.sz-ui; F -O..- tv ,.A.,b ^.V-t - ■"oh ;yö'\f '""fcïi"X:0 j I :iM'T J'V" -) Jjy ioerdijk hoorde daar niet bijDit werd pas het geval nadat criteria waren verzacht of weggelaten. Wanneer dus onverkort de criteria van de commissie Geertsema gehandhaafd waren zou dus de locatie Moerdijk nooit "in beeld" ge komen zijn. En we mogen toch wel aannemen dat die criteria eerst na gedegen onderzoek zijn geformuleerd, aldus de voorzitter. Tenslotte zegt de voorzitter dat de in het voorstel vermelde afkorting I.M.P. voor de woorden Indicatief Meerjarenprogramma staan. De heer Boertjes merkt nog op dat de V.V.D.-fractie moet worden geacht tegen het voorstel te stemmen. Zonder verdere beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt dan met de stem van de fractie van de V.V.D. tegen, overeenkomstig het voorstel van burge meester en wethouders besloten: - in te stemmen met de ontwerp-reactie in het kader van de planologische kern beslissing op het beleidsvoornemen van de regering betreffende vestigings plaatsen voor kerncentrales - de reactie vóór 1 november 1985 toe te zenden aan "Inspraak p.k.b. Vestigings plaats kerncentrales" te s-Gravenhage Verhoging van belastingen, heffingen en rechten met ingang van 1 januari 1986. De heer Hoekwater zegt dat zijn fractie het ten zeerste betreurt dat het college de verhoging van belastingen, heffingen en rechten met ingang van 1 januari 1986 meent te moeten argumenteren zoals o.a. op bladzijde 3 van het voorstel. Naar de mening van de V.V.D.-fractie is belastingheffing een uitermate in grijpende zaak en wel met name in het bestedingspatroon van de burgers van Willemstad. Uiteindelijk wordt voorgesteld alle belastingen met 3% te verhogen. Wat is voor dit percentage nu precies het argument; waarom is niet gekozen voor een ver hoging met 2 of 5%? Is het college van mening dat de woonlasten van de burgers in Willemstad met betrekking tot het onroerend-goed en de afvalstoffen inderdaad met 3% verhoogd mogen worden? Is dat in overeenstemming met het beleid dat het college denkt "te voeren ten aanzien van de draagkracht van de burgers? Geldt dit ook voor de middenstand in onze gemeente? De middenstand heeft in 1985 een bijzonder slecht jaar gehad, waarbij de heer Hoekwater wijst op het slechte zomerweer en de verkeersstremmingen als gevolg van herstratingswerkzaamheden. Niettemin wordt toch de middenstand ook met de 3% verhoging getroffen. De V.V.D.-fractie vraagt zich af of een verhoging van de havengelden met 3% aanvaardbaar is. Is dat in verhouding tot de tarieven die in de omliggende plaatsen gelden juist; had dit niet 10% moeten zijn in verband met toekomstige investeringen of hebben de onderhoudskosten geleid tot een bedrag dat die 3% verhoging van de havengelden billijkt. Of verdwijnt de voorgestelde verhoging van de havengelden zo maar in de algemene middelen. De V.V.D.-fractie is in dit verband van mening dat een haven zich zelf moet kunnen exploiteren en geen onderdeel moet zijn van de gemeentelijke belasting heffing als zodanig. Pas als al deze vragen naar behoren zijn beantwoord kan een balans worden op gemaakt en een vergelijking worden getroffen met omliggende gemeenten. Wat de vergelijking met "artikel 12 - gemeenten" in dit verband terzake doet, is de V.V.D.-fractie volkomen onduidelijk. Ergens in zijn voorstel stelt het college: "Er is nog een grote onbenutte be lastingcapaciteit in onze gemeente". Zo'n zin vervult de fractie van de V.V.D. met huiver. Wat is de reden dat het college zo'n zin in zijn betoog opneemt? "Is het soms een aanwijzing dat wij in de nabije toekomst nog op meerdere ver hogingen kunnen rekenen?" vraagt de heer Hoekwater. De fractie van de V.V.D. vindt dat voorstellen aangaande belastingen dienen te worden afgewogen tegen het nut van de belastingheffing en niet tegen de belas tingcapaciteit. -Een-

Raadsnotulen

Willemstad: 1927-1995 | 1985 | | pagina 150