a
-37-
Het is onbegrijpelijk dat zowel de provinciale als de landelijke overheid met
een bepaalde regelmaat met dergelijke onrustbarende mededelingen komen.
Het is immers toch al lang bewezen dat de bestuurskracht en de daadkracht niet
begint bij gemeenten met meer dan 10.000 inwoners, zoals ook bewezen is dat
door gemeentelijke herindeling het aantal leerlingen van de verschillende scho
len niet groeit, geen consument meer bij de middenstand in de winkel komt en
het verenigingsleven geen extra injectie krijgt.
Voorts heeft de praktijk uitgewezen dat er vaak een harde rivaliteit ontstaat
tussen de samengevoegde gemeenten en dat gemeentelijke herindeling kostenver
hogend werkt.
Het college is van mening dat Willemstad met zijn specifiek historisch karak
ter sterk afwijkt van de buurgemeenten en derhalve dan ook niet met één van
die gemeenten kan worden samengevoegd.
Het gemeentebestuur zal zich sterk maken voor het bewaren van Willemstad's
zelfstandigheid.
Er zullen politieke kanalen gebruikt moeten worden om dat doel te bereiken. 17e
weten ons gesterkt, aldus de heer Munters, door de recente uitlatingen van de
fractieleider van de V.V.D. in de Tweede Kamer der Staten Generaal, de heer Ed
iMijpels, die niets wil weten van welke indeling dan ook.
De heer Wachtmansfractievoorzitter van het C.D.A. in de provinciale staten
van Noord-Brabant heeft zich met niet mis te verstane woorden gekant tegen
elke gemeentelijke herindeling in Noord-Brabant.
Het is dwaas de gemeentelijke herindeling steeds weer opnieuw ten tonele te
brengen. Willemstad durft best een competitie aan met vele veel grotere ge
meenten als het gaat om de ter discussie staande bestuurskracht.
Met de P.v.d.A.-fractie is het college van mening dat een beleid dat op getals
matige overwegingen gebaseerd is, uit den boze is en het zegt dan ook uitdruk
kelijk nee tegen welke gemeentelijke herindeling dan ook.
De C.D.A.-fractie heeft volgens de heer Munters terecht geconstateerd dat de
sportverenigingen tevreden mogen zijn met datgene wat zij aan sportaccommoda
ties hebben. Een tevreden gevoel is hier ook voor het gemeentebestuur op zijn
plaats. Dit jaar hebben we immers kunnen constateren dat door zelfwerkzaamheid
van en subsidie aan twee sportverenigingen er een belangrijke accommodatie bij
is gekomen.
Het college is blij dat de C.DA.-fractie het voormalig dijkmagazijn aan de
Bovenkade een goede locatie vindt voor een opslagruimte van probleemstoffen.
Met een overschrijding van de ƒ.7.000,die voor de inrichting van de opslag
ruimte zijn uitgetrokken, zal de raad volgens de heer Munters niet geconfron
teerd worden. Het gaat hier om het maken van een enkele m2 opslagruimte in een
bestaand pand, zodat de kosten hiervan wel mee zullen vallen.
Het college hoopt dat na gereedkoming van de opslagruimte, de Willemstadse
bevolking bereid zal zijn om de probleemstoffen gescheiden op de daarvoor be
stemde tijd en plaats in te komen leveren.
Het college realiseert zich dat dit project staat of valt met de inzet van de
bevolking. Het is namelijk veel gemakkelijker om batterijen, restanten van
medicijnen en noem zo maar op, in de vuilniszak te deponeren. Het gemeentebe
stuur heeft als taak de inwoners erop te wijzen dat dit echter niet meer kan
en dat we met z'n allen verantwoordelijk zijn voor de kwaliteit van het milieu.
Wat dit laatste betreft kan de gescheiden inzameling van probleemstoffen hier
toe een steentje bijdragen. In het gemeentelijk voorlichtingsblad 'Brillant in
Gouden Delta" zal de bevolking uitvoerig op het belang van deze gescheiden
afvalstoffen-inzameling worden gewezen.
Op het verzoek van het gemeentebestuur van Fijnaart c.a. of 'Willemstad bereid
was om met de gemeenten Fijnaart c.a. en Klundert te praten over één of twee
woningcorporaties in de drie gemeenten is destijds positief gereageerd.
Het Nederlands Christelijk Instituut voor Volkshuisvesting (N.C.I.V.) kreeg
daarna in maart 1983 opdracht te onderzoeken of de vorming van één of twee
woningcorporaties in de drie gemeenten mogelijk zou zijn en wat de voordelen
daarvan zouden zijn.
-In-