-5-
Het eerste lid van het nieuwe artikel 153a verbiedt zonder vergunning van burge
meester en wethouders in de uitoefening van de straathandel goederen of waren
te koop aan te bieden of te verkopen of af te leveren. In het tweede lid van het
artikel wordt eveneens onder het uitoefenen van de straathandel gebracht het
werkzaam zijn als colporteur, voor zover de Colportagewet niet van toepassing is.
Dit is meer een zekerheidsstelling om te voorkomen dat allerlei zaken aan de
deur te koop worden aangeboden.
De vraag om ventvergunningen wordt in deze tijd van economische recessie steeds
groter. Enkele weken terug stond in de regionale kranten het bericht dat een in
woner van Willemstad getracht heeft een ventvergunning te krijgen voor de verkoop
van bloemen in Klundert.
Burgemeester en wethouders van die gemeente hebben de gevraagde vergunning ge
weigerd op grond van een economisch motief. Betrokkene is op grond van de Wet
administratieve rechtspraak overheidsbeschikkingen (Wet Arob) in beroep gegaan
bij de Afdeling Rechtspraak van de Raad van State. De Afdeling heeft geconsta
teerd dat het vereiste van een ventvergunning voorgeschreven is in het hoofdstuk
"Openbare Orde" van de Algemene Politieverordening van de gemeente Klundert.
De vergunning mocht derhalve niet op economische motieven worden geweigerd. Het
ingestelde beroep was dus gegrond.
Het college wil nu juist met dit voorstel bereiken dat in het belang van de zorg
van een evenwichtige brancheverdeling in Willemstad een ventvergunning om die
reden kan worden geweigerd.
Criteria aan de hand waarvan de vergunning kan worden geweigerd zijn nog niet
ontwikkeld. Het beleid is thans zo ten aanzien van venters met ijs dat degene
die tot en met 1982 een vergunning hebben gekregen, deze ook in 1983 krijgen.
Wanneer er echter boven dit aantal nog aanvragen om een dergelijke vergunning
komen zullen deze worden geweigerd.
Wellicht blijkt het noodzakelijk dat terzake eens overleg gepleegd wordt met de
Middenstandsvereniging. Zowel de belangen van de venters als de belangen van de
middenstanders moeten tegen elkaar afgewogen worden.
Zonder verdere beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt overeenkomstig
het voorstel van burgemeester en wethouders besloten tot vaststelling van een
verordening tot wijziging van de Algemene Politieverordening der gemeente
Willemstad.
Wijziging van de koopsom van de woning Prins Willem Alexanderstraat 10.
De heer Boertjes merkt op dat de raad op 10 augustus 1982 reeds heeft besloten
de voormalige woningwetwoning Prins Willem Alexanderstraat 10 terug te kopen.
Kan het college mededelen waarom er een hertaxatie heeft plaatsgevonden en hoe
het verschil ad 1.750,te verklaren is tussen de eerste taxatie en de her
taxatie?
De fractie van de V.V.D. wil ook graag vernemen hoe het college denkt dit soort
transacties in de toekomst te voorkomen.
De heer Munters antwoordt dat tot een hertaxatie is besloten omdat de verkoper
bezwaar gemaakt heeft tegen de vastgestelde taxatieprijs. Naar de mening van de ver
koper was de taxatie te laag uitgevallen. Het verschil is te verklaren door het
feit dat bij de eerste taxatie de aan de woning getroffen voorzieningen meege
rekend zijn en bij de hertaxatie niet.
In de toekomst hopen burgemeester en wethouders voor dit soort transacties be
spaard te blijven. De heer Munters denkt dat zulks ook wel het geval zal zijn.
De heer Boertjes wijst er op dat bij de hertaxatie een aantal getroffen voor
zieningen niet meegerekend is. In de koopakte is indertijd opgenomen dat de door
verkoopsom bepaald zal worden met de waarde van de in of aan de woning door de
eigenaar aangebrachte voorzieningen. Is de taxateur door burgemeester en wet
houders niet op de hoogte gebracht van deze bepaling in de koopakte?
De heer Munters deelt mede dat er geen communicatiestoornis is tusen het college
en de taxateur. Hij is best bereid de raad verder over deze zaak in te lichten. Er
moet dan echter zo diep op de privé-sfeer van de verkoper worden ingegaan, wes
halve hij voorstelt in een besloten vergadering over te gaan.
De heer Boertjes acht het niet nodig tot een besloten vergadering over te gaan.
-De-