ama
-10-
De voorzitter zegt dat volgens de ontwerp-regeling, zoals die nu aan de raad
is voorgelegd, de medezeggenschapsraad slechts wordt gehoord, omdat voor het
soort beslissingen waar het hier om gaat de verantwoordelijkheid aan één or
gaan moet kunnen worden toebedacht. Dat orgaan i.e. het gemeentebestuur dient
dan ook ingeval van een beroepsprocedure verantwoordelijkheid af te leggen aan
de Ambtenarenrechter.
Als de medezeggenschapsraad mede gaat beslissen over toepassing van artikel 4,
lid 1 van de regeling verandert dit nog niets in de procedure voor de Ambtena
renrechter.
Overigens moet men mensen niet met iets compromitteren waarmee zij op den duur
niet kunnen werken.
De voorzitter zou dan ook willen aansluiten bij de woorden van de heer Tuin
man. Een goed personeelsbeleid houdt namelijk ook een stuk moeite en een stuk
reserve ten aanzien van dit soort regelingen.
De voorzitter stelt dan ook voor de Afvloeiingsregeling vast te stellen over
eenkomstig het ontwerp van het college.
Zonder verdere beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt dan vervol
gens overeenkomstig het voorstel van burgemeester en wethouders besloten tot
vaststelling van de Verordening betreffende de volgorde van afvloeiing van
het onderwijzend personeel van de gemeentelijke scholen voor kleuter- en ge
woon lager onderwijs.
Instelling van een vaste commissie van advies en bijstand ex artikel 62, lid
2 van de gemeentewet voor verkeersaangelegenheden.
Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt overeenkomstig het
voorstel van burgemeester en wethouders besloten tot instelling van een vaste
commissie van advies en bijstand als bedoeld in artikel 62, lid 2 van de
gemeentewet, voor verkeersaangelegenheden.
Vervolgens stelt de voorzitter voor om middels schriftelijke stemming tot be
noeming van de leden en plaatsvervangend leden van de commissie over te gaan.
Als lid en plaatsvervangend lid van de commissie zijn door de fractie van het
C.D.A. respectievelijk voorgedragen de heer K. Dane en de heer C. Versteeg.
De fractie van de P.v.d.A. heeft als lid kandidaat gesteld mevrouw M.J.Kroon-
Klink en als plaatsvervangend lid de heer P.W. de Visser.
De heer P. Hoekwater is door de fractie van de V.V.D. voorgedragen als lid en
de heer M.J. Boertjes als plaatsvervangend lid.
Vervolgens worden de stembriefjes uitgereikt.
Als leden van het stembureau worden aangewezen de heren J. van der Sluijs en
P.W. de Visser.
Na telling blijkt dat op de heer K. Dane 9 stemmen zijn uitgebracht, op me
vrouw M.J. Kroon-Klink 9 stemmen, op de heer P. Hoekwater 10 stemmen, op de
heer C. Versteeg 10 stemmen, op de heer P.W. de Visser 10 stemmen en op de
heer M.J. Boertjes 10 stemmen. Op de heer J. van der Sluijs is voor het lid
maatschap 1 stem uitgebracht. Voorts is één keer blanco gestemd.
Als leden van de commissie voor verkeersaangelegenheden zijn derhalve benoemd,
als lid, mevrouw M.J.Kroon-Klink en de heren K. Dane en P. Hoekwater en als
plaatsvervangend lid de heren C. Versteeg, P.W. de Visser en M.J. Boertjes.
Vaststelling "Inspraakverordening der gemeente Willemstad".
De heer Boertjes zegt naar aanleiding van dit agendapunt dat zijn fractie
hoopt dat er een evenwicht zal worden gevonden tussen een slagvaardig beleid
en de mate waarin de inspraakprocedure gehanteerd zal worden. Voorts hoopt de
fractie van de V.V.D. dat de besluitvorming door het bepaalde in de voorge
legde inspraakverordening niet zal vertragen. Bij een eerder agendapunt heeft
de voorzitter gewezen op de grote hoeveelheid werk die op de secretarie moet
worden verricht. In dit verband en vanwege de op handen zijnde arbeidstijd
verkorting wijst de heer Boertjes erop dat bij toepassing van de inspraakver
ordening de werkdruk op de ambtenaren zal toenemen, hetgeen wellicht tot enige
problemen kan leiden op de secretarie.
-De-