-8- Dit heeft tot gevolg dat de eigenaar van de tot "horecabedrijven" bestemde grond in de toekomst zonder medewerking van de raad, het horecabedrijf kan verdubbelen wanneer de daarvoor vereiste bouwvergunning door burgemeester en wethouders over eenkomstig het bestemmingsplan is verleend. Vandaar dat de fractie van de P.v.d.A. voorstelt de grens van het voorbereidingsbesluit te leggen op de perceels- grenzen van Landpoortstraat 1, 3 en 5. Dan wordt voldaan aan het verzoek van de heer Timmermans en wordt de grond van derden niet in het besluit betrokken. Als de voorzitter dan stelt dat nu reeds de bestemmingsgrens in de tuin van de percelen Voorstraat 65 en 63 ligt, dan vraagt de heer De Visser zich af waarom dat er nu een grens aangegeven moet worden. De heer Boertjes zegt dat het de voorzitter wellicht bevreemdt dat de fractie van de V.V.D. geen vragen over dit voorstel heeft. In beginsel had de fractie van de V.V.D. min of meer gelijkluidende vragen als thans door de heer De Visser zijn gesteld. Ter gemeente-secretarie heeft de heer Boertjes toen nadere informatie gevraagd. Hem is toen aan de hand van de in de raadsmap liggende gekleurde kaartjes ver duidelijkt wat de bestemmingsplanwijziging exact omvat. De gekleurde tekening verduidelijkte datgene wat niet direct uit het voorstel en de bij het concept besluit behorende tekening blijkt. De heer Boertjes verzoekt het college alert te zijn bij het verlenen van de verschillende vergunningen teneinde te voorkomen dat er een bar—discotheek in het nieuwe horecapand wordt gevestigd. Dit gebruik zou indruisen tegen het door de raad voorgestane beleid. Het spijt de voorzitter dat de overgelegde tekeningen wellicht onvoldoende duide lijk zijn geweest. Aan de hand van de in de raadsmap liggend gekleurde tekeningen zet de voorzitter de situatie nogmaals uiteen. Het magazijn en de bar, respectievelijk Landpoortstraat 1 en 3, alsmede de daar achter liggende grond behorende tot de percelen Voorstraat 65 en 63 met een ge zamenlijke oppervlakte van 140m2 zijn in het bestemmingsplan Vesting Willem stad bestemd voor "horecabedrijven".Wanneer er een aanvrage wordt ingediend om op die grond een horecabedrijf op te richten, moeten burgemeester en wethouders die vergunning verlenen, omdat het bestemmingsplan zich hiertegen niet verzet. Volgens het voorstel van burgemeester en wethouders komt de horecabestemming op de gedeelten van de percelen Voorstraat 65 en 63 te vervallen. Het perceel Landpoortstraat 5 wordt daarom als horecabedrijf bestemd. In de nieuwe situatie krijgt de grond achter de perceelsgrenzen van Landpoortstraat 1, 3 en 5 de bestemming "tuin". Op de als zodanig bestemde grond mogen geen gebouwen worden opgericht. Dit be tekent dat het voorbereidingsbesluit zowel de percelen Landpoortstraat 13 en 5 als een gedeelte van de percelen Voorstraat 65 en 63 moet omvatten. De heer De Visser verklaart dat dit precies is waarom hij gevraagd heeft. Uit de stukken is hem dit niet gebleken. De voorzitter wijst er op dat de horecabestemming zoals die thans in het bestem mingsplan Vesting Willemstad is opgenomen zowel restaurants.café's als bars en discotheken omvat. Bij de herziening van dit bestemmingsplan zal bezien worden of de horecabestemming kan worden gedifferentieerd. De heer Van der Sluijs vraagt wie er nu een bepaalde oppervlakte horecabestem ming inlevert. De voorzitter antwoordt dat een gedeelte van de percelen Voorstraat 65 en 63 dat formeel voor "horecabedrijven" is aangewezen komt te vervallen. In materieel opzicht wordt er geen horeca-capaciteit ingeleverd. De heer Tuinman constateert dat de door de voorzitter getoonde gekleurde teke ningen dus niet in de raadsmap zaten. De voorzitter zegt dat de kaartjes in de raadsmap lagen. Wellicht zijn ze over het hoofd gezien. De heer De Visser merkt op slechts één van de kaartjes te hebben gezien, namelijk de nieuwe situatie. Hij is echter uitgegaan van het bij het concept-besluit be horende kaartje. -Zonder—

Raadsnotulen

Willemstad: 1927-1995 | 1983 | | pagina 11