-13-
Samen met u als college en met de fractie's van de P.v.d.A. en V.V.D.
hopen we, vreedzaam en in goede harmonie, constructieve oplossingen
te vinden.
We zijn immers samen verantwoordelijk voor elkaar.
Dat we zo met elkaar, onder Gods zegen, mogen werken in 1985."
Vervolgens is de heer Boertjes die als fractievoorzitter van de V.V.D.
de volgende algemene beschouwingen levert:
"Mijnheer de voorzitter, ook dit jaar kunt u ons een sluitende begro
ting aanbieden voor het dienstjaar 1985, met een post onvoorzien van
ƒ.53.848,en een ruimte voor kapitaal-uitgaven van ƒ.154.130,
Dat dit kan geschieden in een tijd waarin begrippen als bezuinigen,
heroverwegen en een stapje terug gemeengoed zijn, is een gelukwens
waard. Zeker als dit mogelijk is zonder de tarieven van onroerend goed-
belasting, haven en zwembad te moeten verhogen of de subsidiebedragen
te moeten verlagen.
De fractie van de V.V.D. wil niet nalaten een woord van dank, gericht
aan uw ambtelijke medewerkersstersuit te spreken voor hun bij
drage aan het tijdig tot stand komen van de begroting en aanbiedings
brief 1985.
Hierbij willen we ook niet onvermeld laten dat dit laatste stuk een
proeve van bekwaamheid is geworden voor onze nieuwe gemeentesecretaris.
Met name het binnen de gestelde termijn verwerken van de begroting op
basis van de nieuwe comptabiliteitsvoorschriften 1985, is een niet te
onderschatten opgave geweest.
Zeker in de toekomst zal deze nieuwe vorm van gemeentelijk boekhouden
een gunstig effect hebben.
Wij willen hier herhalen wat wij reeds opmerkten bij de behandeling
van de begroting 1984, namelijk dat het niet verhogen van de onroerend
goed-belasting nu voor het derde jaar een extra verhoging in de nabije
toekomst belemmert.
Ook dit jaar missen wij het woord inflatie bij uw beschouwing over het
reserve beleid.
De bespaarde rente wordt in zijn geheel aangewend.
Als u opmerkt dat de reserve reëel in stand gehouden moet worden, dan
moet u een deel, namelijk de inflatie vergoeding, in de bespaarde rente
terugvoeren naar de reserve.
In feite consumeren wij nu al een deel van de reserve op.
Wij zijn het volstrekt met u eens dat slechts dan een beroep op de reser
ves mag worden gedaan, indien aan de uitgaven—kant een compensatie wordt
gevonden voor de verminderde rente-inkomsten.
Decentralisatie, deregulering en privatisering.
Decentralisatie, deregulering en privatisering zijn begrippen waarvan
de vertaling naar actueel beleid niet eenvoudig is.
Dit op zich is niet verontrustend, indien men bedenkt dat dit welover
wogen dient te geschieden en getoetst moet worden op het practisch nut.
Alleen het feit dat men bereid is over deze begrippen te discussiëren,
is naar onze mening een verheugend teken.
Mijn fractie wacht met interesse uw concrete voorstellen af.
De organisatie van het binnenlands bestuur.
Naar de mening van mijn fractie zal de invloed op het gemeentelijk beleid
door de niet als zodanig bestaande, maar wel als vierde bestuurslaag
functionerend streekgewest niet wezenlijk veranderen door invoering van
de Wet gemeenschappelijke regelingen.
Zo goed als de Rijksoverheid het mes zet in allerhande adviesorganen, zal
vanuit de aangesloten gemeenten moeten worden gewaakt tegen het te ambi
tieus uitgroeien van het streekgewest.
-Wij-