-7- We moeten ons, aldus de voorzitter, wel realiseren dat het inmiddels "vijf voor twaalf" is; vóór 1 maart 1985 dient immers op het rapport gereageerd te worden. Het zal vrijwel niet haalbaar zijn om nog vóór die datum een informatie-bij eenkomst te beleggen en naar aanleiding daarvan nog een officieel standpunt te vormen. De heer de Visser zegt dat hij uit de betreffende bescheiden niet heeft kunnen opmaken dat er met betrekking tot deze materie een officiële bezwarenprocedure is. Hij vraagt dan ook wat de kansen zijn van de gemeentelijke reactie op het rapport als het gaat om het voorkomen van het opnemen van de kern van Willem stad in waterschapsverband. De voorzitter weet niet wat de kansen van de gemeentelijke reactie zullen zijn. Het college heeft het onderhavige voorstel gedaan in de hoop dat ook de raad niet accoord zou gaan met het opnemen van de vesting Willemstad in een water- schapsgebied. Dit bezwaar zal aan het provinciaal bestuur kenbaar worden gemaakt, welk be stuur uiteindelijk terzake zal beslissen. De voorzitter neemt aan dat tegen het provinciaal besluit bij de Kroon in beroep kan worden gegaan, van welke mogelijkheid, indien nodig, zeker gebruik gemaakt dient te worden. De gemeente en de inwoners van de vesting worden immers, uitgaande van het rapport, straks met een aanzienlijke lastenverzwaring geconfronteerd. Overigens heeft het waterschap "De Striene" de afgelopen jaren de gemeente, populair gezegd, nog al eens "een been uitgetrokken". Zo wordt sedert enkele jaren nu ook het gebouwd dat afwaterd op het Hollandsch Diep aangeslagen. Zonder verdere beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt dan ver- volgens overeenkomstig het voorstel van burgemeester en wethouders besloten in te stemmen met het voornemen van het college om naar aanleiding van het rapport inzake de concentratie van de waterschappen De Oude Prinslandse Polder, De Striene, De Volkerakpolders en de Willemspolder, bij de gedepu teerde staten van Noord-Brabant bezwaar in te dienen tegen het opnemen van de kern van Willemstad in het waterschapsgebied. In de reactie op het rapport zal er voorts op worden gewezen dat het gebouwd 25 a 30% van de zetels in het dagelijks bestuur dient te verkrijgen ongeacht de toe te passen verdeelsleutel. Dit percentage is gerelateerd aan de verhouding gebouwd-ongebouwd in de to tale opbrengst aan waterschapslasten. Instelling van een vertrouwenscommissie in verband met de vervulling van de vacature van burgemeester alsmede vaststelling van een verordening terzake. De voorzitter stelt voor om, alvorens tot instelling van de vertrouwenscommis sie en tot aanwijzing van haar leden over te gaan, de verordening terzake vast te stellen. De heren de Visser, van derSluijs en Hoekwater verklaren achtereenvolgens dat respectievelijk de P.v.d.A.-fractie, C.D.A.-fractie en de V.V.D.-fractie met de voorgestelde verordening accoord gaan. Zonder verdere beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt dan over eenkomstig het voorstel van burgemeester en wethouders besloten tot vaststel ling van de "Verordening op de vertrouwenscommissie in verband met de vervul ling van de vacature van burgemeester." De voorzitter vraagt vervolgens welk raadslid van iedere fractie kandidaat wordt gesteld voor het lidmaatschap van de vertrouwenscommissie. De heer Tuinman zegt dat de fractie van de P.v.d.A. de heer de Visser als kandidaat heeft aangewezen. De heer Versteeg zegt dat de C.D.A.-fractie de heer van der Sluijs kandidaat stelt. Tenslotte zegt de heer Hoekwater dat hijzelf namens de fractie van de V.V.D. kandidaat is. -De-

Raadsnotulen

Willemstad: 1927-1995 | 1985 | | pagina 11