-54-
Rondvraag.
Van de fractie van de P.v.d.A. is de volgende vraag ingekomen:
"Was de vertegenwoordiger van de gemeente Willemstad aanwezig op de aandeel
houdersvergadering van Intergas n.v.waar besloten werd tot een verhoging van
de gasprijzen met drie cent per kubieke meter.?"
De heer Munters beantwoordt deze vraag met: "ja',1 doch voegt daar gelijk aan
toe dat dit antwoord waarschijnlijk een andere vraag uitlokt.
De heer de Visser zegt dat dit inderdaad het geval is.
In zijn vergadering van 9 oktober 1984 heeft de raad een motie aangenomen met
betrekking tot de verhoging van de gasprijs. In de motie werd de gemeentelijk
vertegenwoordiger in de aandeelhoudersvergadering van Intergas n.v. opgedragen
het probleem van de hoge gasprijs aan te kaarten.
Het zou volgens de heer de Visser geheel in de geest van de motie zijn geweest
als de gemeentelijke vertegenwoordiger in de aandeelhoudersvergadering tegen
een verhoging van de gasprijs had gestemd. Nu dit echter niet is gebeurd betreurt
de P.vd.A.-fractie dit ten zeerste.
De heer Munters zegt dat hij als vertegenwoordiger van de gemeente Willemstad
in de aandeelhoudersvergadering weliswaar niet tegen verhoging van de gas
prijs heeft gestemd, maar dat hij hiermee volgens hem niet in strijd met de
geest van de motie heeft gehandeld.
De achterliggende gedachte van de motie was om mensen met een minimum inkomen
te verschonen van een verhoging van de gasprijs.
Wanneer de gasprijs niet zou zijn verhoogd zouden niet alleen de minima maar
alle inwoners van Willemstad hiervan geprofiteerd hebben.
Mensen met een minimum inkomen wonen in de regel in een wat kleinere be
huizing met een gemiddeld gasverbruik van 2000m3 per jaar. Hiervan uitgaande
zouden de minima bij het niet verhogen van de gasprijs 60,per jaar minder
aan lasten hebben gehad.
De hogere inkomensgroepen die overwegend in grotere huizen wonen en gemiddeld
3.000 a 4.000 m3 gas per jaar verbruiken zouden van het niet verhogen van de
gasprijs aanzienlijk meer hebben geprofiteerd dan degenen met een minimum
inkomen.
Voorts wijst de heer Munters erop dat indien de gasprijs niet zou zijn verhoogd
de gemeente j. 49.600,aan dividend van aandelen van Intergas n.v. had moeten
missen.
Dit zou betekend hebben dat de post onvoorzien in de begroting 1985 vrijwel
nihil zou zijn.
De heer Munters vraagt zich af wat de raad gezegd zou hebben als mede door zijn
stem de gasprijs niet zou zijn verhoogd en zodoende de post onvoorzien voor
1985 als het ware geheel ten behoeve van de minima doch veeleer ten gunste
van de mensen met een hoger inkomen zou zijn opgeofferd.
De heer Munters zegt dat er nog een reden is waarom hij niet tegen de gasprijs-
verhoging heeft gestemd. Voor veel gemeenten vormt het dividend van Intergas
aandelen een onmisbare bron van inkomsten voor de algemene dienst.
De heer Munters meent dat hij in dit verband te ver zou zijn gegaan indien
hij (mede) met zijn stem over de inkomsten van andere gemeenten had beslist.
Tenslotte wijst de heer Munters erop dat elke gemeente met aandelen van Inter
gas n.v. de mogelijkheid heeft om het dividend van die aandelen daar naar toe
te sluizen waar nodig is. Zo bezitten we, aldus de heer Munters, met z'n allen
voldoende inventiviteit om een regeling te bedenken waardoor de minima, voor
wie de gasprijs-motie juist was bedoeld, kunnen profiteren van het dividend
dat de gemeente van Intergas n.v. ontvangt.
Enerzijds worden de minimum—inkomens dus wel geconfronteerd met een hogere
energierekening maar anderzijds is de gemeente in staat om dit als het ware te
compenseren met behulp van het dividend van de aandelen van Intergas n.v.
De heer de Visser bedankt de heer Munters voor het uitvoerige antwoord en zegt
tot de conclusie te zijn gekomen dat dit alles weer een mooi voorbeeld is
van een wijze waarop je een bepaalde groep denkt tegemoet te komen, terwijl je
hierdoor deze groep juist treft.
-De-