Y - rv
:/,V
OS.CjCb-tb .7 i;
-
p;rrK'i r
'"J- ff .iYX>
■g-ü/d 'f«7 i.eX/7' j Y,,
YiW.Yw. run or, 7-'
■7 7 ,70:7 7
;>7V r-b" 7:77
'IOOV" y. -r:r
v -i'>7 'V. )óV: dSd'-fog
7-v- XtrJ'S.T;? I "ii. 7J5V
07 j- -f "T'7 X'j{ ioo Jp/j r -
n/ fined dndXm
.yfrfoslY qfr
netvv'
;-X' 7 7r,: -f-if; f OXrt7 7 r
erne.kg 0
^rJnra,^),-' dyitï' finesü-r-:-'
ft". 7,ft ,;nf. 7.7- 7ft,! 7-:-
;S.n i so'"f77 7 s h .1.7
.1 -7orX "f i.'a s ife c"
bNi.i J
-70 I ïóbn.Ckf i
.'j f>oh =?;if7 '7:r i;
~od f. Yvo
J't-X f <6f
-nfy
dt'l
'-V? fifing if
Een volgende zaak in het voorstel die volgens de heer Hoekwater om opheldering
vraagt is de uitbreiding van de personeelsformatie.
Per 1 januari 1986 komen de werkzaamheden van het woningbedrijf te vervallen.
De arbeidstijd die hierdoor vrijkomt zal dan aan andere gemeentelijke taken worden
besteed. Toch komt het college desondanks tot de conclusie dat er ter secretarie
nog een extra arbeidsplaats moet worden ingevuld, hetgeen betekent dat t.o.v.
1985 voor 1986 in totaal op 2 extra arbeidsplaatsen kan worden gerekend.
Vervolgens spreekt de heer De Visser namens de P.v.d.A.-fractie in de eerste
plaats zijn misnoegen uit over het door het kabinet-Lubbers versoepelde beleid
met betrekking tot de door lagere overheden gevoerde tariefsverhogingen.
"Versoepeling" is zo'n leuk woord, het ligt ook gemakkelijk in de mond, maar het
betekent wel dat de gemeenten nu moeten rechtbreien wat door rijksbeleid is krom
gegroeid.
Door een sterkere stijging van de zogenaamde profijtkortingen moeten gemeenten
sterker toepassing geven aan het profijtbeginsel.
De P.v.d.A.-fractie is er niet kapot van als de gemeenten op deze wijze gedwongen
worden.
De burgers zulen de gevolgen van deze liberale manoevres in hun portemonnaie
merken.
Daarnaast heeft de P.v.d.A.-fractie met bijzondere belangstelling in het voor
stel gelezen dat er bijna 60.000,ten laste komt van de algemene dienst,
wat voorheen aan het woningbedrijf in rekening werd gebracht voor doorberekening
van (personeels-)kostenOndervinden wij hier nu reeds de terugslag van de ge
vormde woningbouwvereniging?
De Pvd.Ai-fractie heeft de indruk dat het college veel heeft gedaan om de voor
stellen verteerbaar te maken. Desondanks heeft zij enige moeite met enkele mo
tieven om de belastingen te verhogen.
Toch kan aan de andere kant niet ontkend worden dat het college zich terughoudend
heeft opgesteld en dat wordt op prijs gesteld. Er is echter sprake van enig
"natte-vingerwerk" omdat er nog geen duidelijk inzicht is in de uitkomsten van de
begroting 1986.
Nu het college voorstelt belastingen en rechten te verhogen en wij de meerop
brengst daarvan schatten, kunnen wij ons niet aan de indruk onttrekken dat het
college ook denkt aan een bezuiniging op niet-verplichte uitgaven van de gemeente,
aldus de heer De Visser.
Hoe gaat dat gebeuren? Of gaat dat niet gebeuren?
Alles overziend roept de Piv.d.A.-fractie het college opnieuw op na te denken
over de vraag of en hoe eventueel gekomen kan worden tot een gelimiteerde aan
wending van de reserves.
Tenslotte vraagt de heer De Visser welke afweging er in het college heeft plaats
gevonden bij de bepaling van de 3% belastingverhoging.
De heer Van der Sluijs zegt dat de C.D.A.-fractie begrijpt dat er aan een lichte
verhoging van de gemeentelijke belastingen niet te ontkomen is.
Niettemin acht zijn fractie het voorstel een beetje te voorbarig daar de concept-
begroting 1986 momenteel nog niet gereed is.
Overigens is de C.D.A.-fractie van mening dat een verhoging zoveel mogelijk be
perkt dient te worden. Het leven wordt er voor de inwoners immers alleen maar
duurder door.
De voorzitter neemt aan dat het woord "profijtbeginsel" de V.V.D.-fractie niet
vreemd in de oren klinkt. Nu werkt dat profijtbeginsel in zoverre aan de gemeente
door dat we als gevolg van de door het Rijk toegepaste profijtkortingen in 1986
naast de korting op de algemene uitkering nog eens 80.000,minder zullen
ontvangen, aldus de voorzitter.
Hetgeen de gemeente wegens de profijtkortingen minder wordt uitgekeerd, zal zij
zelf volgens het Rijk op de een of andere manier moeten zien binnen te halen.
In dit verband is verhoging van de tarieven voor 1986 tot 10% zonder meer toe
gestaan.
Het college is echter van mening dat de inwoners niet met een verhoging van 10%
geconfronteerd mogen worden. Aangezien de burgers over het algemeen eerder met een
inkomensdaling dan met een stijging van hun inkomen te maken hebben is het zaak
dat de overheid en dus ook de gemeente zich zo terughoudend mogelijk dient op te
stellen bij een verhoging van de diverse belastingen. -Overigens-