-3- Het lijkt hem zinvol dat het college van burgemeester en wethouders tracht om enigs zins tegemoet te komen aan het gestelde in genoemde brief, daar een werknemer uit de regio die op openbaar vervoer is aangewezen, door de vervroeging van de vertrek tijden waarschijnlijk moeilijk tewerk gesteld kan worden. Misschien kan het college bij de B.B.A. erop aandringen om hieraan iets te verande ren. De heer Manneke heeft een vraag naar aanleiding van het ingekomen stuk nr. 18. Hij is enigszins verbaasd dat het college van burgemeester en wethouders een brief aan de raad heeft geschreven naar aanleiding van een vraag die hij in de raadsvergade ring van 14 april j.l. heeft gesteld. De vraag is of geconcludeerd moet worden dat het college in de toekomst de vragen op deze wijze gaat afhandelen? De heer van der Sluijs informeert, wat betreft punt 16 van de ingekomen stukken, of er een schriftelijk antwoord is verzonden betreffende het gevraagde gesprek door de heren N. Faassen en G. Kabel. De voorzitter neemt aan dat de heer de Visser de correspondentie die gevoerd is naar aanleiding van de brief van het F.N.V. Fijnaart in de raadsmap heeft gezien. Daarin kan de reactie van de gemeente Willemstad worden gelezen en van het antwoord hierop van de B.B.A. kennis worden genomen. De heer de Visser vindt het antwoord van de B.B.A. juist vreemd, omdat gezegd wordt dat de bus uit Breda vroeger zal moeten vertrekken, in Fijnaart 2G minuten zal moeten wachten en in Willemstad 19 minuten later zal arriveren. Naar zijn mening kan dat niet kloppen. Indien de bus op dezelfde tijd uit Roosendaal vertrekt heeft dit niets te maken met de aankomst in Fijnaart en de wachttijd hier. Hij denkt dat de brief van de B.B.A. niet voldoende inspeelt op het verzoek van het F.N.V. Verder merkt hij op dat inwoners die werkzaam zijn in Roosendaal en Breda van de vervroegde vertrektijden de dupe kunnen worden. De voorzitter stelt dat het college volledig op het spoor van de heer de Visser zit. Er is ook onmiddellijk adhesie betuigd aan de brief van het F.N.V. uit Fijnaart; de B.B.A. is verzocht om de vertrektijden van en naar Roosendaal zodanig te wijzigen dat er geen belemmering is voor de werkgelegenheid van inwoners uit Willemstad. Op de vraag van de heer Manneke of vragen van raadsleden voortaan op de wijze zoals is geschied zullen worden beantwoord zegt de voorzitter dat het niet de bedoeling is. Het college meende in dit geval dat het gedane voorstel van de heer Manneke over het wijzigen van het fietspad langs het Steenpad in plan Noordlangeweg op deze manier te moeten beantwoorden om tot uitdrukking te brengen waarom burgemeester en wethouders niet gekomen zijn met^een concreet voorstel. De heer Manneke haakt hierop in met de opmerking dat het zijn bedoeling niet is een fietspad dwars door het speelveld te leggen, maar om een korte verbinding. Er zijn ook andere mogelijkheden om vanuit de nieuwbouwwijk aansluiting te krijgen op het bestaande fietspad, omdat in de wijk andere fietsmogelijkheden nagenoeg af gesloten zijn. Vlakbij de Hogeweg zijn doodlopende straten, zodat fietsers naar de korn van de Vesting vanuit de wijk moeten omrijden via de noordelijke of zuidelijke kant. Een tussenverbinding is er niet. De heer Manneke wijst vervolgens op de tekening een kortere verbinding aan die niet via het speelveld gaat. De voorzitter stelt dat deze mogelijkheid ook is bekeken. Om via de Abraham Andrieslaan te gaan komt men dicht bij het bestaande rijwielpad aan het Steenpad. Om daar een toegangsbrug te maken vindt het college te duur ten opzichte van het nuttig effect, temeer daar deze eventuele verbinding dicht bij de toegangsweg naar het plan Noordlangeweg zou komen te liggen. De voorz itter antwoordt op de vxaag van de heer van der Sluijs over de brief van de heren Faassen en Kabel dat er geen kontakt is geweest om reden dat de afwerking van de speelgelegenheden in plan Noordlangeweg duidelijk in een eindfase zat. Deze eindfase houdt in dat er nog wat geëgaliseerd moet worden en verder het aan brengen van een bodembedekking. Het ligt in de bedoeling, indien de heren F'aassen en Kabel daaraan nog behoefte hebben, na realisering van de speelgelegenheideen ge sprek met de heren vast te leggen. -Terugkomend-

Raadsnotulen

Willemstad: 1927-1995 | 1981 | | pagina 84