-6- v.d.A.-fractie vindt daarentegen dat het standpunt dat de raad ter- „og dit jaar zal innemen niet alleen bindend is voor de verzoeken die i liggen, maar ook voor toekomstige verzoeken. js immers toch vreemd dat als de gemeente als beheerder van de woning- mingen nog dit jaar een standpunt over de verkoop van die woningen in- dit dan na 1 januari 1986 niet bindend is voor de woningbouwvereniging. ianzien van de door de voorzitter bedoelde splitsing merkt de heer De t op dat in de vorige raadsvergadering niet nadrukkelijk gesproken is de woningen die nu met name in het voorstel genoemd worden. Het voor- #as geen woningen verkopen. De meningen waren toen verdeeld over wel of verkopen, alsmede over welke woningen al of niet voor verkoop in aan lig komen. ,v,d.A.-fractie vindt dat los daarvan de raad zijn standpunt geheel vrij- kunnen bepalen en dat dit niet gebonden mag zijn aan de met huisnummer inde woningwetwoningen in het voorstel. in het feit dat veel woningbouwverenigingen in den lande met financiële lemen te kampen hebben betwijfelt de heer De Visser de uitspraak van de litter dat het bepaalde op blz. 2 van het ontwerp-besluit onder "Volks- estingsbeleid" punt 3 geen enkele consequentie zal hebben voor de ge- Men dat in dit verband een indicatie kan worden gegeven van de eventuele iciële gevolgen teneinde hier wat meer duidelijkheid te scheppen, letrekking tot hetgeen de heer Munters heeft gezegd ten aanzien van de te dragen tussen- en achterpaden betwijfelt te heer De Visser of het wel tis dat het pad achter de woningen in de Kon.Wilhelminalaan niet wordt iedragen. Aan dit pad grenzen immers merendeels percelen waarop woning- Bingen staan. Hetzelfde geldt, voor het pad achter de Groenstraat. Nu is ie fractie van de P.v.d.A.- niet geheel duidelijk hoe de door de heer irs genoemde 50% moet worden geïnterpreteerd; wordt hier uitgegaan van lantal woningwetwoningen en het aantal particuliere woningen of van de kende meters die de betreffende percelen breed zijn. igens is de P.v.d.A.-fractie van mening dat datgene wat bij de bouw van de petwoningen is aangelegd ook bij die woningen dient te blijven en dus overgedragen moet worden aan de woningbouwvereniging. «rgument met betrekking tot de in de naden gelegen nutsleidingen gaat hier «lijk niet op, aldus de heer De Visser'. In het verleden zijn namelijk 'ere malen stukjes grond aan particulieren verkocht onder de voorwaarde srkzaamheden aan nutsleidingen dienen te worden gedoogd. «r Boertjes zegt dat de V.V.D.-fractie met betrekking tot de verkoop van petwoningen dezelfde mening is toegedaan als door de heer De Visser irwoord. ie fractie van de V.V.D. vindt dat de raad jaarlijks in alle vrijheid kunnen beslissen over de verkoop van woningwetwoningen. de financiële kant van de zaak betreft wijst de heer Boertjes erop r nog geen sprake is van definitieve cijfers, zodat er terzake ondanks 'teenzetting van de voorzitter toch wel wat onduidelijkheid blijft. |rdt in de bijlage bijvoorbeeld niet ingegaan op de eventuele financiële Genties van het op stapel staande groot-onderhoudsproject en van de ont— 'Itng van de huurachterstanden. !er Van der Sluijs zegt dat de fractie van het C.D.A. het voor de goede Van zaken onjuist vindt dat leden van het college hun stem over zaken 'wouden M te kunnen werken moet er sprake zijn van een duidelijk "ja" of "nee". •r dan eventueel sprake is van een meerderheidsstandpunt, dat kan ge- aldus de heer Van der Sluijs. te wordt de voorzitter gevraagd waarom de woningtoewijzing voortaan 'erteg plaatsvindt.

Raadsnotulen

Willemstad: 1927-1995 | 1985 | | pagina 134