-9-
Op 10 augustus 1982 heeft de raad het spreidingsplan besproken. Bestemmings
plan Elim kwam naar zijn oordeel in eerste instantie voor de vestiging var
een woonwagencentrum in aanmerking.
Plan Kloosterblokje viel als locatie af. Als tijdelijke locatie liet de raad
zijn oog vallen op het terrein aan de Hellegatsweg.
De gedeputeerde staten hebben het spreidingsplan op 12 oktober 1983 vastge
steld. Zij hebben geschreven dat als blijkt dat in het bestemmingsplan Elim
niet tijdig in een woonwagencentrum kan worden voorzien, zij als alternatief
het bestemmingsplan Kloosterblokje in het spreidingsplan hebben opgenomen.
De voorgestelde locatie aan de Hellegatsweg komt vanwege de ongunstige lig
ging naar het oordeel van de gedeputeerde staten niet in aanmerking voor
opname in het spreidingsplan.
In de circulaire van 19 januari 1981 heeft de staatssecretaris van Volkshuis
vesting en Ruimtelijke Ordening criteria voor locatiekeuze van standplaatsen
van woonwagens gegeven.
Dit naar aanleiding van het bepaalde in artikel 7 van de Woonwagenwet, waarin
wordt gesteld dat het woonwagencentrum zodanig moet zijn gelegen dat de be
woners zonder groot bezwaar kunnen deelnemen aan het maatschappelijk verkeer.
Uitgangspunt voor de criteria is dat het woonwagencentrum niet meer is dan
een kleine verzameling kavels bestemd voor woonwagens die, evenals kavels
voor woningbouw, gelegen zijn aan een doorgaande openbare weg welke deel uit
maakt van het normale stratenplan van een woonbuurt.
Het definitieve woonwagencentrum moet voldoen aan de criteria om voor rijks-
steun in aanmerking te komen.
Rekening houdend met al deze factoren is het college tot de locatiekeuze voor
het perceel D nummer 809 gekomen.
voorz^ter voegt hier naar aanleiding van de woorden van de heren van der
Sluijs en Boertjes nog aan toe, dat de gedeputeerde staten er nadrukkelijk
op hebben gewezen dat er geen sprake van kan zijn het perceel aan de Helle
gatsweg als definitieve locatie aan te wijzen. Deze houding van de gedepu
teerde staten is te wijten aan het besluit met uitvoeringsmaatregelen voor
de Woonwagenwet en waarin onder meer staat dat woonwagens in de directe om
geving van woonbebouwing van enige omvang dienen te staan, zonder dat afstand
of andere hindernissen zoals water, wegen, dijken, spoorlijn of talud een
belemmering vormen voor het integratieproces. Dit betekent dat de woonwagen
bewoners die nu op het perceel aan de Hellegatsweg staan, volstrekt zijn af
gezonderd van andere mensen en derhalve die locatie op grond van de Woonwagen
wet en haar uitvoeringsbesluiten totaal onaanvaardbaar is.
Het beleid terzake van de gedeputeerde staten is zodanig dat elke locatie
voor een woonwagencentrum die geen onmiddellijke relatie heeft met belenden
de bebouwing, volstrekt onaanvaardbaar is.
Wijziging van het bestemmingsplan Buitengebied ten behoeve van een woonwagen-
centrum aan de Hellegatsweg zal dus niet de goedkeuring van de gedeputeerde
staten krijgen en, ingeval van beroep, ook niet van de Kroon.
Hiermee moet het college bij het zoeken naar een locatie voor een woonwagen
centrum rekening houden. Er zal dus naar een standplaats bij woonbebouwing
moeten worden gezocht. Dit is echter verschrikkelijk moeilijk. Enerzijds
omdat de gemeente over geen eigen gronden beschikt en anderzijds omdat reke
ning gehouden moet worden met het beschermd stadsgezicht, waarin op vrijwel
geen enkele locatie gebouwd mag worden, behalve dan op de plaats waar thans
gebouwd wordt, namelijk het Kloosterblokje.
Als nu binnen afzienbare tijd geen definitieve locatie wordt gekozen dan zal
dat tot gevolg hebben dat de gedeputeerde staten er een zullen aanwijzen.
Het enige aanvaardbare alternatief voor de plaats tussen het Steenpad en de
De Lierestraat zal dan voor de gedeputeerde staten zijn een gedeelte van het
plan Kloosterblokje waarop 5 woningwetwoningen zijn gepland waarop dus dan
5 woonwagens zullen moeten komen.
Het college probeert op het ogenblik een tijdelijk woonwagenkamp te creëren
aan de Hellegatsweg. Dit moet want er staan daar een aantal woonwagens.
-De-