-4- Ook hebben we gewezen op de economische recessie en de veranderende ontwik kelingen, v/elke zich hebben voorgedaan de laatste jaren ten aanzien van de verblijfsrecreatie. En nogmaals, juist daarom moeten wij oog hebben voor de sociale functie, welke camping Bovensluis vervult. Een klein detail, wat hierbij zeker past is het volgende: aan de badmeester van het gemeentelijk zwembad heb ik gevraagd of een groot aantal gasten van de camping het zwembad bezocht. Hij verzekerde mij dat het hier, zeker in de vacantiemaanden, gaat om een groot aantal bezoekers afkomstig van de Camping. Van die kant mogen we het toch ook belichten, want dan zijn we ineens wel blij met deze bezoekers, want het financieel plaatje rond het zwembad is toch al wazig genoeg. Wij blijven dan ook van mening, dat na uitvoering van het sanerings- en herindelingsplan, er zeker sprake zal zijn van een kwalitatieve verbetering van het kampeerterrein. Daarom vinden wij dat deze omstandigheden het rechtvaardigen om de bestaande standplaatsen uit te breiden tot maximaal 423. Vasthouden aan een zaak, omdat jaren terug een bepaald standpunt is ingenomen, kan goed zijn, maar je standpunt veranderen hoeft toch niet verkeerd te zijn? Bij het volgende agendapunt zal blijken dat wij zelfs in vier weken radicaal van standpunt zijn veranderd; ook anderen kunnen gezien onze argumenten het zelfde doen." De heer de Visser zegt namens de fractie van de P.v.d.A. het volgende: "De notitie betreffende het sanerings- en herindelingsplan voor camping Bovensluis staat weer op de agenda dankzij het staken der stemmen over het voorstel van het C.D.A. om het aantal staanplaatsen op 423 te brengen. De discussie hierover kan opnieuw gevoerd worden. Onzerzijds is daaraan weinig behoefte. Wij menen duidelijk genoeg te zijn geweest. Ten aanzien van dit agendapunt handhaaft de fractie van de P.v.d.A. haar standpuntzoals ingenomen in de raadsvergadering van 14 februari j1is zoals verwoord op blz. 3 van de notulen van die vergadering. Wij kunnen ons das vinden in het voorstel van het college. Overigens de agenda vermeldt niet dat een besluit voorbereid moet worden voor het huidige besccmmingsplan Bovensluis. Wij vragen ons af of dit juist is." De heer Hoekwater deelt mede dat de fractie van de V.V.D. zich andermaal heeft beraden over het standpunt van burgemeester en wethouders, zoals dat geformuleerd is in de notitie betreffende het sanerings- en herindelingsplan. De fractie van de V.V.Dkan eigenlijk geen nieuwe argumenten toevoegen aan hetgeen reeds in de vorige vergadering gezegd is. Het wordt betreurd dat het college niet ingegaan is op datgene wat de frac tie van de V.V.D. de vorige vergadering naar voren heeft gebracht met be trekking tot de toeneming van de recreatieve druk. Hoe kan die toeneming het best worden omschreven, zodanig dat het begrip niet alleen van toepassing is op de verblijfsrecreatie, maar ook op de overige vormen van openluchtrecre atie. Bij het volgende agendapunt vormt de recreatiedruk ook een belangrijk aspect voor de besluitvorming. Het zou goed zijn als de raad de visie van het college eens voorgelegd krijgt wat onder de recreatieve druk van Willemstad moet worden verstaan. Een objectivering van dit begrip zal het mogelijk maken het ten aanzien van alle vormen van openlucht-recreatie als toetsings criterium te gebruiken. Op deze wijze ontstaat een algemene beleidslijn en behoeven concrete verzoeken niet ad hoe aan een vaag criterium te worden getoetst. De fractie van de V.V.D. heeft dan ook geen behoefte om terug te komen op haar eerder ingenomen standpunt. De voorzitter zegt dat het niet zijn bedoeling is de discussie die in de vorige vergadering in den brede gehouden is, te herhalen.In de vorige verga dering zijn alle relevante argumenten pro en contra ter tafel geweest. De fracties hebben van de gelegenheid gebruik gemaakt een stemverklaring af te leggen. De fractie van het C.D.A. is met een berekening van het maximaal aantal personen voor het kampeerterrein gekomen die afwijkt van de visie van het college. De oorspronkelijke vergunning op grond van de Kampeerverordening -Noord-Brabant—

Raadsnotulen

Willemstad: 1927-1995 | 1984 | | pagina 38