-15- Een verzoek om herziening van het bestemmingsplan Vesting Willemstad om zo doende te komen tot vestiging van een horecabedrijf, ligt aan deze discussie nota ten grondslag. De fractie van het C.D.A. heeft in het verleden het stand punt ingenomen dat er geen uitbreiding van het aantal horecabedrijven mag plaatsvinden. De C.D.A.-fractie is ook nu nog die mening toegedaan en kan derhalve geen andere principe uitspraak doen dan tegen een herziening van het bestemmingsplan Vesting Willemstad ten behoeve van vestiging van een horecabe drijf in de pakhuizen aan de Benedenkade nr. 9, te zijn. De heer de Visser zegt dat door in het gepresenteerde discussiestuk direct al de naam te noemen van de indiener van het verzoek tot herziening van het be stemmingsplan Vesting Willemstad en de daarbij behorende panden, het verzoek aan de raad om een principe-uitspraak te doen wel zeer nauw wordt afgegrensd-. Principe-uitspraken dienen in zijn algemeenheid gedaan te worden. De fractie van de P.v.d.A. had liever gezien dat het voorstel geen namen en rugnummers had vermeld. Willemstad is bekend vanwege de vele historische panden. Zoveel als mogelijk is, vindt de fractie van de P.v.d.A. dat het historisch aanzicht van Willem stad gehandhaafd moet blijven. Sloop van historische panden zou inderdaad een ernstige aantasting van het beschermd stadsgezicht betekenen. Telkens wan neer een eventuele herziening van het bestemmingsplan aan de orde komt, zoals in dit voorstel, staat de raad voor een afweging. Want ook de leefbaarheid is in het geding. Naast de wens tot behoud van historische panden, staat voor de P.v.d.A.-frac tie een goede Willemstadse samenleving centraal. Op plaatselijk niveau wordt direct ingegrepen in de leefsituatie van de mensen. Dat betekent dat er geko zen moet worden. En daarbij heeft de keuze voor een goede leef-, woon- en werkomgeving voorrang. Behoud van historische panden kan gerealiseerd worden. Dit zou dan wel, hoe men het ook bekijkt, tot een verzwaring van de recreatieve druk leiden. Sn met betrekking tot de recreatieve functie van Willemstad dient opgemerkt te worden dat aanpassing niet mag leiden tot verhoging van die druk. De fractie van de P.v.d.A. voorziet problemen wanneer als nieuw kriterium wordt opgevoerd dat verkrotting tegengegaan kan worden door wijziging van de bestemming in "Horecabedrijven". Er zijn immers een aantal panden die onder die noemer zouden kunnen vallen. De P.v.d.A.—fractie, heeft er geen moeite mee als de panden gered zouden kun nen worden door verplaatsing van een horecabedrijf. Maar de nu voorgestelde wijze gaat te ver. De fractie van de P.v.d.A. heeft zich uitgebreid beraden. Alles overwegend blijft de fractie echter staan op het destijds door de raad ingenomen stand punt dat het aantal horecabedrijven binnen de Vesting niet uitgebreid mao worden De heer Hoekwater zegt dat nauwelijks de inkt droog is van rapporten en ver slagen die een bepaald beleid bij herhaling hebben bevestigd of de raad ont vangt van het college een discussienota betreffende de wijziging van de bestem ming voor de pakhuizen op het perceel Benedenkade 9. Het betreft hier een heel gevoelige materie welke met de grootst mogelijke zorgvuldigheid behandeld dient te worden. De fractie van de V.V.D. verzoekt het college dan ook op korte termijn naar de raad cerug te komen met een ge degen nota waarin alle pro's en contra's worden belicht, alsmede de daaraan verbonden consequenties. De voorzitter constateert uit de woorden van de heren Van der Sluijs en de Visser dat hun fracties tegen uitbreiding van het aantal horecabedrijven in de Vesting zijn. De naam van de verzoeker en de betreffende panden zijn in het voorstel ver noemd omdat het hier om een vrij concreet geval gaat. Het gaat, aldus de voor zitter, niet om een algemene visie, maar om het toetsen van een bepaalde situatie aan het beleid dat de raad zich heeft voorgenomen en in het verleden ook altijd heeft gehanteerd. -Er-

Raadsnotulen

Willemstad: 1927-1995 | 1984 | | pagina 115