dl
~4—
De voorzitter antwoordt dat ten behoeve van het meerjarenprogramma in 1980 de
panden in de vesting voor een groot gedeelte opgenomen zijn. Bij die inventari
satie is de bouwtechnische kwaliteit beoordeeld.
Soms is gebruik gemaakt van verleende vergunningen. Ook is de kennis van de
plaatselijke situatie benut. Van het pand Kerkring 35 is indertijd gedacht dat
het in een goede staat verkeerde. Achteraf blijkt dit niet het geval te zijn.
Een opgesteld rapport geeft nogal wat gebreken aan.
Het college is van oordeel dat het pand Kerkring 35 in het meerjarenprogramma
behoort te worden opgenomen. Het kan best zo zijn dat in de komende jaren het
meerjarenprogramma ten behoeve van andere panden bijgesteld moet worden.
De heer de Visser vraagt of een bewoner zijn woning voor opname in het meer
jarenprogramma moet aanmelden of dat regelmatig de bouwtechnische kwaliteit
van de panden in de vesting wordt nagegaans waardoor het meerjarenprogramma
automatisch wordt bijgesteld.
De voorzitter stelt dat bewoners van een woning die gelegen is in het beschermd
stadsgezicht meestal komen informeren naar subsidie—mogelijkheden voor verbete
ring van hun woning. Dan wordt nagegaan of het betreffende pand op het meer
jarenprogramma voorkomt. Indien dit niet het geval is wordt bekeken wat de ge
breken zijn. Als blijkt dat een pand gebreken vertoont die het rechtvaardigen
het pand alsnog in het meerjarenprogramma op te nemen, wordt de raad zulks
voorgesteld.
In de Brillant in Gouden Delta wordt ieder jaar kennis gegeven van het aantal
in het meerjarenprogramma opgenomen panden dat voor een verbeterings-subsidie
in aanmerking komt. Op de gemeente-secretarie kan worden geïnformeerd of een
woning in het meerjarenprogramma is opgenomen.
Zonder verdere beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt overeen
komstig het voorstel van burgemeester en wethouders besloten te bepalen dat de
beeldbepalende woning Kerkring 35 als bouwtechnisch slecht dient te worden aan
gemerkt en derhalve behoort te worden opgenomen in het gemeentelijk meerjaren
programma voor verbetering van woningen met waarde als monument gelegen binnen
het beschermd stadsgezicht waarvoor het bestemmingsplan Vesting Willemstad is
vastgesteld.
Vaststelling van de vergoeding voor het bijzonder kleuteronderwijs over 1983.
De heer van der Sluijs heeft een vraag die niet direct op dit voorstel betrëk-
king heeft. De fractie van het C.D.A. heeft namelijk geconstateerd dat de
Christelijke kleuterschool Prinses Beatrix door een gering aantal kleuters wordt
bezocht. Is het bekend hoe het leerlingenaantal van deze kleuterschool zich in
de toekomst zal ontwikkelen?
De voorzitter vindt dat de heer van der Sluijs het college een beetje overvalt
met deze vraag. Er zijn spreidingsplannen opgesteld voor het openbaar en bij
zonder lager onderwijs. Het spreidingsplan voor de openbare basisschool is
vastgesteld door de raad. De spreidingsplannen voor de bijzondere basisscholen
zijn niet in de raad behandeld. De plannen zijn echter gebundeld toegezonden
aan de minister van Onderwijs en Wetenschappen, de gedeputeerde staten van
Noord-Brabant en de inspecteur van het kleuter- en lager onderwijs. De voor
zitter zegt toe de spreidingsplannen voor het bijzonder lager onderwijs ter
kennisneming van de raad te zullen doen brengen. Dan kan de raad de prognose
van de leerlingen-aantallen van de komende jaren bezien.
Zonder verdere beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt overeenkom
stig het voorstel van burgemeester en wethouders besloten:
a. de definitieve vergoeding, als bedoeld in artikel 75, derde lid, der
Kleuteronderwijswet over 1983 vast te stellen als volgt:
-Naam—