd terwijl er hier
in de gemeente twee hoofden gepasseerd zouden worden.
Daar komt bij dat van de problemen die er tot nu toe met de heer Brommet en mevrouw
Van den Broeck zijn geweest niets schriftelijk is vastgelegd.
Alle kwesties zijn in het verleden door het college of, en dat gebeurde ook vaak,
door de voormalige portefeuillehouder oud-burgemeester J.R. Andel mondeling afge
handeld.
Overigens vindt de voorzitter het een normale zaak dat een voorzitter van het school
bestuur i.e. het college, gesprekken voert als er problemen zijn en zodoende tracht
moeilijkheden op te lossen.
Indien mevrouw Van den Broeck en/of de heer Brommet tegen benoeming van iemand anders
juridische stappen ondernemen, valt er dus weinig tegen hen te bewijzen.
De heer De Visser zegt dat ingeval van beroep bij de Ambtenarenrechter desnoods de
Inspecteur voor het kleuter- en lager onderwijs kan getuigen.
Deze is namelijk op de hoogte van wat er zoal tot nu toe rond mevrouw Van den Broeck
en de heer Brommet heeft gespeeld.
De voorzitter betwijfelt het of de Inspecteur daartoe wel bereid zal zijn.
Daar komt bij dat de Inspecteur in de tot nu toe gevolgde benoemingsprocedure de
grootst mogelijke voorzichtigheid heeft betracht; zijn adviezen zijn moeizaam ver
kregen
De heer De Visser wijst er op dat de Inspecteur over de heer Impens zeer gunstig ge
adviseerd heeft.
voorzitter zegt te betwijfelen of dat gunstige advies voor de Ambtenarenrechter
aanleiding zal zijn om ingeval van benoeming van de heer Impens buiten de huidige
hoofden om, de raad in het gelijk te stellen.
Het besluit dat de raad vanavond over de benoeming neemt zal onherroepelijk zijn voor
de ontwikkeling van de openbare basisschool in de komende jaren.
We kunnen er echter niet om heen, aldus de voorzitter, dat we een keuze moeten maken
uit de twee voorgedragen kandidaten voor het directeurschap.
In het kader van het stappenschema heeft het college vanmorgen nog een gesprek ge
had met de heer Brommet.
Op de vraag hoe hij tegen het directeurschap aankijkt en de eenheid binnen het team
denkt te herstellen antwoordde de heer Brommet dat dat niet makkelijk zal zijn en
van mevrouw Van den Broeck en de overige teamleden de nodige bereidwilligheid en in
zet zal vragen.
De voorzitter zegt de heer Brommet er toen op gewezen te hebben dat dat ook van hem
zal worden gevraagd.
-Voorts-
