-12- Vervolgens vraagt de voorzitter of de andere raadsfracties het verzoek tot ver daging van de P.v.d.A.-fractie steunen. De heer Versteeg zegt dat hij het voorstel van de fractie van de P.v.d.A. moei lijk kan steunen omdat, zoals de voorzitter reeds heeft aangehaald, in voor gaande raadsvergaderingen al meerdere malen is gesteld dat op korte termijn over plan "Elim" een uitspraak gedaan zou moeten worden. De heer Dane wijst er in dit verband op dat de C.DA.-fractie zowel in haar algemene—beschouwingen van 1984 als van 1985 heeft aangedrongen op een beslis sing aangaande de ontwikkeling van plan "Elim". De heer Boertjes zegt dat vanwege de indeling van Willemstad in groeiklasse 2 de fractie van de V.V.D. er ook al diverse malen op heeft gewezen of het nog wel raadzaam is om plan "Elim" als uitbreidingsplan te handhaven. Overigens heeft de V.V.D.-fractie in het verleden al duidelijk door laten schemeren dat ingeval van doorgang van het bestemmingsplan "Kloosterblokje" de daarop volgende uitbreiding van Willemstad ten zuiden van het "Klooster blokje" naar de Noordlangeweg toe, zou moeten komen. De heer Boertjes kan dan ook niet instemmen met het verzoek tot verdaging van de P.v.d.A.-fractie; het onderhavige voorstel is zeer zeker geen "overval op klaarlichte dag." De heer Boertjes heeft wel begrip voor het verzoek van de P.v.d.A.-fractie; plan "Elim" was namelijk één van de punten in het verkiezingsprogramma van die partij in 1982. We dienen ons echter thans te realiseren, aldus Boertjes, dat veranderde omstandigheden ons nopen tot een heroverweging van plan "Elim" De voorzitter concludeert dat de fracties van het C.D.A. en de V.V.D. geen be hoefte hebben aan verdaging van het agendapunt. Wel vraagt hij of de fracties het wenselijk achten dat het college het voor stel slechts handhaaft voor wat betreft de visie van de Raadsadviseur en zo doende zijn voorstel om in beginsel een uitspraak te doen over de toekomstige uitbreiding van de gemeente, terugneemt. De heer Tuinman zegt in de eerste plaats op te willen merken dat de P.v.d.A.- fractie geenszins van een "overval" heeft gesproken, zoals de voorzitter heeft gesteld en zoals dit vervolgens door de fracties van het C.D.A. en de V.V.D., zij het in wat andere bewoordingen, is overgenomen. Het voorstel van het college komt zeker niet onverwacht. De heer Tuinman kan zich in dit verband dan ook niet herinneren dat de P.v.d.A.- fractie gezegend is met "forse porties bitterballen" in haar oren; de fractie van de P.v.d.A. weet goed dat de andere fracties in de afgelopen jaren ver scheidene malen hebben gewezen op de vraag of plan "Elim" al of niet ont wikkeld moet worden. Misschien is het voor de andere fracties wellicht wat makkelijker om over be paalde standpunten heen te stappen dan voor de P.v.d.A.-fractie. De heer Tuinman herinnert eraan dat hij tijdens het na-praatje dat na afloop van de raadsvergadering van 9 april 1985 werd gehouden, gevraagd heeft naar met name de financiële invulling van de plannen zoals die nog voor "Noordlange weg", "Elim" en "het Kloosterblokje". De voorzitter heeft toen gewezen op de drukke werkzaamheden ter secretarie. De heer Tuinman had en heeft hier begrip voor. In dit verband merkt hij tussen door op dat hij enigszins twijfelt of alle raadsleden dat begrip kunnen op brengen, gezien bepaalde opmerkingen eerder deze avond. De voorzitter beloofde toen echter wel dat er ondanks de werkdruk op gerekend mocht worden dat er medio mei een dergelijk financieel plaatje aan de raads leden zou worden verstrekt. Dit laatste is echter niet gebeurd. Zou dit wel het geval geweest zijn dan had de P.v.d.A. over plan "Elim" een geheel financieel onderbouwde discussie met haar leden kunnen houden. Naar aanleiding van het door de voorzitter gestelde dat de Raadsadviseur de aan plan "Elim" ten grondslag liggende uitgangspunten als achterhaald beschouwt, merkt de heer Tuinman op dat de uitspraak in het verkiezingsprogramma 1982 van de P.v.d.A., dat de nieuwe nitbreidingsrichting van de gemeente van plan Noordlangeweg naar Helwijk moet lopen, gebaseerd is op bepaalde argumenten. =En- -13. En nu vindt h^t de fractie van de P.v.d.A. prematuur om, zonder dat de leden van de partij zijn gehoord, vanavond al te constateren dat die bepaalde argumenten zijn achterhaald. Overigens heeft de P.v.d.A.-fractie altijd gesteld voorstander te zijn om de procedure rond plan "Elim" tot het eind te volgen. Gezien de houding van de andere fracties ten opzicite van het verzoek om verdaging heeft de fractie van de P.v.d.A. thans niet de vrijheid om over het voorstel positief mee te denken. Tenslotte zegt de heer Tuinman dat zijn fractie niets voelt voor de sugges tie van de voorzitter om het voorstel van het college te splitsen. De voorzitter trekt uit de woorden van de heer Tuinman de conclusie dat de P.v.dA.-fractie niet verder aan de discussie wenst deel te nemen en ook geen verantwoordelijkheid wenst te dragen voor een vanavond te nemen raadsbesluit over plan "Elim" en de eerstvolgende uitbreidingsrichting van de gemeente. De heer Tuinman zegt dat de P.v.d.A.-fractie terzake graag mede de verant woordelijkheid voor de eind-beslissing van de raad zou dragen, maar dit eenvoudigweg niet kan om de door hem zojuist uiteengezette redenen. Vervolgens zegt de heer Versteeg dat de C.D.A.-fractie volledig kan instemmen met het voorstel van het college inzake plan "Elim" en de nieuwe uitbrei dingsrichting van de gemeente. Het moet echter de fractie van het C.D.A. wel van het hart dat het haar spijt dat op plan "Elim" terug moet worden gekomen door omstandigheden welke men niet in de hand heeft. Er zijn immers met plan "Elim" destijds verwachtingen gewekt, met name bij de bewoners van Helwijk. Voorts heeft de opstelling van plan "Elim" en de planprocedure de gemeente geld gekost. Vanwege de voor de gemeente Willemstad geringe toegestane nieuwbouwactivi- teiten meent de fractie van het C.D.A. echter toch op eerder genomen be sluiten aangaande plan "Elim" terug te moeten komen. Ook de heer Boertjes zegt dat ondanks de destijds gewekte verwachtingen en de voor plan "Elim" reeds uitgegeven gelden, de V.V.D.-fractie kan instemmen met het onderhavige voorstel. Het groeiklassenbeleid van de provincie noopt ons daartoe, aldus de heer Boertjes. De heer de Visser wijst erop dat het juist de door de voorzitter bedoelde verantwoordelijkheid is die de P.v.d.A.-fractie thans noopt tot haar stand punt. Voor de P.v.d.A.-fractie is het met het oog op een vertrouwelijk stuk, dat niet ter discussie kan worden gesteld, van groot belang dat het agendapunt wordt verdaagd. Nogmaals, de P.v.d.A.-fractie onttrekt zich niet aan haar verantwoorde lijkheid. Het is juist deze verantwoordelijkheid die de P.v.d.A.-fractie het verzoek om verdaging heeft doen indienen. Overigens is de heer De Visser van mening dat de visie van de Raadsadviseur totaal niet van invloed hoeft te zijn op een besluit van de raad over het al of niet realiseren van plan "Elim". In heo verleden is nadrukkelijk en unaniem gezegd van: "we gaan door tot het eind, we volgen de gehele procedure". Doch nu het eind van de procedure bijna in zicht is, zou er afgehaakt moeten worden. Overigens kost het uitstel wat de P.v.d.A.-fractie thans vraagt geen geld, aldus de heer De Visser. De voorzitter zegt dat de door de heer De Visser bedoelde vertrcuweli jke stukken uitsluitend betrekking hebben op punt 2 van het voorstel van'heu college. Voorts wil de voorzitter er nog eens nadrukkelijk op wijzen dat het college op 24 juni a.s. als door de raad gemachtigde voor de Afdeling voor de geschillen van bestuur van de Raad van State moet verschijnen en daar dan ook graag, volledig gesteund door de (meerderheid van de) raad, een mening verkondigt. Overigens voelt de voorzitter er persoonlijk weinig voor om op 24 juni a.s. het verwijt te krijgen dat de gemeente met nietszeggende motieven het beroep van Transol b.v. bestrijdt. -De-

Raadsnotulen

Willemstad: 1927-1995 | 1985 | | pagina 71