-13- De afvoer van zuiveringsslib uit de rioolwaterzuiveringsslib heeft geen enkele consequentie voor de gemeente. Als beheerder van de zuiveringsinrichting is het Hoogheemraadschap West-Brabant daarmee belast. Deze onderzoekt ook regelmatig de kwaliteit van het slib. Als het slib niet te veel zware metalen bevat kan het in de agrarische sector worden afgezet. Mocht het slib echter sterk veront reinigd zijn dan is dit geheel een probleem voor het hoogheemraadschap; voor de gemeente heeft dit geen enkele (financiële) consequentie. De voorzitter zegt dat om reden dat het verbranden van afvalstoffen veel duur der is als het gecontroleerd storten van afval, het idee om de vuilverbrandings oven te Roosendaal voor de verwerking van ziekenhuisafval te gebruiken velen heeft aangesproken. In beginsel zou de oven dan bestemd zijn voor de verbranding van ziekenhuisafval uit de regio Limburg, Zeeland en Noord-Brabant. Het onderzoek dat terzake thans wordt verricht zal moeten aangeven wat er aan de verbrandingsoven moet gebeuren om er andere dan huishoudelijke afvalstoffen in te verwerken Dat onderzoek is nog steeds niet afgerond omdat er plotseling over de verwer king van ziekenhuisafval heel andere gedachten zijn ontstaan. Het geschikt maken van een verbrandingsoven voor de verwerking van ziekenhuis afval is erg duur maar ook het verbranden van ziekenhuisafval is alles behalve goedkoop. In verband met dit laatste is men gaan denken aan de scheiding van ziekenhuisafval in stoffen die verbrand moeten worden en stoffen die ook anders verwerkt kunnen worden. Het ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Orde ning en Milieubeheer is momenteel bezig met het opstellen van richtlijnen dien aangaande In verband met een en ander is er op het moment geen enkele kijk op of de V.V.R.- oven te Roosendaal op korte termijn voor de verwerking van ziekenhuisafval ge schikt kan worden gemaakt. Dit betekent echter geenszins dat zowel vanwege het streekgewest Westelijk Noord-Brabant als door de gemeente Willemstad de gedeputeerde staten van Noord- Brabant niet moeten worden gewezen op de toekomstige plaats van de V.V.R.- oven in het afvalverwerkingsproces Mevrouw Kroon-Klink vraagt hoeveel keer per jaar de waterkwaliteit door rijks waterstaat wordt onderzocht of, indien het water (sterk) verontreinigd blijkt te zijn, zwemmers daarvoor worden gewaarschuwd. Voorts wijst mevrouw Kroon-Klink erop dat water waarin gezwommen wordt onder meer door opgewoeld bodemsediment anders van kwaliteit kan zijn dan op de locatie waar het water is onderzocht. De P.v.d.A.-fractie begrijpt overigens nog steeds niet waarom wel de provincie maar niet rijkswaterstaat de kwaliteit van zwemwater incidenteel kan onderzoe ken. Dit, terwijl het voorontwerp Beleidsplan Milieuhygiëne het juist over coördinatie heeft. Nu de voorzitter heeft medegedeeld dat het onderzoek naar de bestemming van de vuilverbrandingsoven voor de verwerking van ziekenhuisafval nog niet is af gerond vraagt de heer Hoekwater hoe de gemeente zich dan nu al kan vastleggen op een financiële verantwoordelijkheid met betrekking tot de ombouw van de V.V.R.- oven. Inzicht in de kosten van een dergelijke ombouw ontbreken immers thans totaal, terwijl het helemaal niet zeker is of er wel ziekenhuisafval in de V.V.R.-oven verbrandt kan gaan worden. In streekgewestelijk verband is een vrij pittige discussie gaande over de toe komstige bestemming van de verbrandingsinstallatie te Roosendaal. Als er dus gesproken wordt over toekomstige investeringen in de oven behoort dit volgens de fractie van de V.V.D. dan ook binnen het streekgewest te worden gedaan. Dit, omdat niet alleen de zes gemeenten die bij de V.V.R. zijn aange sloten met de financiële consequenties van toekomstige investeringen mogen worden opgezadeld. In verband hiermede stelt de fractie van de V.V.D. voor, in de hoop dat de andere raadsfracties daarmee accoord kunnen gaan, om de volgende zin waarin staat dat een dergelijke bestemming (verbranding van ziekenhuisafval) van de V,V,R.-oven wel voor de zes bij het openbaar lichaam aangesloten gemeenten, -financieel-

Raadsnotulen

Willemstad: 1927-1995 | 1984 | | pagina 182