tel iftfcnoi' 7o.i«: nsv-:o-: sd -sa nè^' -
'too-. ,:vj'iv owjs.o ton' -« no..-.. «<sk ai
,r>t-
t«s rv.v. üw v.'l >vi, r.tiv al f^-vr?. <;y t;
f%- V' 'S4'
i| stnvoj' s.oy io< vis ri ai rij vftw
:Vl "V
V iq/b-v-'
iov;i' ;-w
.1i;
-7-
Voor wat betreft de procedure het volgende:
Het beleidsprogramma-in-hoofdlijnen voor Willemstad 1984-1986, dat hierbij ter
vaststelling wordt aangeboden, is uniek in de Willemstadse politieke geschiede
nis. 1982 en 1983 zijn toch tamelijk opmerkelijke jaren voor Willemstad: voor
de eerste maal een vrouw in de Raac, voor de eerste keer een portefeuille
verdeling binnen het college van burgemeester en wethoudersvoor de eerste keer
een commissie Openbare Werken, en nu dan voor het eerst een beleidsprogramma.
Dit beleidsprogramma is niet zomaar tot stand gekomen.
De eerste formele stap daartoe is ondernomen op 12 oktober 1982, toen de P.v.d.A.-
fractie een brief verzond aan de C.D.A.-fractie, waarin o.a. voorgesteld werd na
te denken over een op te stellen beleidsprogramma-in-hoofdlijnen (dus niet in
details!), qua vorm in de geest van de door het C.D.A. voorgestelde beleids
taakstelling.
Op 10 november 1982 reageerde de C.D.A.-fractie positief op het verzoek.
Ruim twee maanden later reeds, om precies te zijn op 25 januari 1983 vond een
afsluitende vergadering plaats tussen delegaties van de C.D.A.- en P.v.d.A.-
fracties. Het beleidsprogramma was gereed. Dat het nu pas, op 13 september 1983,
ter vaststelling wordt aangeboden, heeft een aantal oorzaken die voor een groot
gedeelte buiten de wil van zowel C.D.A. als P.v.d.A. lagen.
Op de laatste dag van januari j.l. zonden onze fracties een brief aan de
fractie vein de V.V.D.waarin we vroegen binnen een termijn van tien dagen het
program te bestuderen en zich daar eventueel bij aan te sluiten.
Halverwege februari kwam het antwoord. De V.V.D. betreurde het niet direkt in de
beginfase bij de opstelling van het program betrokken te zijn geweest. Om die
reden kon de V.V.D. zich niet bij het programma aansluiten. Op deze kritiek
kom ik in een latere fase terug. Onmiddellijk daarna, op 16 februari, zonden
C.D.A. en P.v.d.A. een brief aan burgemeester en wethouders waarin we schreven
het op prijs te stellen met het college van burgemeester en wethouders te over
leggen over de meest wenselijke vorm van het voorstel aan de Raad. Het beleids
programma werd daarbij tevens overhandigd.
Precies twee weken later vond er een bespreking plaats tussen het college van
burgemeester en wethouders - de gemeente-secretaris, de heer C.A.I.L. van Nispen
was daarbij ook aanwezig - en delegaties van de fracties van C.D.A, en P.v.d.A.,
- zoals meestal overigens - bestaande uit mevr. M.J. Kroon-Klink en de heren
K. Dane, C. Versteeg en H. Tuinman.
Delegaties overigens, die elkaar in de afgelopen maanden in bijzonder goed,
openhartig en efficiënt overleg gevonden hadden.
Eén van de resultaten van het "stadhuis"-gesprek was dat nogmaals geprobeerd
zou worden de fractie van de V.V.D. bij het geheel te betrekken.
Op 2 maart 1983 deelden de "coalitiepartners" (schriftelijk) aan de tweemans
fractie van de V.V.D. mee, dat die fractie niet het gevoel moest hebben over
vallen te zijn. Er mocht geen enkel misverstand bestaan over de C.D.A./P.v.d.A.
-bereidheid om te praten. De fractie van de V.V.D, werd uitgenodigd voor een
gesprek en gevraagd vóór 14 maart te reageren.
Op 15 maart kwam de schriftelijke bevestiging van de reeds eerder gedane tele
fonische toezegging tot een afspraak op 18 maart 1983,
Op die dag kwamen in het stadhuis de drie fractiedelegaties bijeen; voor de
V.V.D. waren aanwezig de heren M.J. Boertjes en G.A. van Egmond,
Bij de P.v.d.A. verving de heer P.W. de Visser mevr. M.J. Kroon-Klink.
De fractie van de V.V.D. had voor dit gesprek reeds enkele punten ter voorbe
reiding aangedragen. Zij benadrukte haar zakelijke en constructieve opstelling
en stelde o.a. derhalve geen voorstander te zijn van een program—college.
Overigens, met dit beleidsprogramma is er nog geen sprake van een program
college. Er is immers geen sprake van een college-program.
Maar hierover straks meer.
De V.V.D. vond de titel van het stuk ongelukkig en het beleidsprogramma een
samensmelting van de verkiezingsprogramma's van C.D.A. en P.v.d.A. Het zou niet
op echte beleidszaken ingaan enz. enz. Ook hierop wordt straks nog terugge
komen
Kortom: de opvatting van de V.V.D. over het beleidsprogramma bleek een andere
te zijn dan die van het C.D.A. en de P.v.d.A.
-Tien-